Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

ons kenmerk: DL. 2005/583
datum: 18-03-2005
onderwerp: (Psychosociale) nood in agrarische sector TRC 2005/1080

Bijlagen:

Geachte Voorzitter,

Naar aanleiding van het verzoek van de Vaste Kamercommissie voor LNV doe ik u mijn reactie toekomen op de brief van het Contact Christen Agrariërs (CCA). Ik heb veel waardering voor het werk van het CCA, omdat het zich specifiek richt op de maatschappelijke en ethische vragen waar agrariërs en andere betrokkenen bij de sector voor staan. Het CCA doet dat via het bevorderen van ontmoeting, omdat alleen via dialoog de agrariër zich begrepen en gewaardeerd zal kunnen voelen. In mijn visie heb ik organisaties als het CCA hard nodig, omdat zij verantwoordelijkheid nemen voor zo'n maatschappelijk belangrijke groep als de agrariërs, die op meerdere manieren onder druk staat. Een verantwoordelijkheid die nooit alleen door overheden, c.q. LNV is waar te maken.

Vanaf het begin van mijn ministerschap heb ik de nadruk gelegd op aandacht voor mensen in beleid en uitvoering. Ik heb al snel na mijn aantreden als minister de getroffen MKZ-regio bezocht met de vraag wat er nog nodig aan maatschappelijk werk was in het gebied. Bij het uitbreken van de vogelpest heb ik aandacht gevraagd voor de psychische impact en heb daar ook binnen het kabinet geld voor vrijgemaakt.

Rapporten naar aanleiding van de Aviaire Influenza (AI) evalueren de LNV-aanpak ten aanzien van het sociaal-emotionele in relatie tot het sociaal-economische tijdens dierziektebestrijding positief. Ik doel op de 'Monitor organisatie psychosociale zorg naar aanleiding van AI onder pluimvee' van Impact, op 'Vogelpest Epidemie 2003: gevolgen voor de volksgezondheid' van het RIVM en IVP, op het onderzoek naar de sociaal-emotionele begeleiding en psychosociale hulp bij dierziektencrises van EC-LNV en op 'Met het oog op verandering, SEP Vogelpest 2003-2004' van Odyssee.

Ik kies daarbij bewust voor een rol die aansluit bij die van mijn collega van VWS. In principe is het aan de reguliere instellingen voor gezondheidszorg om boeren ook psychisch te begeleiden. Het ligt niet in de rede om daarnaast voor deze begeleiding structureel en separaat als minister van LNV initiatieven te nemen.

Wel heb ik bij een aantal ontwikkelingen bewust gekozen om de psychosociale aspecten mee te nemen. Ik heb nader onderzoek gedaan naar de behoefte aan nazorg in het oostelijk MKZ-gebied en de vanuit het gebied aangegeven kloof tussen hulpvraag en hulpaanbod. LNV en VWS zoeken actief naar verbetering van de aansluiting tussen deze twee. Ook in het Handboek communicatie bij crises LNV en in het Concept beleidsdraaiboek Mond- en Klauwzeer wordt bewust aandacht gegeven aan mogelijke psychosociale gevolgen. Bij de bespreking van de draaiboeken zijn mensen en organisaties met aandacht voor het sociaal-emotionele aspect uitgenodigd. In het subsidieproject Van crisis naar kans, dat in 2005 wordt geëvalueerd, is hiervoor ook volop aandacht.

Een aantal acties is ingezet om nieuwe mogelijke interventies te onderzoeken. Zo werkt mijn ministerie samen met VWS aan een werkconferentie ten behoeve van sociaal-emotionele problematiek bij agrariërs getroffen door dierziektecrisis, waarbij organisaties en personen die hier hun verantwoordelijkheid innemen worden uitgenodigd. Er wordt overlegd met pastoraal werk ZLTO en SEBA uit Limburg over hoe het algemeen maatschappelijk werk toegankelijker kan worden gemaakt voor agrariërs. Met het Instituut voor Psychotrauma (IVP) wordt onderzoek voorbereid naar stress onder agrariërs. Ook is overleg gaande met ZLTO (boeren en waardenproject) en Telos over de sociale vitaliteit van agrariërs. Voorts wordt gezocht naar mogelijkheden om de bestaande kaderregeling kennis en advies te benutten om ook agrariërs die willen stoppen, te helpen bij de financiering van hun plan. Ook wordt onderzocht of via de ESF-regeling EU-middelen benut kunnen worden om boeren die willen gaan stoppen naar een volwaardige nieuwe werkplek te begeleiden.

Verder refereert de brief van het Contact Christen Agrariërs (CCA) aan ethische en morele dilemma's waar de agrariërs in hun functioneren als mens en ondernemer mee te maken krijgen. Ook op dit terrein wordt ambtelijk, meestal in overleg met VWS, gezocht naar adequate ondersteuning. LNV en VWS zoeken naar een rol die waardeert en mogelijk maakt dat er mensen en organisaties in de samenleving zijn zoals het CCA die vanuit pastorale en/of levensbeschouwelijke overwegingen hun verantwoordelijkheid nemen om anderen hierin bij te staan.
De in deze brief genoemde activiteiten zijn een schets van mijn huidige inzet. Het ministerie van LNV heeft, uiteraard binnen een passende rolopvatting binnen de rijksoverheid, een open houding bij signalen op dit terrein.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman