Gemeente Rotterdam

NR. 49
29 maart 2005

Gemeente en vakbond oneens over gesubsidieerde arbeid

De gemeente Rotterdam en Abvakabo FNV hebben vanochtend geen overeenstemming kunnen bereiken over het plan voor herziening van de gesubsidieerde arbeid. Beide partijen konden zich in het compromisvoorstel vinden behalve op het punt van werkgelegenheidsgarantie. De vakbond zal het voorstel met een negatief advies voorleggen aan haar leden. Komen de bonden met een definitieve afwijzing dan gaat de gemeente over tot uitvoering van het ID-uitstroomplan zoals eerder door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld en door de gemeenteraad is goedgekeurd.

Sinds eind vorig jaar is met de bonden gesproken over de uitvoering van het ID-uitstroomplan. Het belangrijkste verschil van mening tussen de gemeente en vakbond ligt bij de ID-ers waarvan na het assessment blijkt dat zij kunnen doorstromen naar een niet-gesubsidieerde baan. Abvakabo FNV vraagt de gemeente deze groep te allen tijde een baan te garanderen. De gemeente is van mening dat dit de doorstroom niet zal bevorderen en wil niet verder gaan dan een inspanningsverplichting.

Het ID-uitstroomplan wil van de gesubsidieerde arbeid weer een arbeidsmarktinstrument maken gericht op doorstroom naar regulier betaald werk. De huidige zesduizend In- en Doorstroombanen worden in de periode 2005 tot 2010 omgezet in drieduizend banen met een permanente subsidie en drieduizend reïntegratiebanen met een tijdelijke subsidie van maximaal twee jaar. Het totaal aantal gesubsidieerde banen blijft intact.

Van elke ID-er zal straks afzonderlijk beoordeeld worden of hij/zij in aanmerking komt voor doorstroming naar een niet-gesubsidieerde baan. Is dit het geval dan wordt de subsidie voor die plek afgebouwd en wordt de werkgever voorgesteld de ID-er in reguliere dienst te nemen. De werkgever ontvangt hiervoor een eenmalige uitstroompremie en waar nodig wordt door de gemeente extra scholing geregeld. Als de werkgever de ID-er niet in reguliere dienst wil of kan nemen, wordt de medewerker begeleid naar een niet gesubsidieerde baan elders. Heeft de ID-er geen zicht op een reguliere baan, bijvoorbeeld vanwege zijn leeftijd, dan wordt de ID-subsidie voortgezet. Het aantal ID-banen loopt hierdoor, en door natuurlijk verloop, geleidelijk af van zesduizend nu naar drieduizend in 2010. Tot 2010 zullen er geleidelijk drieduizend nieuwe, tijdelijke reïntegratieplaatsen bij komen voor instroom van werklozen uit de bijstand.

Voor organisaties en projecten die in hun exploitatie worden bedreigd omdat zij mede afhankelijk zijn van ID-subsidies, is een knelpuntenbudget ingesteld van 7 miljoen euro. Wel wordt verwacht dat de organisaties en projecten een plan indienen met structurele oplossingen.

De noodzaak van de herziening van de gesubsidieerde arbeid komt voort uit rijksbezuinigingen waardoor ruim eenderde van het Rotterdamse budget voor werkgelegenheidsmaatregelen vervalt. Was het werkgelegenheidbudget in 2002 nog 280 miljoen euro, in 2010 zal het zijn afgenomen tot 180 miljoen euro. Wordt het huidige stelsel van gesubsidieerde arbeid niet herzien, dan gaat dit totale budget in 2010 naar de loonkosten van de zesduizend ID-ers. Er blijft dan geen geld over voor reïntegratie, scholing en speciale werkgelegenheidsprojecten zoals Work First. Veertigduizend Rotterdammers die nu van de bijstand leven kunnen dan niet worden begeleid naar regulier betaald werk.

De ID-banen komen voort uit de voormalige Melkert-banen. Deze waren bedoeld om nieuw werk te creëren voor langdurig werklozen zonder uitzicht op een regulier betaalde baan, en het creëren van nieuwe, maatschappelijk zinvolle arbeidsplaatsen in de collectieve sector. Met de invoering van de Wet Werk en Bijstand is die dubbele doelstelling losgelaten. Het Rijk ziet gesubsidieerde arbeid als een arbeidsmarktinstrument, gericht op de doorstroom naar regulier betaald werk, en verwacht dat de gemeenten daarnaar handelen.

Noot voor de redactie/