Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken
en WerkgelegenheidDirectie
Communicatie

30 maart 2005

Nr. 05/055

Cateringbranche wil ziekteverzuim met 20 procent verminderen

De contractcateringbranche wil het ziekteverzuim in ruim twee jaar met 20 procent verminderen. Het aantal medewerkers dat te maken heeft met hoge werkdruk moet met 20 procent omlaag. Verder wil de branche het aantal medewerkers dat lichamelijk te zwaar werk doet met 15 procent terugbrengen. Leidinggevenden krijgen een training hoe zij personeel beter kunnen begeleiden bij het omgaan met werkdruk. Daarnaast komen er consulenten die medewerkers gaan helpen zwaar werk uit te voeren op een manier die lichamelijk minder belastend is.

Dit staat in het Arbopluscovenant Contractcatering dat is ondertekend door directeur-generaal José Hilgersom namens staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Vereniging Nederlandse Cateringorganisaties (Veneca), FNV Horecabond, CNV Bedrijvenbond en De Unie. Voor de uitvoering van het convenant is in totaal één miljoen euro beschikbaar, waarvan het ministerie en de sociale partners ieder de helft voor hun rekening nemen.

In de cateringbranche werken in totaal ongeveer 24.000 mensen (in 2003). In de branche zijn naast een beperkt aantal grote vooral middelgrote en kleine bedrijven actief. Ruim de helft van de medewerkers in de branche geeft aan last te hebben van psychische of lichamelijke klachten. Ongeveer tweederde van de werknemers met klachten denkt dat die door het werk komen. Het gaat vooral om problemen met werkdruk, lichamelijk zwaar werk en gebrek aan steun van collega s of leidinggevenden. Het ziekteverzuim in de branche in 2003 ligt op 8,4 procent.

Een van de maatregelen uit het convenant is een training werkdruk voor leidinggevenden. Gehaast en onder tijdsdruk werken komt veel voor in de cateringbranche. Medewerkers zijn geneigd meer diensten te verlenen dan afgesproken. Leidinggevenden en personeel vinden het vaak moeilijk dit bijvoorbeeld bij de opdrachtgever aan te kaarten. De training helpt de leidinggevende werkdruk bespreekbaar te maken in het teamoverleg. Ook kan de leidinggevende leren hoe in het contract gemaakte afspraken beter kunnen worden nagekomen.

Een andere afspraak uit het convenant is de invoering van consulenten, die medewerkers gaan begeleiden bij lichamelijk zwaar werk. De consulenten gaan medewerkers op de werkplek adviezen geven over houding en lichamelijke belasting. Het bezoek op de werkplek is vooral bedoeld om medewerkers van kleinere cateringbedrijven te helpen. Grotere bedrijven kunnen met interne consulenten werken.

Daarnaast komen er verschillende experimenten om te onderzoeken hoe de branche de werkdruk het beste kan aanpakken. Uitgangspunt is dat medewerkers op locatie meer verantwoordelijkheden krijgen, zodat zij meer betrokken kunnen raken bij het werk. Er komen minimaal vier pilots om te onderzoeken hoe dit het beste kan worden gerealiseerd.


---

De volledige tekst van het convenant staat op de site www.arbo.nl.

Dit is een gezamenlijk persbericht van de Vereniging Nederlandse Cateringorganisaties (Veneca), FNV Horecabond, CNV BedrijvenBond en De Unie.