30 maart 2005
Gemeente, humanitas en mov limburg reageren op berichtgeving over inzet vrijwilligers bij opvang van daklozen en drugsverslaafden
De berichtgeving in Dagblad De Limburger van woensdag 30 maart jl. over angst en twijfel bij de vrijwilligers die worden ingezet bij de opvang van daklozen en drugsverslaafden, geeft een té negatieve voorstelling van zaken.
Dat vinden de vereniging Humanitas Weert, de stichting Maatschappelijke Opvangvoorzieningen Limburg (MOV) en de gemeente Weert.
Zij geven daarom gezamenlijk onderstaande verklaring en toelichting.
Humanitas Weert is sinds enkele jaren actief in Weert met diverse activiteiten op het gebied van maatschappelijke zorg en dienstverlening. Humanitas heeft aangegeven ook een rol van betekenis te willen spelen op het gebied van maatschappelijke opvang en verslavingszorg.
De gemeente Weert staat zeer positief tegenover dit aanbod. Sterker nog, de gemeente heeft de stichting Maatschappelijke Opvang Voorzieningen (MOV) Limburg opgedragen in contact te treden met Humanitas, om deze vorm van vrijwilligerswerk en gemeenschapszorg mogelijk te maken in het te realiseren centrum voor daklozenopvang en verslavingszorg.
Voorop staat echter dat de opvang wordt gerund door geschoolde beroepskrachten van MOV en GGZ Groep. Tijdens de dagopvang zijn permanent 2 beroepskrachten van MOV aanwezig en één verpleegkundige van de GGZ Groep die toezicht houdt op de gebruikersruimte.
Normaal gesproken zou de combinatie van één beroepskracht en twee vrijwilligers voldoende zijn om de dagopvang te bezetten . Er is echter voor gekozen om gedurende het eerste jaar extra personeel in te zetten om extra aandacht te kunnen geven aan de begeleiding van de vrijwilligers.
Om misverstanden te voorkomen willen gemeente, Humanitas en MOV Limburg hier nogmaals benadrukken dat vrijwilligers alléén worden ingezet voor ondersteunende werkzaamheden. De professionals zijn en blijven verantwoordelijk voor de opvang van daklozen en drugsverslaafden.
Het kan dus nimmer de bedoeling zijn vrijwilligers op enigerlei wijze aan hun lot over te laten, zoals het artikel suggereert. Alle partijen zijn het erover eens dat zij juist gekoesterd dienen te worden. Het is spijtig indien vrijwilligers op voorhand afhaken.
Het spreekt voor zich dat vrijwilligers ook worden getraind in hun weerbaarheid. Het gaat te ver om de dagelijkse gang van zaken als alleen maar agressief en bedreigend over te doen komen.
Verder is het gebruikelijk dat preventieve maatregelen worden genomen, zoals vaccinatie tegen hepatitis B. Dat geldt voor alle mensen die in het werk te maken hebben met verslaafden. Het gaat Humanitas dus juist om de gezondheid en het welzijn van hun vrijwilligers.
Humanitas Weert beaamt niettemin dat de communicatie tussen MOV en Humanitas enerzijds en de vrijwilligers anderzijds beter had gekund. Uitspraken die tijdens de kennismakingsbijeenkomst zijn gedaan, hadden voorkomen kunnen worden.
Humanitas, MOV en de gemeente zijn zeer verheugd over de grote belangstelling om als vrijwilliger in de opvang aan de slag te gaan. Vrijwilligers kunnen rekenen op een gedegen begeleiding en hen wordt de nodige deskundigheid bijgebracht. Wat dat betreft bestaat (nog steeds) alle vertrouwen in de combinatie van beroepskrachten en vrijwilligers die gezamenlijk hun schouders onder het opvangcentrum zetten.
2005.044 JN
---- --
Gemeente Weert