Den Haag, 6 april 2005
Vragen van de leden Boelhouwer en Depla (PvdA) aan de minister van Binnenlandse Zaken
over het verstrekken van opdrachten door de overheid aan het COT
1. Hebt u kennisgenomen van de publicatie in NRC-Handelsblad d.d. 5 april 2005 over het COT?
2. Kunt u een overzicht geven van alle opdrachten die per 1-1-2002 door of namens de overheid aan het COT zijn verstrekt?
3. Welke onder vraag 2 bedoelde opdrachten zijn op basis van enkelvoudige aanbesteding totstandgekomen?
4. Welk bedrag is voor elk van de onder vraag 2 bedoelde opdrachten betaald?
5. Hoe is rekening gehouden met het voorkomen van belangenverstrengeling tussen de personen van de opdrachtgevers, degenen die de opdracht kregen en degenen die de controle op de uitgevoerde opdrachten had?
6. Hoe verhoudt zich het in het artikel genoemde feit dat een van de medewerkers van het COT in zijn hoedanigheid van lid van de directie van de Nederlandse Politieacademie een opdracht aan het COT heeft gegeven?
7. Past dit onder vraag 6 genoemde punt binnen de integriteitsrichtlijnen van uw ministerie? Wilt u uw antwoord toelichten?
8. Waaruit bestaat de specifieke deskundigheid' op grond waarvan het COT volgens NRC Handelsblad een aantal opdrachten op basis van enkelvoudige aanbesteding heeft ontvangen?
9. Bent u bereid om met onmiddellijke ingang het verstrekken van opdrachten aan het COT op basis van enkelvoudige aanbesteding te staken? Zo nee, waarom niet?
10. Indien er sprake is geweest van het overtreden van Europese aanbestedingsregels, hebt u die overtreding dan inmiddels gemeld bij de bevoegde autoriteiten?
Zo nee, waarom niet?
Partij van de Arbeid