Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Contactpersoon

-
Datum
12 april 2005
Ons kenmerk
FEZ/2005/394
Doorkiesnummer

-
Bijlage(n)
2 (niet electronisch)
Uw kenmerk

-
Onderwerp
Begrotingsindeling 2006

Geachte voorzitter,

Door middel van deze brief informeer ik u over mijn voornemen om de artikelindeling van mijn begrotingen te herzien.
De aanleiding is primair ingegeven door mijn streven om VenW te veranderen in een departement van algemeen bestuur met een sterke externe oriëntatie en presentatie die tegelijkertijd binnen het ministerie dwingt tot meer samenhang en samenwerking. De uitkomsten TCI hebben mij de noodzaak daarvan bevestigd.

Uitwerking

Omdat de nieuwe indeling vooral moet bijdragen aan meer aangrijpingspunten voor politieke sturing bij de begrotingsvoorbereiding en meer focus bij de dialoog met uw
Parlement , is bij de verdere uitwerking nadrukkelijk gekeken naar herkenbare beleidsprioriteiten en -aspecten van VenW. Dit met name bezien vanuit de omgeving van VenW (Parlement, burgers), en niet langer vanuit de interne taak- en verantwoordelijkheidsverdeling (concerndenken, ontkokering, etc.).

Tegelijk is bij het inrichten van de nieuwe indeling rekening gehouden met ondermeer de inhoud van grote nota's als de Nota Mobiliteit en de Nota WB 21e eeuw.

Het resultaat is een begrotingsindeling met nieuwe beleidsartikelen die meer dan voorheen gericht zijn op maatschappelijke effecten en relevantie. De indeling van de productbegroting van het Infrastructuurfonds sluit hierop aan. Hier wordt het onderscheid "nat/droog" losgelaten en vervangen door de investeringssectoren zoals die ook in de Nota Mobiliteit worden gehanteerd.
Hiermee is de aansluiting tussen begroting en Nota Mobiliteit makkelijk te leggen.

Bijgevoegd zijn een:
Doelenboom;

Hierin is de artikelstructuur van de nieuwe indeling opgenomen, met vermelding van de operationele doelen en indicatoren. Dummy-begroting;

Deze is zuiver voor uw beeldvorming. De dummy-begroting van de nieuwe indeling is een "technische" uitwerking door mijn hoofddirectie FEZ op basis van de begroting 2005 en sluit in zijn structuur zoveel mogelijk aan bij de rijksbrede voorstellen die onlangs zijn gedaan door de minister van Financiën. Hierbij gelden uiteraard de nodige voorbehouden omdat de feitelijke indiening van de ontwerpbegroting 2006 straks vanuit de beleidskolom zal plaatsvinden en interdepartementaal nog afstemming moet plaatsvinden.

Relatie met budgetrecht

De huidige indeling van hoofdstuk XII kent in feite een matrix-structuur, waarbij per Directoraat-Generaal steeds een aantal beleidsthema's terugkeren. Hiermee is de begrotingsstructuur één op één gekoppeld aan de interne verantwoordelijkheids-verdeling . Deze werkwijze voldoet op zich prima, maar heeft wel geleid tot een groot aantal beleidsartikelen (17 stuks).

Door nu in de begroting de organieke schotten binnen VenW weg te halen en bij de artikelindeling uit te gaan van beleidsthema's, wordt het aantal artikelen overzichtelijker en komt meer in lijn met het rijksbreed gehanteerde aantal beleidsartikelen (evaluatie VBTB: gemiddeld 10 stuks). Tegelijk verdwijnen daarmee direct enkele in mijn ogen toch opmerkelijke situaties.
Zo bestaat nu voor alle sectoren een veiligheidsartikel met soms dezelfde doelstelling; de huidige artikelen 01 (Veilig goederenvervoer) en 05 (Veilig personenvervoer)
gaan beiden uit van de reductie van dezelfde aantallen verkeersdoden en gewonden.

Ik ben van mening dat juist op één plaats zichtbaar gemaakt moet worden wat de inspanning van VenW is in relatie tot de doelstelling. Eenzelfde situatie doet zich voor bij de verschillende artikelen inzake duurzaamheid waar in alle sectoren de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen de indicator betreft.
Ik ben van mening dat de Kamer in de nieuw beoogde opzet nog beter in staat is haar budgetrecht uit te oefenen omdat nu beter geoordeeld en afgewogen kan worden wat er op artikelniveau departementsbreed aan beleid speelt en hoeveel geld daarmee gemoeid is.

Relatie met verbetertraject VBTB door Financiën

Gezien het grote belang dat ik hecht aan de opmerkingen die de Tweede Kamer heeft gemaakt bij de behandeling van de evaluatie VBTB van het ministerie van Financiën, wil ik nog nadrukkelijk aangeven dat er geen wezenlijke informatie verloren gaat. Doel is juist tot een meer logische aansluiting van de middelen met de doelstellingen van VenW te komen.

Het is daarbij nadrukkelijk mijn streven - en in lijn met de brief van mijn collega van Financiën van 9 maart jl. naar aanleiding van de behandeling van de evaluatie VBTB - om tegelijk een kwaliteitsslag te maken met betrekking tot de bijbehorende prestatiegegevens. In ieder geval zal worden aangesloten op de in de Nota Mobiliteit benoemde indicatoren.

Mijn collega van Financiën heeft aangegeven in het voorjaar met alle individuele Ministers te kijken naar de doelformuleringen van de begrotingsartikelen. Dit proces sluit prima aan op de ontwikkelingen zoals hiervoor geschetst en kan tot wijzigingen van de formuleringen in de indicatieve begrotingsindeling en doelformuleringen in de dummy-begroting aanleiding geven. De formulering van de doelstellingen bij de beleidsartikelen is gericht op een bepaald maatschappelijk effect (outcome). Overeenkomstig de motie van het lid Douma c.s. (Kamerstukken II, 2004-2005, 29 949, nr. 11) zal indien gekwantificeerde gegevens over outcome niet kunnen worden opgenomen dit nader in de dialoog met u worden aangegeven overeenkomstig het criterium "comply or explain".

Implementatietraject

Het is mijn ambitie om al in de komende ontwerp-begroting 2006 de nieuwe indeling te hanteren. Het daadwerkelijk implementeren van een nieuwe begrotingsindeling binnen mijn departement vergt uiteraard wel een forse inspanning.
Een definitief besluit zal ik daarom in april moeten nemen. Mochten er bij uw Kamer hieromtrent dan ook sterke gevoelens bestaan, dan verneem ik dat graag deze maand. Uiteraard ben ik bereid hierover in een technische briefing nader met u van gedachten te wisselen.

Ik vertrouw er op u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Karla Peijs

-----------------------
Een en ander wordt tevens onderschreven door het evaluatierapport VBTB van het ministerie van Financiën waarvan de belangrijkste conclusies voor de begroting zijn dat de doelgroep voornamelijk de Tweede Kamer is en de inhoud van de begroting politieker zal moeten zijn. Gezien de impact van VBTB op de begrotingsstructuur is in 2002 bewust de stap nog niet gezet om de begrotingsstructuur en de interne verantwoordelijkheidsverdeling los te laten. Nu is VenW klaar om deze stap om de eerder vermelde redenen wel te maken.