Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

ons kenmerk: DN. 2005/991
datum: 14-04-2005
onderwerp: Actieplan BBI-Matra 2005-2008.

Bijlagen: 1

Geachte Voorzitter,

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken heeft u op 21 september 2004 op de hoogte gebracht van zijn nieuwe beleidsprogramma voor Maatschappelijke Transformatie (Matra) in kandidaat-lidstaten en buurlanden van de EU. Hij kondigde in dat kader ook een nieuw Actieplan BBI-Matra aan voor het behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit in deze landen.

Voorwaarde was dat het vorige Actieplan Natuurbeheer Midden- en Oost-Europa (2001-2004) positief zou worden geëvalueerd. Inmiddels is deze evaluatie afgerond.
Op basis van deze evaluatie heb ik het genoegen u, mede namens de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, een nieuw Actieplan BBI-Matra aan te mogen bieden. Het behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit in de Matra-landen verdient onze onverminderde steun. Het actieplan beslaat de periode 2005-2008 en heeft een financieel volume van EUR 4 mln/jaar.

Het nieuwe Actieplan BBI-Matra heeft als doel bij te dragen aan het per 2010 tot staan brengen van het verlies aan biodiversiteit in de Pan-Europese regio. Dit is afgesproken op de Vijfde Ministeriële Conferentie 'Environment for Europe' (Kiev, mei 2003). Het actieplan kiest daarbij verschillende invalshoeken.

Pan-Europese samenwerking bevordert de effectiviteit van ons nationale natuurbeleid, alsmede dat van de Matra-landen. Natuur en ecologie trekken zich immers niets van landsgrenzen aan (denk aan trekvogels of grensoverschrijdende leefgebieden). Dit verklaart onder meer dat de Nederlandse medeverantwoordelijkheid voor de pan-Europese natuur is vastgelegd in diverse internationale verdragen en processen, zoals het Verdrag van Bern en het pan-Europese Ecologische Netwerk (PEEN). Het Actieplan BBI-Matra wil daarom onder meer de totstandkoming van nationale en internationale ecologische netwerken ondersteunen.

Rondom het thema natuur hebben zich ook in de Matra-landen vele niet-gouvernementele organisaties georganiseerd. Zij leveren een wezenlijke bijdrage aan de door het Matra-programma beoogde maatschappelijke transformatie en de opbouw en versterking van een 'civil society'. Om deze reden zal het Actieplan BBI-Matra blijven investeren in de netwerken van niet-gouvernementele organisaties en openbaar bestuur op het gebied van biodiversiteit. Dit kan maatschappelijke bewustwording vergroten ten aanzien van de noodzaak tot behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit. Ook draagt dit bij tot het integreren van aspecten van biodiversiteit in economische sectoren als landbouw, bosbouw, visserij en vervoer.

De voortgaande uitbreiding van de EU stelt ons voor grote uitdagingen. De kandidaat-lidstaten verdienen Nederlandse steun om het zware programma op het gebied van Europese natuur richtlijnen en verordeningen uit te voeren. Daarom wil het Actieplan BBI-Matra de kandidaat-lidstaten ondersteunen bij de implementatie van het Acquis Communautaire op het gebied van biodiversiteit.

In de bijlage bij deze brief schets ik de doelstelling, uitgangspunten, instrumenten, uitvoeringsmodaliteiten en financiële middelen van dit actieplan voor de periode 2005-2008. In dit nieuwe actieplan zijn de aanbevelingen van de evaluatie verwerkt.

Zo wordt de doelstelling nader gepreciseerd en gedifferentieerd naar de verschillende Matra-landengroepen: de nieuwe lidstaten, de kandidaat-lidstaten, de 'Oosterburen' en de 'Zuiderburen'. Op deze manier bepaalt de afstand tot de EU welke inzet in de landengroepen wordt gepleegd (thematische invalhoeken en instrumenten) en welke doelstelling deze inzet heeft. Het actieplan wordt beëindigd in de nieuwe lidstaten, behoudens toekenning van kleine lokaal geïnitieerde projecten. De belangrijkste doelgroepen in het nieuwe actieplan zijn de kandidaat-lidstaten en de 'Oosterburen'.
Met de 'Zuiderburen' worden voorzichtig relaties opgebouwd.

De uitvoering van het nieuwe actieplan is vereenvoudigd en meer gestroomlijnd ten opzichte van het vorige actieplan. Het aantal instrumenten wordt gereduceerd van vier naar twee (een subsidieregeling en een bilateraal spoor via de ambassades). De transparantie van de uitvoering neemt toe door het breder toepassen van de subsidieregeling.

De sterke punten van het oude actieplan worden behouden: sterke lokale inbedding, opbouw van lokale capaciteit om projectresultaten te consolideren en gebruik van bestaande expertise en netwerken van het maatschappelijk middenveld.

Het Actieplan BBI-Matra 2005-2008 vergroot de effectiviteit van het nationale beleid en de Nederlandse inzet in de EU. Op die manier ondersteunt het actieplan mijn integrale benadering van de bescherming van de Europese natuur.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman
Bijlagen
Actieplan BBI-Matra 2005-2008