Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Contactpersoon

-
Datum
26 april 2005
Ons kenmerk
SSO/ACC 2005/183
Doorkiesnummer

-
Bijlage(n)

-
Uw kenmerk
05/17/VW
Onderwerp
Aanbesteding elektriciteitscontract VenW

Geachte voorzitter,

Met deze brief wil ik voldoen aan het verzoek van de Vaste Commissie voor Verkeer en Waterstaat om een inhoudelijke reactie te geven op een artikel in het Financiële Dagblad van 15 april 2005 met betrekking tot de aanbesteding van een nieuw elektriciteitscontract ten behoeve van het gehele ministerie van Verkeer en Waterstaat en de aanvullende vragen die de commissie daarover heeft gesteld.

Bij de beantwoording van de vragen ga ik tevens in op de volgende in het artikel van het Financiële Dagblad genoemde kritiekpunten: het vragen van een vaste prijs per megawattuur voor de totale contractperiode;
de open positie die de leveranciers in de markt moeten innemen gedurende 15 dagen;
de vraag van het ministerie van Verkeer en Waterstaat om een eenheidsprijs af te geven.


1. Kunt u een algemene toelichting geven op de aanbestedingsprocedure van het elektri-citeitscontract en de overwegingen om voor deze specifieke procedure te kiezen?


1. De procedure voor het electriciteitscontract betreft een Europese openbare aanbesteding waarbij de leveranciers naast het leveren van elektriciteit ook ondersteunende diensten moeten verlenen met betrekking tot facturatie, programmaverantwoordelijkheid etc.

Vanwege zeer goede ervaringen die Verkeer en Waterstaat eerder heeft opgedaan met de aanbesteding van elektriciteit heeft het departement voor dezelfde procedure gekozen.


2. Is het juist dat uw ministerie een vaste prijs voor de totale contractperiode in de aanbesteding heeft opgenomen, zonder mogelijkheden voor flexibele inkoop tegen variabele prijzen? Kunt u deze keuze toelichten?


2. Verkeer en Waterstaat kiest voor een vaste integrale elektriciteitsprijs. Dit houdt in dat alle kosten die de leverancier maakt, zoals risico-opslag, leveringskosten en de kosten voor het factureren, in de prijs moeten worden verdisconteerd.

De aanbestedingsstrategie van Verkeer en Waterstaat is ingegeven door complexiteit met betrekking tot het grote aantal aansluitingen (70% van alle aansluitingen van de Rijksoverheid) en de enorme administratieve lasten die daarmee samenhangen.
Daar de elecitriciteitsafname van Verkeer en Waterstaat een gunstig profiel heeft, als het ware één blok vormt dat geen grote verschillen in afname kent tussen nacht- en dagverbruik, heeft de leverancier veel ruimte om de risico's binnen zijn portefeuille te managen. Dit kan, zoals bij een eerdere aanbesteding is gebleken, door de leverancier worden vertaald naar een voor Verkeer en Waterstaat gunstige prijs. De risico's van prijsschommelingen gedurende de looptijd van het contract worden hiermee bij de leverancier gelegd in plaats van dat Verkeer en Waterstaat zelf het risico gaat dragen.


3. Is het eveneens juist, dat het ministerie vraagt om een eenheidsprijs, zonder rekening te houden met het afnamepatroon van de diensten? Kunt u aangeven waarom om een eenheidsprijs wordt gevraagd?

3. Verkeer en Waterstaat heeft aan de inschrijvers duidelijk de gebruiken aangegeven. Op verzoek van de inschrijvers is ook nog een nadere specificatie van de profielen bij de aansluitingen gegeven (als het mogelijk was is zijn zelfs de waarden per kwartier aangegeven). Deze gegevens zijn naar de mening van de deskundigen voor de leveranciers toereikend om een goede prijs af te geven voor de gehele contractperiode, rekening houdend met eventuele risico's die zij kunnen lopen en die Verkeer en

Waterstaat niet naar zich toe wil halen.


4. Is het juist dat uw ministerie heeft gekozen voor een 'open positie' gedurende vijftien dagen, waarbij andere bedrijven bezwaar kunnen maken tegen het toegekende contract? Kunt u dit toelichten?

4. De offertes worden beoordeeld op grond van het gunningcriterium de meest economisch voordelige aanbieding. Aan de leverancier die het hoogst scoort, zal een voorgenomen besluit tot gunning onder opschortende voorwaarde worden bekend gemaakt. Er kan nog niet definitief worden gegund vanwege het Alcatelarrest. Op grond van dit arrest is bepaald dat alle aanbestedende diensten te allen tijde een termijn van15 dagen in acht moeten nemen, waarbinnen iedere belanghebbende die het niet eens is met het voorgenomen besluit tot gunning een civiel of arbitraal kort geding kan aanspannen.
Het voorstel om de leveranciers de kans te geven het vijftiendagenrisico af te dekken, bijvoorbeeld door een koppeling mogelijk te maken met een onafhankelijke marktindicator zoals de Endex-forwardprijs is juist hetgeen Verkeer en Waterstaat niet wil. Verkeer en Waterstaat wil het risico met betrekking tot prijsschommelingen op korte en langere termijn zoveel als mogelijk bij de leveranciers neerleggen.


5. Heeft uw ministerie externe deskundigen geraadpleegd om een optimale aanbestedingsprocedure en minimale kosten te bereiken?

5. Ja. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat beschikt over materiedeskundigen die goed op de hoogte zijn van de energiemarkt. Desalniettemin heeft Verkeer en Waterstaat voor het vaststellen van de aanbestedingsstrategie en de aanbestedingsprocedure, alsmede de uitvoering van de aanbestedingsprocedure externe deskundigen geraadpleegd.


6. Biedt de gevolgde procedure naar uw oordeel voldoende mogelijkheden voor kleine spelers op de markt om mee te dingen naar het contract?

6. De aanbestedingsstrategie van Verkeer en Waterstaat is ingegeven door complexiteit met betrekking tot het grote aantal aansluitingen (70% van alle aansluitingen van de Rijksoverheid) en de enorme administratieve lasten die daarmee samenhangen. Naast het leveren van elektriciteit dient de leverancier ook ondersteunende diensten te leveren. Verkeer en Waterstaat wil risico's van prijsschommelingen bij de leverancier leggen omdat het van mening is dat de leverancier dit goed kan managen binnen zijn portefeuille. De kans dat kleine spelers hierin een rol van betekenis kunnen spelen zal minder groot zijn.


7. Hoe schat u de mogelijkheden in om door middel van aanpassingen in de procedure de totaalkosten van het contract te verlagen? Bent u bereid om deze mogelijkheden nader te onderzoeken, dan wel door te voeren?

7. Ik ben van mening dat Verkeer en Waterstaat een weloverwogen keuze heeft gemaakt met betrekking tot de aanbestedingsstrategie en ik zie dan ook geen aanleiding om de procedure aan te passen.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

Karla Peijs