Rijksvoorlichtingsdienst
Het Koninklijk Huis

26/04/05 Prins van Oranje en Prinses Máxima openen tentoonstelling in vernieuwd Nederlands paviljoen in Auschwitz

Zijne Koninklijke Hoogheid de Prins van Oranje en Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Máxima der Nederlanden openen dinsdag 26 april 2005 de tentoonstelling over de vervolging van Joden in Nederland in het vernieuwde Nederlandse paviljoen in Auschwitz in Polen. De opening vindt plaats in aanwezigheid van mevrouw drs. C.I.J.M. Ross-Van Dorp, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, overlevenden van Auschwitz en vertegenwoordigers van het Nederlands Auschwitz Comité. Na de opening van de tentoonstelling brengt het paar een bezoek aan het museum Auschwitz en het voormalige concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz Birkenau.

Sinds 1980 heeft Nederland een paviljoen in het museum van Auschwitz waar een tentoonstelling ingericht is over de Joodse bevolking in Nederland en hoe de situatie in de oorlog was. Nieuwe inzichten, nieuwe vormen van presentatie voor de jongere generaties en het jarenlange gebruik van het paviljoen, maakten een grondige renovatie noodzakelijk. Dit betrof enerzijds de vernieuwing van de inhoud van het gebouw en anderzijds de renovatie van het gebouw zelf. Het ministerie van VWS heeft het Nederlands Auschwitz Comité opdracht gegeven de renovatie uit te voeren en een nieuw concept op te stellen voor de tentoonstelling. De kosten voor deze werkzaamheden worden gedragen door het ministerie van VWS met behulp van bijdragen van de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Buitenlandse Zaken en Algemene Zaken.

De herziene tentoonstelling laat zien hoe een groot deel van de Nederlandse Joodse bevolking uiteindelijk in Auschwitz is terechtgekomen. Geschetst wordt hoe door isolatie en vervolgens deportatie in enkele jaren tijd vrijwel een totale bevolkingsgroep uit Nederland is weggevoerd. De geschiedenis wordt verteld via persoonlijke verhalen, geïllustreerd met geluidsfragmenten, foto's, filmfragmenten, persoonlijke documenten, citaten uit dagboeken, autobiografieën en interviews. Ook wordt speciale aandacht gegeven aan de Nederlandse Sinti en Roma die in Auschwitz zijn omgekomen. Naast de tentoonstelling, is in het paviljoen ruimte vrijgemaakt voor de herdenking en herinnering aan die Nederlanders die in Auschwitz zijn omgekomen. Op de wanden van het paviljoen zijn de namen van de overledenen geschreven.

Het Nederlandse paviljoen is geheel gerenoveerd. Het dak, de isolatie, de ramen, de centrale verwarming en beveiliging zijn opnieuw aangelegd en gerestaureerd. Op deze wijze wordt door Nederland een bijdrage geleverd aan de instandhouding van het museum te Auschwitz. Bij de restauratie is rekening gehouden met de nieuwe herdenkingsfunctie van het paviljoen. Zo zijn, in tegenstelling tot voorheen de ramen niet langer geblindeerd. De bedoeling hiervan is dat de bezoekers aan het paviljoen het contact met de omgeving, het kamp, niet verliezen.

Het Nederlandse paviljoen is gelegen op de bovenverdieping van barak 21 in het Stammlager in Auschwitz. Dit Stammlager is het museum van Auschwitz. Hier werden de eerste experimenten uitgevoerd voor vernietiging met het gas Zyclon B. Dit resulteerde in de bouw van het vernietigingskamp Auschwitz Birkenau, de plek waar vervolging en deportatie van joden, Roma en Sinti uiteindelijk resulteerden in massamoord.
In het Stammlager, een voormalige Poolse kazerne, zijn door verschillende landen stenen barakken 'geadopteerd', waarin voor dat land relevante informatie wordt gegeven.
Van de 104.000 Nederlanders die als gevolg van vervolging zijn omgekomen, hebben 58.000 hun leven verloren in Auschwitz (daarnaast nog eens 33.000 in Sobibor, en de overigen in diverse andere kampen).