Gemeente Maastricht

Onderzoek naar creatieve industrie in Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen afgerond

Persbericht namens het Tripool
Datum: 26 april 2005

In januari 2005 hebben de colleges van de gemeenten Maastricht, Heerlen, Sittard-Geleen, in overleg met de Provincie Limburg als strategische partner, gezamenlijk opdracht gegeven voor een onderzoek naar de structuur, aard en ontwikkelingen van de creatieve industrie binnen het stedelijk netwerk van de Tripool. Het door TNO uitgevoerde rapport is op maandag 25 april overhandigd aan de opdrachtgevers.

Kijken we naar de omvang en groei van de creatieve industrie dan kunnen we de conclusie trekken dat het directe economische belang van deze bedrijfstak voor de Tripool beperkt is. Maar het rapport concludeert ook dat er meer is dan alleen dit directe economische belang. Zo kan een sterke creatieve industrie de concurrentiekracht van andere bedrijfstakken in een regio positief beïnvloeden. Het levert verder een positieve bijdrage aan het leef-, woon- en werkklimaat van de regio, hetgeen het vestigingsklimaat voor bedrijven versterkt. Tot slot kan een sterke creatieve industrie ook een sterk indirect economisch effect hebben (bijv. cultuur als trekpleister voor toeristen). Omwille van dit brede belang van de creatieve industrie is het onderzoek uitgevoerd. De Provincie Limburg is betrokken geweest bij de totstandkoming van dit onderzoek.

De resultaten van het rapport moeten worden gezien als een nulmeting. Het komende halfjaar zullen de opdrachtgevers en de Provincie Limburg het rapport gebruiken als basis voor de bepaling van de beleidsagenda rond het thema van de creatieve industrie. Tevens zullen de inzichten uit het rapport een rol spelen in de onderhandelingen met het rijk (de ministeries OCW en EZ) omtrent de verdere ontwikkeling van dit beleidsvraagstuk.

In het onderzoek is gebruik gemaakt van een definitie van de creatieve industrie die landelijk als standaard geldt. Dankzij deze benadering zijn de resultaten uit het Tripool-onderzoek op dezelfde wijze te interpreteren als bijvoorbeeld Amsterdam en Rotterdam. Dezelfde benadering is richtinggevend voor de nota Cultuur en Economie die het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Welzijn in samenwerking met het ministerie voor Economische Zaken dit jaar zal uitbrengen.

De belangrijkste resultaten uit het onderzoek:

* Het aandeel van de creatieve industrie in de totale werkgelegenheid in de Tripool ligt met 2,3% onder het landelijk gemiddelde van 2,9%.

* De banengroei van 1996-2004 in de creatieve industrie in de Tripool is met 0,7% bescheiden te noemen. Zeker wanneer het wordt afzet tegen de banengroei in de totale economie van de Tripool (1,4%) als tegen het landelijk gemiddelde van de creatieve industrie (3,5%). Deze bescheiden groei is vooral te wijten aan de teruggang in de media- en entertainmentsector. Er is echter wel sprake van groei binnen de kunsten en zakelijke dienstverlening.
* Binnen de Tripool is de gemiddelde bedrijfsgrootte in de creatieve industrie (4,8 werkzame personen) relatief klein ten opzichte van de gemiddelde bedrijfsgrootte binnen de totale economie van de Tripool (12,3 werkzame personen).

* De creatieve zakelijke dienstverlening (architecten, reclamebureaus en ontwerpers) is de grootste werkverschaffer in de creatieve industrie binnen de Tripool.

* Het aantal vestigingen in de creatieve industrie groeide sneller dan het aantal banen. Er is dus een ontwikkeling waar te nemen naar meer kleinschaligheid.

Complete eindrapport Creatieve Industrie.pdf