Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Postbus 90801 2509 LV Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Anna van Hannoverstraat 4 Staten Generaal Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 Binnenhof 1a
2513 AA 's Gravenhage

Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer szw0500183 UB/AM/2005/29979 333

Onderwerp Datum Contactpersoon beantwoording vragen nav het IWI-rapport 27 april 2005
"Op tijd, tijdigheid in de uitvoering van de
Anw"

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het rapport van de inspectie werk en inkomen "Op tijd, tijdigheid in de uitvoering Anw".

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

2

Beantwoording van de vragen van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het rapport van de inspectie werk en inkomen "Op tijd, tijdigheid in de uitvoering" van de Anw

Inleiding
De gestelde vragen richten zich op een aantal thema's. Om, gelet op het aantal gestelde vragen, tot een heldere en niet gefragmenteerde beantwoording te komen, worden de vragen per thema in logische volgorde beantwoord, daarbij wordt niet de volgorde van de vragen gehanteerd. Het gaat om de volgende thema's:

1. Normen versus prestaties inzake tijdigheid

2. Anw en de klant

3. Anw en automatisering

4. Effectiviteit van genomen maatregelen

5. Wettelijk kader terugvorderingen


1. Normen versus prestaties inzake tijdigheid
Vraag
23. Wat is de wettelijk gewenste situatie voor de tijdigheid?

Antwoord
Met de Wet beslistermijnen sociale verzekeringen 2001 zijn de beslistermijnen voor de werknemers- en volksverzekeringen per 1 januari 2001 aangescherpt. Kort samengevat dienen beschikkingen inzake de volksverzekeringen, waaronder de Algemene nabestaanden wet (Anw), door de SVB afgegeven te worden binnen 8 weken na aanvraagdatum. Kan niet in 8 weken een beslissing worden genomen met het oog op het noodzakelijke onderzoek naar de rechtsfeiten door de SVB, dan kan de termijn worden verlengd met maximaal 8 weken of - ingeval dat informatie is gevraagd van een persoon of instantie in het buitenland
- met maximaal 6 maanden (hieronder genoemd: verlengde termijn). De aanvrager dient binnen de initiële 8 weken van de verlenging schriftelijk in kennis te worden gesteld (hieronder: vertragingsbericht). De beslistermijn wordt opgeschort indien aanvrager niet alle gevraagde gegevens heeft verstrekt. De opschorting duurt vanaf de datum dat aanvrager wordt verzocht de aanvraag aan te vullen totdat de ontbrekende gegevens zijn aangevuld (hieronder: hersteltermijn).

Vragen
3. De SVB voldoet met de prestaties zoals vermeld in het IWI-rapport, tabel 1, pag. 10, wel aan de met de regering overeengekomen streefwaarden, maar nog niet aan de wettelijk gewenste situatie. Waarom kan de SVB bij de uitvoering Anw niet in 2005 voldoen aan de wettelijk gewenste situatie? Gelet op de resultaten van het derde kwartaal van 2004 moet dit toch mogelijk zijn?
4. Waarom is de streefwaarde Anw internationaal voor 2004 slechts op 40% gesteld? Moet deze streefwaarde niet sterk omhoog?
5. Wat is de reden dat de streefwaarde voor de tijdigheid van de uitvoering Anw in 2005 lager is gesteld dan voor de eveneens door de SVB uitgevoerde AOW en Algemene Kinderbijslagwet?
9. Wat vindt de regering van de conclusie van de IWI dat de wettelijk gewenste situatie nog niet is bereikt?

3

10. Welke conclusie verbindt de regering aan de conclusie van de Inspectie dat `waakzaamheid geboden blijft zolang de tijdigheid nog niet voldoet aan de wettelijke vereisten en de oude voorraden nog bestaan'?
11. Op welke termijn moet de tijdigheid voldoen aan de wettelijke vereisten en moeten de oude voorraden zijn weggewerkt? Welke aanvullende maatregelen zijn hiervoor nodig? 18. De IWI oordeelt dat waakzaamheid geboden blijft omdat de tijdigheid nog niet voldoet aan de wettelijke vereisten die gelden binnen de algemene wet bestuursrecht en materiewetten. De SVB reageert hierop door aan te geven dat zij vindt dat zij hier niet op beoordeeld dient te worden omdat zij voldoet aan de afspraken die gemaakt zijn met het ministerie van SZW. Kan de regering uiteenzetten waarom de afspraken tussen het ministerie van SZW en de SVB beneden de wettelijke vereisten, zoals vastgelegd in de algemene wet bestuursrecht en materiewetten, liggen en of de gestelde normen in de toekomst wel overeen zullen komen met wettelijke vereisten? Zo ja wanneer zullen de wettelijke vereisten gaan gelden. Zo neen, waarom niet? Waarom vindt de regering dat de SVB boven de wet kan worden gesteld?
19. Uit de bijlage van het rapport, waarin de reactie van de SVB staat, blijkt dat de SVB ten opzichte van de meerjarenplanning 2004-2008 de meeste streefwaarden fors heeft verhoogd. Dit heeft te maken met een nieuwe wijze van meten en met de verwachte effecten van de verbeteracties. Kan de regering toelichten wat er aan de manier van meten is veranderd en of de huidige manier van meten incorrect is?
22. Waarom was de streefwaarde 2004 voor de tijdigheid van Anw Internationaal zo laag? 25. Wat zijn nu precies de wettelijke normen, en welke normen zijn tussen SVB en regering overeengekomen? Waarom spreken regering en SVB normen af die kennelijk niet aan de wet voldoen?

Antwoord
In het IWI-rapport "Op tijd, tijdigheid in de uitvoering van de Anw" wordt aangegeven dat de problematiek is ontstaan met de wijziging van de Anw in 1996 als gevolg van de daarin opgenomen inkomenstoets. De werkvoorraden zijn in 1996 ontstaan en daarna zijn deze aangegroeid, met een scharniermoment in 2004. SVB heeft lange tijd geen maatregelen getroffen om inzicht te krijgen in de werkvoorraden.

Proces
De aandacht en prioriteit voor (sturing op) de tijdigheid bij SVB is in de afgelopen jaren sterk toegenomen. De Evaluatie Wet beslistermijnen die op 25 april 2003 aan de Tweede Kamer is gezonden en het IWI-rapport `Op tijd, tijdigheid in de uitvoering van de Anw' laten een relatief gunstig beeld zien met een opwaartse lijn die zich tot heden heeft voortgezet. Tot in 2003 werd door de uitvoeringsorganisaties UWV en SVB nog uitsluitend gerapporteerd over het percentage beschikkingen dat binnen 8 kalenderweken op aanvraag werd afgegeven. Daarbij werd geen rekening gehouden met, met inachtneming van de regelgeving, mogelijke verlengde en/of hersteltermijnen. In een aantal gevallen, met name waar informatie uit het buitenland wordt opgevraagd, ontvangt de SVB niet binnen 8 weken de noodzakelijk informatie om een beslissing te kunnen nemen en verlengt de SVB de beslistermijn en informeert zij de klant daarover. De afgesproken normen (streefwaarden) zoals vastgelegd in de betreffende jaarplannen en meerjarenplanningen, alsook gerealiseerde percentages, zijn om die reden lager dan 100%. Met name de norm voor Anw-internationaal was laag omdat in deze gevallen altijd informatie over de buitenlandse sociale verzekering vereist is.

4

In 2003 is, mede naar aanleiding van de Evaluatie Wet beslistermijnen, afgesproken dat de prestatienorm inzake tijdigheid, en daarmee de rapportage van de SVB daarover, volledig gekoppeld wordt aan de wettelijke eisen. Derhalve diende rekening gehouden te worden met hersteltermijnen, verlengde termijnen en met de tijdige kennisgeving aan de klant. Ook werd de prestatienorm verbreed van aanvragen tot alle van de klant ontvangen mutaties met rechtsgevolg. Herstel- en verlengde termijnen werden destijds echter nog niet door de SVB in haar management- en rapportagesystemen vastgelegd, noch werd het (tijdig) verzenden van de zogenoemde vertragingsberichten geregistreerd. De SVB heeft alle relevante systemen en de interne rapportages moeten aanpassen. Ook heeft de SVB wezenlijke verbeteringen aangebracht in het sturen op de tijdigheid. Het stimuleren en inregelen van de nieuwe wijze van meten en sturen op elke vestiging heeft tot in 2004 tijd in beslaggenomen. De effecten hiervan werden in de loop van 2004 in de rapportages zichtbaar. De tijdigheid Anw in het 4e kwartaal 2004 is gestegen tot 94% (nationaal) respectievelijk 90% (internationaal). Bij het opstellen van de jaarplannen 2004 en 2005 was nog niet duidelijk hoe het transitieproces zou verlopen en zijn prestatienormen afgesproken op basis van de realisaties in vorige jaren. Wel werd een streefnorm voor de langere termijn afgesproken van 98% (nationaal) respectievelijk 90% (internationaal).

Inhoud
Om een juiste beslissing te kunnen nemen in het kader van de Anw is in een toenemend aantal gevallen informatie uit het buitenland noodzakelijk. Veelal betreft het inkomensgegevens of gegevens over een door een buitenlandse sociale
verzekeringsinstelling toegekende soortgelijke uitkering. Het vergaren van dergelijke gegevens neemt soms meer tijd in beslag dan de maximale beslistermijn. Met name als gewacht moet worden op een beslissing van buitenlandse sociale verzekeringsinstellingen inzake een samenlopende uitkering kan dat zeer lang, soms wel jaren, duren. In die gevallen is het niet in het belang van de klant om aan het eind van de beslistermijn een voor de klant veelal ongunstige beslissing te nemen op grond van onvoldoende gegevens en de behandeling af te sluiten. Het is wenselijk in die gevallen de behandeling voort te zetten totdat de noodzakelijke informatie alsnog wordt ontvangen. Dit laat onverlet dat de betrokken klant, op basis van de bescherming die de Algemene Bestuurswet biedt, in bezwaar of beroep kan gaan tegen het niet binnen redelijke termijn afgeven van een beschikking door de SVB.
Overigens komt het ook voor dat een inkomen in Nederland niet binnen de beslistermijn kan worden vastgesteld, zoals bij zelfstandigen, voor wie de belastingdienst eerst na afloop van het belastingjaar het inkomen definitief vaststelt.
Op grond van bovenstaande is het niet wenselijk de afgesproken streefnormen, met name de norm voor nationale gevallen van 98%, te verhogen. Op termijn zal - mede gezien de verderop zeer kort geschetste internationale ontwikkelingen - de streefnorm internationaal wel verhoogd kunnen worden. Bovenstaande geldt overigens niet alleen voor de uitvoering van de Anw, maar ook voor AOW en AKW. De streefwaardes 2009 voor AOW, AKW zijn daarom gelijk.

5

Vraag
15. Uit het rapport wordt duidelijk dat de oude werkvoorraad, die ontstaan is vanwege de wetswijziging in de Anw in 1996, gestaag afneemt naar nog niet is verdwenen. Uit het rapport wordt niet duidelijk wanneer de oude werkvoorraad compleet verdwenen is. Kan de regering uiteenzetten wanneer de oude werkvoorraad verdwenen dient te zijn?

Antwoord
De oude werkvoorraad Anw (> 2 jaar) is verder afgenomen tot 42 gevallen (stand op 8 april 2005). Gelet op het feit dat de SVB gevallen, waarin gewacht wordt op een buitenlandse beslissing of op andere informatie die eerst na lange tijd beschikbaar komt, in behandeling houdt in plaats van een afwijzende of anderszins ongunstige beslissing te nemen, zal er altijd sprake kunnen zijn van een relatief zeer beperkte 'oude werkvoorraad'.

Mijn ambtsvoorganger heeft naar aanleiding van vragen van Kamerlid Mosterd begin vorig jaar uitgesproken dat verbeteracties versnelling en intensivering behoefden. Deze acties moesten op korte termijn leiden tot oplossing van de werkvoorraad en de tijdige behandeling van inkomensmutaties door de SVB en daarmee tot voorkoming van terugvordering van grote bedragen, lang nadat de inkomensmelding heeft plaatsgevonden. De SVB heeft een plan van aanpak opgesteld met de toezegging dat vóór 1 juli 2004 de gestelde doelen zouden zijn bereikt. De SVB heeft ondertussen in 2004 de afgesproken streefwaarden voor afhandeling nationale gevallen (80%) en internationale gevallen (40%) gerealiseerd.

Vraag
16. In het rapport worden de genomen maatregelen bekeken op oorzakelijk verband met de geconstateerde problemen. Eventueel andere mogelijkheden die de tijdigheid van de Anw en de klantgerichtheid verder kunnen verbeteren worden er niet gegeven. Kan hieruit geconcludeerd worden dat er geen andere maatregelen meer denkbaar zijn of dient er volgens de regering nog gekeken te worden naar eventueel aanvullende maatregelen; met andere woorden zijn de maatregelen toereikend?

Antwoord
De door SVB genomen maatregelen zijn toereikend. Immers zoals gemeld in de brief naar aanleiding van de 2e kwartaalverslagen, zijn de problemen ten aanzien van de hoge werkvoorraden Anw volgens planning op 1 juli 2004 opgelost. Ook heeft SVB een geavanceerd beheers- en stuursysteem voor de tijdigheid ingevoerd, waarmee een tijdige gevalsbehandeling geborgd wordt. Dit laat onverlet dat SVB voortdurend aandacht geeft aan nieuwe mogelijkheden voor het verkorten van behandelingstermijnen, door een andere wijze van werken, het op een andere wijze administreren van verzekerden, het inzetten van ICT en dergelijke. Ook andere ontwikkelingen kunnen bijdragen aan een verdere verkorting van de behandelingsduur. In Europees verband is de SVB actief in een project met de doelstelling om de ­ thans nog zeer lange- behandelingstermijnen van internationale aanvragen bij de diverse Europese sociale verzekerings- en verbindingsorganen fors te verkorten door elektronische uitwisselingen tussen de EU-lidstaten en een verbeterde elektronische processing binnen de lidstaten. Binnen Nederland zal de realisatie van de Polisadministratie naar verwachting tot kortere behandelingstijden leiden.


6

2. Anw en klant
Vragen

1. Kan de regering toelichten dat het aantal klachten van cliënten over de uitvoering van de Anw in dezelfde mate is afgenomen als verwacht mocht worden vanwege de verbeterde uitvoering?

2. Is de cliënttevredenheid over de uitvoering ook gemeten en wat zijn de resultaten? Welke klachten van cliënten komen het meest voor en waarom juist deze klachten? 21. Waarom is de klanttevredenheid niet in het onderzoek betrokken?

Antwoord
Het onderzoek van de inspectie gaat over de door de SVB genomen verbetermaatregelen en het structurele karakter van de gekozen oplossingen. Er bestond ten tijde van de start van het onderzoek geen aanleiding voor een verbreding of verdieping. Het biedt daardoor geen inzicht in het in de vraagstelling veronderstelde causale verband tussen het afnemen van de klachten en de verbetermaatregelen.

Ik heb geconstateerd dat de SVB in 2003 en de 2004 hard heeft gewerkt aan het verbeteren van de uitvoering van de Anw en het wegwerken van oude voorraden. De achterstanden zijn medio 2004 nagenoeg weggewerkt. Vanaf het derde kwartaal 2004 is dan ook het aantal (gegronde) klachten over de behandelingsduur Anw sterk verminderd.

KLACHTEN 1e kw 2e kw 3e kw 4e kw 1e kw