Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording kamervragen over bouwactiviteiten op Noord-Cyprus

Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof
Den Haag | |Directie West- en Midden-Europa
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |29 april 2005                       |Behand|Charlotte van Baak   |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DWM/374-05                          |Telefo|070-3486610          |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/1                                 |Fax   |070-3486233          |
|Bijlag|1                                   |charlotte-van.baak@minbuza.nl|
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Beantwoording vragen van het lid    |                             |
|t     |Huizinga-Heringa over               |                             |
|      |bouwactiviteiten op grond van       |                             |
|      |gevluchte Grieks-Cyprioten op       |                             |
|      |Noord-Cyprus                        |                             |
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Huizinga-Heringa over bouwactiviteiten op grond van gevluchte Grieks-Cyprioten op Noord-Cyprus. Deze vragen werden ingezonden op 23 maart 2005 met kenmerk 2040511080.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op de vraag van het lid Huizinga-Heringa (Christen Unie) over bouwactiviteiten op grond van gevluchte Grieks-Cyprioten op Noord-Cyprus.

Vraag 1

Kent u het artikel "Huizenkoper op Noord-Cyprus loopt risico" , waaruit blijkt dat er vakantiehuizen worden gebouwd op Noord-Cyprus op grond van Grieks-Cypriotische vluchtelingen, die vervolgens doorgaans aan West-Europeanen, waaronder Nederlanders, worden verkocht?

Antwoord

Ja, dit artikel is mij bekend.

Vraag 2

Kunt u aangeven op welke schaal er (vakantie)huizen gebouwd worden op grond van Grieks-Cypriotische vluchtelingen? Deelt u de mening dat de bouw van (vakantie)huizen op grond van gevluchte Grieks-Cypriotische vluchtelingen illegaal is? Zo ja, welke politieke consequenties vloeien hier uit voort? Zo neen, hoe beoordeelt u dan de uitspraak die is gedaan door een rechtbank in Nicosia?

Antwoord

Er zijn geen betrouwbare cijfers beschikbaar, maar sinds het referendum in april 2004 kan een toename van bouwactiviteiten worden waargenomen. Volgens de 'Kamer van Architecten' in Noord-Cyprus worden doorgaans 1.800-2.000 bouwvergunningen per jaar aangevraagd; in het eerste kwartaal van 2004 zouden al meer dan 2.000 vergunningen zijn aangevraagd. Van de kopers zou 85% afkomstig zijn uit het Verenigd Koninkrijk, de rest voornamelijk uit Turkije en Israël. De vraag of de bouw van (vakantie)huizen op grond van gevluchte Grieks-Cypriotische vluchtelingen illegaal is, is nauw verbonden met de politieke situatie in Cyprus. Het noordelijk deel van Cyprus, de zogenaamde 'Turkish Republic of Northern Cyprus' is internationaal niet erkend, behalve door Turkije. Zaken betreffende onroerend goed, zoals teruggave en/of compensatie ten behoeve van rechtmatige eigenaren van vóór 1974 (jaar van de de facto deling van het eiland), maken integraal deel uit van onderhandelingen tussen partijen over een algehele oplossing. Sinds de de facto deling van het eiland worden onderhandelingen, als die plaatshebben, gevoerd in VN-kader. De EU en Nederland zullen, indien mogelijk, de VN ondersteunen en druk uitoefenen op beide partijen aan een oplossing mee te werken.

Zolang er geen oplossing is voor de kwestie Cyprus, bestaat de mogelijkheid dat in de Republiek Cyprus juridische procedures worden aangespannen tegen kopers van onroerend goed in het Noorden, zoals de zaak tegen het Britse echtpaar waaraan in het artikel in het Algemeen Dagblad wordt gerefereerd.

Vraag 3

Kunt u aangeven wat de gevolgen kunnen zijn voor een Nederlandse koper van een vakantiehuis op Noord-Cyprus op grond die toebehoort aan een Grieks-Cypriotische vluchteling? Klopt het dat verbeurdverklaring van de eigendommen in het thuisland van de koper de uiterste consequentie kan zijn als de betrokkene geen gehoor wil geven aan een vonnis vergelijkbaar met het vonnis over een Brits echtpaar?

Antwoord

Voorop dient te worden gesteld dat in de rechtszaak tegen het Britse echtpaar hoger beroep is ingesteld. Dat maakt het beantwoorden van de vraag in hoge mate speculatief. Ten overvloede zij opgemerkt dat het Europees arrestatiebevel, waarnaar het artikel in het Algemeen Dagblad verwijst, in casu geen rol speelt aangezien hier geen sprake is van een strafrechtelijke, maar van een civielrechtelijke kwestie.

Vraag 4

Welke mogelijkheden ziet u om de belangen van de Grieks-Cypriotische vluchtelingen te beschermen en om te voorkomen dat Nederlanders illegaal gebouwde vakantiewoningen op Noord-Cyprus kopen? Bent u bereid om (op Europees niveau) het kopen van illegaal gebouwde vakantiewoningen op Noord-Cyprus tegen te gaan?

Antwoord

Het is de verantwoordelijkheid van de potentiële koper zelf, zich te laten informeren over eventuele risico's van een bepaalde huizenmarkt. Het ministerie van BZ en de ambassade geven desgevraagd informatie over de specifieke situatie op Cyprus. Zoals gezegd, dient de eigendomsproblematiek te worden opgelost binnen het grotere kader van de kwestie Cyprus. De Verenigde Naties hebben het mandaat hiervoor.
-----------------------
Algemeen Dagblad, 9 maart jl.
Zie noot 1
Zie voor deze casus het artikel in het Algemeen Dagblad, 9 maart jl.


---- --