Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

parlementaire stukken - Antwoorden op kamervragen over mensensmokkelaars en het gebruik van identiteitspassen

Antwoorden op kamervragen over mensensmokkelaars en het gebruik van identiteitspassen

29 april 2005

Vragen van het lid Externe link De Wit (SP) aan de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties over mensensmokkelaars en het gebruik van identiteitspassen.
---


1. Vraag Hoe oordeelt u over het bericht dat mensensmokkelaars vaak identiteitspassen gebruiken? 1)


1. Antwoord Het is ons bekend dat het misbruiken van (valse of vervalste) documenten, waaronder identiteitspassen, één van de modus operandi vormt bij mensensmokkel. Zoals de minister van Justitie onlangs nog aan uw Kamer heeft gemeld, zullen wij keer op keer dergelijk misbruik blijven bestrijden (Kamerstukken II 2004-2205, 29 800, VI, nr. 115).


2. Vraag Zijn gemeenten wegens de identificatieplicht verplicht identificatiebewijzen te verstrekken aan burgers, ook als deze bij herhaling zijn aangevraagd?


2. Antwoord Artikel 24b van de Paspoortwet biedt de uitgevende instanties de mogelijkheid om een paspoort te weigeren of vervallen te verklaren bij een gegrond vermoeden van handelingen door de betrokken persoon die het vertrouwen in het reisdocument heeft geschaad of zal schaden. Artikel 24b is niet van toepassing op de Nederlandse identiteitskaart. Afgifte van een Nederlandse identiteitskaart kan niet worden geweigerd, omdat deze kaart expliciet de functie heeft van identiteitsbewijs in het kader van de Wet op de identificatieplicht. Wel kan door de gemeente aangifte worden gedaan bij de politie vanwege het vermoeden van fraude met behulp van reisdocumenten, waaronder ook de Nederlandse identiteitskaart (artikel 231 Wetboek van Strafrecht).


3. Vraag Erkent u dat de identificatieplicht bijdraagt aan de handel in identiteitspassen, zoals eerder in debatten genoemd? 2)

3. Antwoord
Bij de introductie van de Wet op de uitgebreide identificatieplicht is onder ogen gezien dat het belang van het hebben van een identiteitsbewijs zal toenemen. Politie en Justitie geven dan ook meer aandacht aan de opsporing van falsificaten en de toegankelijkheid van de geautomatiseerde systemen met het oog op verificatie. Voor meer informatie over dit onderwerp verwijzen wij u naar de kabinetsreactie op het rapport «Identiteitsfraude en (reis)documenten» van de KMar (Kamerstukken II, 2003-2004, 29 200, VI, nr. 166) en de antwoorden op het schriftelijk overleg over hetzelfde rapport (Kamerstukken II, 2004-2005, 29 800, VI, nr. 115).


4. Vraag Kunt u meedelen hoe dit probleem zal worden aangepakt in het kader van de prioriteit die er aan mensensmokkel gegeven wordt in antwoord op het nationaal dreigingsbeeld inzake de georganiseerde criminaliteit? 3)

4. Antwoord
In aanvulling op ons antwoord op vraag 3 kunnen wij melden dat opsporing en vervolging van identiteits- en documentfraude ook nu al binnen diverse overheidsdiensten de aandacht heeft. Op basis van de bevindingen in het rapport «Mensensmokkel in Beeld 2002-2003» zal door het Openbaar Ministerie worden bezien welke mogelijke aanpassingen kunnen leiden tot verbeteringen in het opsporings- en vervolgingstraject. Daarnaast heeft de KMar in de zogeheten Prioriteitenbrief KMar 2005 aangegeven dat zij een aantal grote onderzoeken zal uitvoeren, die gericht zijn op het ontmantelen van organisaties die zich met mensensmokkel en het vervalsen van reisdocumenten bezighouden. Ook de politie heeft in het visiedocument «Samenhang; de politiële vreemdelingentaak: visie en strategie 2004-2006» aangegeven dat het opsporen van migratiecriminaliteit een speerpunt zal zijn bij de intensivering van het vreemdelingentoezicht. Voorbeelden van migratiecriminaliteit zijn voor de politie: mensenhandel (uitbuiting), mensensmokkel en identiteitsfraude. De politie en de KMar zullen op al deze terreinen nauw met elkaar samenwerken en dit regelen door middel van een convenant.


5. Vraag Bent u bereid een onderzoek te doen naar `veel-verliezers'? Bent u bereid om aan gemeenten een aanwijzing te geven om melding te maken van `veel-verliezers'? Kunt u uw antwoorden toelichten?


5. Antwoord Indien een burger meerdere malen zijn paspoort als vermist/gestolen opgeeft dan wel anderszins blijkt dat de houder niet op de juiste wijze omgaat met zijn reisdocument, kan de betrokken persoon, al dan niet op verzoek van de gemeente, worden opgenomen in het register paspoortsignaleringen van het ministerie van BZK. Vervolgens kunnen de paspoortuitgevende instanties, zoals een gemeente besluiten geen paspoort meer te verstrekken. In april 2004 is de werkwijze voor de uitvoering van artikel 24 van de Paspoortwet nogmaals onder de aandacht gebracht van alle gemeenten. Het KLPD heeft verder het Nationaal Documenten Systeem (NDS) ontwikkeld. In het documentensysteem worden door de aangesloten instanties alle nieuw aangetroffen valse en vervalste documenten geregistreerd zodat er een onmiddellijk beeld van trends gevormd kan worden. Wij zijn voornemens om over het gebruik van beide systemen te overleggen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). Daarbij zal ook de noodzaak van melding van veelverliezers aan de orde komen. Voordat dit overleg is afgerond, kunnen wij niet zeggen of een aanwijzing moet worden gegeven.


1) De Telegraaf, 16 maart jl.
2) Zie het debat over de identificatieplicht (29 218 nr. 21)
3) Kamerstuk 29 911, nr. 1