Nederlandse Vereniging van journalisten

Vorderingen loongebouw dagbladjournalisten

Nieuwbrief, 28 april 2005

Geachte collegae,

De studie naar een nieuw loongebouw vordert gestaag. De materie is taai en ingewikkeld en in voorbereidende werkgroepen is de journalistieke beroepsgroep grondig doorgelicht en beschreven aan de hand van 8 `model'redacties die een mix waren van klein, groot, landelijk, regionaal, algemeen of doelgroepgericht.

Hierbij brengen wij u een overzicht van de gedane stappen tot dusver:


- Er is een overzicht van alle voorkomende functies op de dagbladredacties. Deze functieprofielen zijn zgn. referentiefuncties. Belangrijk hierbij is dat elke journalist op basis van een functie, of op basis van kenmerken uit meerdere functies ingedeeld kan worden. Zo zullen er in de praktijk vooral veel zgn. mengfuncties voorkomen waarbij een bureauredacteur tegelijkertijd ook coördinerende werkzaamheden kan verrichten en daardoor ook functiekenmerken van een coördinator tot zijn taakomvatting kan rekenen. Die combinatie is doorslaggevend voor de indeling, niet de referentiefunctie op zich. Geen journalist kan dus vastgepind worden op één van de functieprofielen die corresponderen met schalen, datgene wat je doet blijft doorslaggevend. Je kunt dus in een hogere schaal terecht komen zonder dat je functie verandert.


- Deze referentiefuncties omvatten verschillende taakomschrijvingen die in de zgn. Bakkenist methodiek corresponderen met een puntensysteem. Dat puntensysteem zorgt ervoor dat een aantal referentiefuncties hoger of lager in een functiegroepenlijst terechtkomen. Zo is de referentiefunctie beeldredacteur lager ingedeeld dan b.v. een regioverslaggever. Overigens is het nu ook zo dat een beeldredacteur eerder in schaal 3 of 4 zit en een regioverslaggever in 4 of 5. Wat dat betreft houden we de lijn vast vanuit de oude CAO.


- Het puntensysteem correspondeert vervolgens ook weer met een aantal schalen die er waarschijnlijk qua indeling en perspectief, op basis van de Bakkenistmethodiek anders uit komen te zien dan de huidige. Duidelijk is wel dat de overgang van het ene loongebouw naar het andere niet mag leiden tot salarisachteruitgang. Duidelijk is ook dat de NVJ graag wil dat voor eenieder er een ruim(er) perspectief is op basis van hetgeen je doet.

Er resten ons nog twee belangrijke beslissingen: de beoordelingssystematiek en het vaststellen van de bandbreedte van de schalen. Wat de beoordelingssystematiek betreft moeten er nog een aantal noten gekraakt worden.


- Een aantal werkgevers willen dat per concern een eigen beoordelingsystematiek ontworpen wordt. De NVJ wil alles zoveel mogelijk beschreven hebben in objectieve criteria die aansluiten bij het journalistieke vlak. Kwaliteit en niet de persoonlijke voorkeur van de hoofdredacteur dient centraal te staan in de beoordeling.


- Verder moeten we ook vaststellen wanneer een journalist er een periodiek bijkrijgt. De NVJ gaat er van uit dat iedereen, die normaal functioneert, er een periodiek bij moet krijgen. Een zgn 0-periodiek kan alleen dan aan de orde zijn als er gedurende een langere tijd niet goed gefunctioneerd wordt. (Is nu ook mogelijk in het huidige loongebouw) Belangrijk hierbij is dat het een en ander niet wordt veroorzaakt door slechte leiding of aansturing. Voor diegenen die heel goed functioneren zou er een extra periodiek behaald moeten kunnen worden. Ook is natuurlijk een belangrijk onderhandelingspunt de hoogte van de periodieken.


- Wat betreft de marktconformiteit en dus de bandbreedte van de schalen is in een eerder onderzoek al gewezen op het feit dat het huidige salarisgebouw marktconform is. In sommige schalen iets aan de hoge kant, in andere schalen iets onder marktconform. Als de studie afgerond is, kan daar een definitief oordeel over worden gegeven.

Naar verwachting zal de studie in mei afgerond worden. Wat ons rest zijn dan onderhandelingspunten: de indeling in functiegroepen, de bandbreedte van de schalen, de hoogte van de periodieken en de kwaliteit van een beoordelingssystematiek. Deze zullen meegenomen worden in de CAO onderhandelingen 2005 die naar verwachting in juni zullen starten.

Het leek me goed om u van het een en ander op de hoogte te brengen. Mocht u vragen hebben, dan horen we die graag.

Met vriendelijke groet,

Bianca Rootsaert
Thomas Bruning