Gemeente Rotterdam

Nr. 75
28 april 2005

Embargo tot vrijdag 29 april, 12.00 uur

Koninklijke onderscheiding voor 54 Rotterdammers

Ter gelegenheid van Koninginnedag krijgen dit jaar 54 Rotterdammers een koninklijke onderscheiding. Burgemeester mr. I. Opstelten reikt de lintjes uit op vrijdag 29 april in de Burgerzaal van het stadhuis. De bijeenkomst vindt plaats van 09.00 tot 12.00 uur.

Na een periode waarin in Rotterdam het aantal onderscheidingen sterk terugliep (in 2000 kregen bijvoorbeeld maar zes Rotterdammers een lintje), is sinds 2001 een forse stijging te zien. Sinds de invoering van het nieuwe decoratiestelsel, tien jaar geleden, zijn niet meer de maatschappelijke positie of een langdurig dienstverband bepalend, maar de persoonlijke, bijzondere verdiensten of prestaties van mensen.

Vorig jaar reikte de burgemeester 57 lintjes uit, dit jaar 54. Drie Rotterdammers worden dit jaar benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau, tien tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau en 41 tot Lid in de Orde van Oranje Nassau. De drie nieuwe Officieren in de Orde van Oranje Nassau zijn: dhr. mr. J.J.H. Gerritzen, dhr. prof. dr. W.T.M. Molle, en dhr. D.B.A. Wechgelaar.

De heer Gerritzen
De heer Gerritzen heeft dertig jaar lang gewerkt bij de Vereenigde Dispacheurs Rotterdam (later Richards Hogg geheten). Dispacheurs zijn deskundigen op het gebied van afhandeling van averij bij schepen. Sinds 1996 is hij Raadsheer in het Gerechtshof in Den Haag. De heer Gerritzen verricht veel nevenfuncties. Via zijn werk, maar ook daarbuiten, bijvoorbeeld in de zorg voor kinderen en jongeren. En in de sportwereld, als voorzitter van de Rotterdamse Bond voor Lichamelijke Opvoeding. Burgemeester Opstelten: 'U hebt een bijzonder indrukwekkende hoeveelheid tijd over voor anderen en voor algemene belangen in de samenleving. Het pak adhesiebetuigingen dat wij ontvingen toen het gerucht rondzoemde dat u een onderscheiding zou krijgen, ging nauwelijks door de brievenbus. Zoveel stichtingen, verenigingen en organisaties maken dankbaar gebruik van uw inspanningen en kwaliteiten.'

Prof. dr. Molle
Prof. Molle is hoogleraar Economie van Europese Integratie op de Erasmus Universiteit. In januari nam hij afscheid van het NEI, het Nederlands Economisch Instituut. Daar was hij twintig jaar directeur. Burgemeester Opstelten: 'U hebt het NEI weten uit te bouwen tot een toonaangevend economisch advies- en onderzoeksinstituut. U bent een autoriteit op het gebied van toegepast economisch onderzoek en velen hebben mogen profiteren van uw talenten. De samenleving is u hiervoor zeer erkentelijk. En daarnaast beschikt u ook over een grote maatschappelijke betrokkenheid. Zo bent u actief voor Humanitas. Dat heeft geleid tot vele initiatieven, zoals categorale hulpverlening aan allochtone jongeren, prostitutie-maatschappelijk werk, bestrijding van mensenhandel en het organiseren van vakanties voor jongeren uit sociaal-economisch zwakke milieus.'

De heer Wechgelaar
De heer Wechgelaar is beeldend kunstenaar en docent op de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam. Burgemeester Opstelten over hem: 'U bent onvermoeibaar in touw voor de kunsten in Rotterdam en daarbuiten. Conceptuele kunst, dat is echt uw stiel. Wie het overzicht bekijkt van de tentoonstellingen waaraan u hebt deelgenomen raakt onder de indruk van het aantal en van de variatie daarin. Daarnaast werkte u in opdracht, bijvoorbeeld voor de hal van de Tweede Kamer waar u het beeld 'De vier wetgevers' maakte. U hebt daarnaast veel gedaan voor het culturele klimaat in Rotterdam en Nederland. Zo was u vier jaar lang lid van de Commissie Opdrachten van het Centrum Beeldende Kunst in Rotterdam. U hebt altijd op de bres gestaan voor de moderne kunst en u heeft honderden jonge kunstenaars gestimuleerd hun verbeelding te gebruiken.'

Postuum
Burgemeester Opstelten reikte een van de koninklijke onderscheidingen reeds afgelopen woensdag uit. Dat gebeurde postuum, aan de heer Henk Staas. Zijn weduwe nam de onderscheiding in ontvangst. De heer Staas werd op 8 februari jl. benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Door zijn overlijden kort daarna kon de onderscheiding indertijd niet worden uitgereikt. Hij kreeg zijn onderscheiding als blijk van waardering voor zijn activiteiten en langdurige persoonlijke inzet ten bate van Zuidwijk.

noot voor de redactie/