Technische Universiteit Eindhoven

3 mei 2005

PERSBERICHT

Mondiale luchtvervuiling nauwkeuriger in kaart gebracht Satellietmetingen bieden mogelijkheid voor nieuw soort weerbericht Metingen van luchtvervuiling met satellieten geven tegenwoordig een betrouwbaar beeld van de luchtkwaliteit, maar kunnen verder worden verbeterd. Op donderdag 12 mei a.s. verdedigt Folkert Boersma van het KNMI aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) zijn proefschrift over het meten van stikstofdioxiden met satellietinstrumenten.

Satellietkaarten waarop te zien was dat stikstofdioxide concentraties boven de Randstad tot de hoogste ter wereld behoren, trokken onlangs veel aandacht. Boersma heeft een nieuwe techniek ontwikkeld om metingen door satellietinstrumenten als GOME, SCIAMACHY en OMI te verbeteren. Satellietmetingen worden onder andere bemoeilijkt door wolken en door veranderingen in bodemeigenschappen. De verbeterde metingen blijken nauwkeurig genoeg om een wezenlijke bijdrage te leveren aan een nieuw soort weerbericht: een dagelijkse verwachting voor de luchtkwaliteit. Tot nu toe worden de belangrijkste vervuilende stoffen vooral lokaal vanaf de grond gemeten. Met satellietinstrumenten is het mogelijk om wereldwijd betrouwbare metingen te doen van stikstofoxiden.

Een goede luchtkwaliteitsverwachting is voor de samenleving van grote betekenis. Luchtvervuiling is zeker in een dichtbevolkt land als Nederland een groot probleem. Jaarlijks sterven volgens recente schattingen meer mensen door luchtvervuiling dan door auto-ongelukken. Stikstofoxiden spelen een centrale rol bij de vorming van smog, een combinatie van rook smoke en mist fog. Bij zonnig en rustig weer met hoge concentraties stikstofoxiden en koolwaterstoffen, ontstaat door inwerking van het zonlicht op stikstofoxiden in de onderste kilometers van de atmosfeer het schadelijke ozon.

Concentraties van vervuilende stoffen in Nederland nemen ondanks alle preventieve maatregelen nog nauwelijks af. Door aanvoer uit andere landen krijgen we zelfs te maken met een toename van de vervuiling. De ozonconcentraties in ons land kunnen bijvoorbeeld stijgen door transport van vervuilde lucht vanaf de oostkust van de Verenigde Staten. Voor het kwantificeren van de verschillende bijdragen aan luchtvervuiling zijn satellietmetingen essentieel: hiermee kan worden vastgesteld of de wind grote hoeveelheden luchtvervuiling in de richting van Nederland blaast, of juist bij ons vandaan.

Boersma stelt in zijn proefschrift ook vast dat bliksemflitsen stikstofoxiden produceren, wereldwijd jaarlijks zon 3 tot 4 miljard kilo. Zijn schattingen zijn dankzij de nieuwe wereldwijde satellietmetingen een stuk nauwkeuriger dan de cijfers die tot voor kort bekend waren. Stikstofoxiden bevorderen de vorming van het broeikasgas ozon. Betrouwbare schattingen van de stikstofproductie door de bliksem zijn dan ook van groot belang voor onderzoek naar het broeikaseffect en het terugdringen van onzekerheden in de klimaatmodellen.