Rechtbank Almelo


Belastingrechtspraak door rechtbank Almelo

Rechtspraak over belastingzaken naar rechtbanken, eerste zitting in Almelo.

Burgers, die een probleem hebben over belastingzaken konden tot 1 januari 2005 die zaak voorleggen aan het gerechtshof. Het gerechtshof stelde dan de feiten vast en bepaalde of de belasting terecht was opgelegd of niet. Hoger beroep stond open bij de Hoge Raad. Daar was het niet meer mogelijk over de feiten te procederen: de Hoge Raad houdt zich alleen bezig met de vraag of het recht goed is toegepast. Veel rechtsgeleerden hebben zich afgevraagd of deze gang van zaken wel in overeenstemming is met artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens. Daarin staat dat ieder recht heeft op een eerlijke behandeling van zijn zaak. De vraag is of het nog eerlijk is dat slechts één rechterlijke instantie zich uitlaat over de feiten.

De wetgever heeft het daarom wenselijk gevonden dat burgers hun klachten over belastingen ook aan de rechtbanken kunnen voorleggen. Dat kan vanaf 1 januari 2005. De rechtbank kan zich dan over de feiten uitlaten en vaststellen of de belasting al dan niet terecht is opgelegd, hoger beroep staat open bij het gerechtshof en cassatie bij de Hoge Raad.

Daarbij is wel een onderscheid gemaakt tussen belastingen, die door het Rijk worden opgelegd, zoals de inkomstenbelastingen, vennootschapsbelasting, omzetbelasting (de zogenaamde rijksbelastingen) en belastingen, die door gemeenten, waterschappen en provincies worden opgelegd (de zogenaamde lokale belastingen). Voor beide soort zaken geldt dat beroep openstaat bij de rechtbank. Voor rijksbelastingen is dat echter de rechtbank in Arnhem. Voor lokale belastingen de rechtbank in Almelo.

In de rechtbank Almelo zullen dus lokale belastingzaken worden behandeld. Dat zijn belastingen, die door de gemeenten en de waterschappen worden opgelegd. Het gaat dan over meer dan 15 verschillende soorten belastingen. Enkele voorbeelden.

Enkele maanden geleden hebben gemeenten de WOZ beschikkingen (beschikkingen op grond van de Wet Onroerende Zaken) uitgevaardigd; de beslissingen waarin staat hoeveel een woning waard is. De waarde van de woning is bepalend voor de onroerend zaaksbelasting, die de gemeente oplegt, maar ook voor het huurwaardeforfait bij de inkomstenbelasting en de heffing van belastingen door waterschappen. Veel mensen hebben daartegen bezwaar gemaakt. In het oosten van het land is dat in 7,3% van de gevallen gebeurd. Na een uitspraak op bezwaar van de gemeente kan de zaak worden voorgelegd aan de belastingrechter van de rechtbank Almelo. Die zal bepalen of de gemeente de waarde van de woning juist heeft vastgesteld. Als dat niet het geval is, zal hij de waarde eventueel aanpassen.

Dan is er de parkeerbelasting. Gemeenten hebben de mogelijkheid om het parkeren in de stad te belasten. Op veel parkeerterreinen moet dan ook betaald worden voor parkeren. Wie dat niet doet, loopt het risico dat een parkeerwacht dat ziet en "proces verbaal" opmaakt. De parkeerboete, die dan opgelegd wordt, is eigenlijk een belasting. Die zaken komen dus voor bij de rechtbank. De rechtbank zal dan beoordelen of de belasting (meestal gaat het dan om een bedrag van ongeveer ⬠45,--) terecht is opgelegd. Dat de gemeente daarbij niet altijd in het gelijk wordt gesteld was onlangs te zien op tv. Uit een onderzoek bleek dat in erg veel gevallen de rechter bepaalde dat de belasting ten onrechte was opgelegd.

Zoals bijvoorbeeld bij de studente, die in Arnhem na 18.00 uur de auto van haar ouders parkeerde op een terrein waarvoor parkeerbelasting verschuldigd was als men parkeerde tussen 9.00 tot 18.00 uur. Ze had de auto bij zich om een tv naar haar studentenkamer in Arnhem te brengen. Zij parkeerde na 18.00 uur en had de bedoeling de volgende ochtend vóór 9.00 uur naar haar ouders terug te keren Het lukte haar echter niet om de auto vóór 9.00 uur van de parkeerplaats te krijgen. Ze werd namelijk die avond ziek en belde de volgende ochtend naar huis om haar en de auto te laten ophalen. Dat gebeurde ook, inmiddels was het 11.00 uur en had een attente parkeerwacht een bon uitgeschreven voor het ten onrechte parkeren. De studente ging in beroep bij (toen nog) het gerechtshof Arnhem en kreeg het gelijk van de rechter aan haar zijde.

Ook ondernemers kunnen worden geconfronteerd met lokale belastingen. Gemeenten, die bijvoorbeeld het centrum van een stad willen opknappen, kunnen onder bepaalde omstandigheden de kosten daarvan verhalen via een zogenaamde baatbelasting. Daarbij wordt de belasting geheven op degenen, die baat hebben bij het opknappen van de stad, meestal de plaatselijke winkeliers.

Dit zijn slechts enkele voorbeelden. Daarnaast zijn er nog veel lokale belastingen. Denk bijvoorbeeld aan de hondenbelasting, de toeristenbelasting, maar ook de leges, die betaald moeten worden voor het in behandeling nemen van bouwaanvragen. Al deze belastingen kunnen dus voortaan in beroep worden voorgelegd aan de rechtbank Almelo.

Binnen de rechtbank is de behandeling van belastingzaken toebedeeld aan de sector bestuursrecht. In het afgelopen jaar hebben enkele rechters, juridisch en administratief medewerkers de benodigde opleidingen gevolgd. Naar verwachting zullen jaarlijks 350 beroepen aan de rechtbank worden voorgelegd. Voor een belangrijk deel zijn zaken die betrekking hebben op de waardering van de woningen (WOZ zaken).

De eerste belastingzaak zal worden behandeld op 15 juni 2005. Het betreft een parkeerbelasting. De verwachting is dat wekelijks één zitting besteed zal worden aan belastingzaken. In tegenstelling tot de meeste andere zaken, die voor de rechtbank worden aangebracht, worden belastingzaken op grond van de wet behandeld in besloten zittingen. De uitspraken zijn overigens wel weer openbaar.

Informatie kan worden verkregen bij:

Rian Dallinga, communicatieadviseur rechtbank Almelo Tel.: 0546-832126
Email: dallingr@almarr.drp.minjus.nl

Bron: Rechtbank Almelo
Datum actualiteit: 25 mei 2005 Naar boven