LEI

persbericht / nr. 1807

3-juni-2005

Nederlandse inbreng in Europees natuurbeleid kan nog beter

De invloed van Nederlandse onderhandelaars op het natuur- en landschapsbeleid van de EU is niet optimaal. Sterke punten van de Nederlandse inbreng liggen vooral in de degelijke wetenschappelijke fundering van voorstellen en in de brede consultering volgens het 'poldermodel'. Maar dat model leidt er ook toe dat de positiekeuze van Nederland soms te laat komt om effectief te zijn. Andere zwakke punten zijn een te technische oriëntatie met weinig aandacht voor politieke gevoeligheden en voor de besluitvormingscultuur in andere landen. Dat blijkt uit een onderzoek van het LEI (onderdeel van Wageningen UR), uitgevoerd in opdracht van het Natuurplanbureau.

De onderzoekers vroegen onderhandelaars van Nederland, van drie andere landen en van de Europese Commissie om hun oordeel te geven over de Nederlandse invloed op het natuur- en landschapsbeleid. Zij beoordeelden het optreden van de Nederlanders op vier beleidsterreinen: het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid, Natura 2000, het Gemeenschappelijk Visserijbeleid en de Kaderrichtlijn Water. De ondervraagden geven de Nederlandse inbreng het cijfer matig tot goed, met name gelet op de bescheiden omvang van ons land.

Nederland wordt gezien als een onderhandelingspartner met een consistent standpunt. Verder onderbouwt Nederland zijn standpunten goed met wetenschappelijke argumenten, wat van groot belang is in het wetenschappelijk georiënteerde Europese systeem. Ons land brengt hierdoor innovatieve en goed doordachte ideeën in die weerklank vinden bij de andere lidstaten. Dit positieve oordeel neemt niet weg dat op een aantal punten verbetering gewenst is. Zo heeft Nederland de neiging beleid te ontwikkelen zonder rekening te houden met wat er in de EU aan standpunten leeft. De Nederlandse vertegenwoordigers zijn vaak sterk technisch georiënteerd en het ontbreekt hen nogal eens aan politieke vaardigheden. Zij zien de Europese Commissie in het onderhandelingsproces vaak vooral als tegenstander en maken te weinig gebruik van de mogelijkheden om de Commissie als partner te betrekken bij de ontwikkeling van de eigen ideeën.


---

Putting nature on the EU political agenda; A review of four policy dossiers. Het rapport bestellen 'rapport 6.05.05'.