Partij van de Arbeid


Den Haag, 7 juni 2005


VRAGEN VAN DE LEDEN VAN HEEMST, WOLFSEN EN DUBBELBOER (allen PvdA) AAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES, VAN JUSTITIE EN VAN VERKEER & WATERSTAAT


1. Herinnert u zich het standpunt van de minister van BZK dat "een agent een voorbeeldfunctie heeft en gezag moet uitsralen "1) en "sommige ambtenaren&&hebben nu eenmaal een 24- uursdienstverband"2) en dat daarom het roken van een joint in zijn vrije tijd taboe is voor een politieman/-vrouw?


2. Hoe beoordeelt u - gezien dat standpunt - het rijgedrag van de korpschef van de regio Drenthe die met een snelheid van 150 km per uur op weg was van huis naar werk? 3)


3. Worden aan korpschefs wat u betreft hogere, dezelfde of lagere eisen gesteld als aan de uitvoerende politieman/-vrouw bij het geven van een voorbeeldfunctie?


4. Heeft de betrokken korpsbeheerder inmiddels met deze koprpschef een gesprek gehad over dit incident en welke conclusies zijn daarin getrokken c.q. welke afspraken zijn daarin gemaakt?


5. Waarom is het opmaken van een procesverbaal achterwege gebleven? 4)


6. Hoe beoordeelt u de excuses die zijn gegeven ( "Ik was "chagrijnig en ongeduldig")? En kunnen andere snelheidsovertereders in het vervolg met dezelfde excuses ook een bekeuring gaan ontlopen? Zo neen, waarom is dat in het onderhavige geval wel gebeurd?


7. Wat is normaal gesproken de hoogte van de bekeuring voor dit soort overtredingen?


8. Vindt u dat deze zaak rechtvaardig en bevredigend is afgedaan? Zo neen, wat gaat u doen om daar alsnog voor te zorgen en, zo ja, kunt u toelichten waarop dat oordeel is gebaseerd?


1) zie Het Parool van 4 september 2003


2) zie De Volkskrant van 4 september 2003


3) Zie De Telegraaf van 8 mei 2005


4) Zie De Telegraaf van 6 juni 2005