Ingezonden persbericht


-PERSBERICHT-

CDA Rotterdam bezorgd over groeiende groep onverzekerde jongeren

CDA-woordvoerder Onderwijs en Economie, Alaattin Erdal maakt zich zorgen over een groeiende groep onverzekerde jongeren. Verschillende instanties signaleren een groeiende groep jongeren in Rotterdam, die niet verzekerd is. Wettelijk is alles goed geregeld; je bent als jongere meeverzekerd met je ouders, via een werkgever of de uitkeringsinstantie. Maar in de praktijk blijkt dit nogal eens anders uit te pakken , aldus Alaattin Erdal.

Om hoeveel jongeren het gaat is niet precies bekend. Van een deel van deze jongeren is de situatie bekend omdat ze een uitkering hebben. Van de overige groep is bij de diverse instanties eenvoudigweg vrijwel niets bekend. Alaattin Erdal: We hebben rond de 12.000 voortijdig schoolverlaters in Rotterdam. Die zijn natuurlijk niet allemaal werkloos maar ook zeker niet allemaal aan het werk en bovendien, als ze al aan het werk zijn, dan vallen ze deels ook buiten de verzekeringen. Om de problemen precies in kaart te brengen en om te voorkomen dat in de toekomst nog meer jongeren onverzekerd rondlopen, heeft Alaattin Erdal het College schriftelijke vragen gesteld.

Concreet gaat het in voorkomende gevallen om twee groepen jongeren:


* Meeverzekeren
Werkloze schoolverlater en werkloos immigratiekind van 18, 19 of 20 jaar

Deze groep werkloze kinderen heeft recht op meeverzekeren bij hun ouders tot het eind van het kwartaal waarin ze van school afkomen (of het land in komen) plus twee kwartalen. Het kind moet zich binnen 1 maand aanmelden bij het CWI als werkzoekende. Het betreft hier kinderen die thuiswonend zijn. Wordt het kind 21 jaar, dan eindigt het recht op meeverzekeren per de eerste van de maand volgend op de 21e verjaardag. Wordt het kind op de eerste dag van de maand 21 jaar dan eindigt het recht op meeverzekeren op die dag.

Wanneer het recht op meeverzekeren ophoudt kan het kind zelf een particuliere verzekering afsluiten. Dit levert in praktijk een aantal problemen op:


- Niet iedere jongere is op de hoogte van deze regel of begrijpt de regel en overziet de consequenties daarvan. Er wordt geen actie ondernomen en de jongere blijft onverzekerd.


- De particuliere verzekering wordt te kostbaar geacht, zeker in gezinnen met kleine inkomens. Dit kan een reden zijn om geen verzekering te (kunnen) afsluiten.


- Jongeren gaan wel een uitkering aanvragen om dan middels de uitkering verplicht verzekerd te zijn. Niet alle aanvragers krijgen een uitkering toegewezen en dan blijft het probleem rond de verzekering bestaan. Daarnaast neemt op deze wijze het aantal aanvragen van uitkeringen toe terwijl de behoefte bij de jongere vaak niet noodzakelijkerwijs bij het hebben van een uitkering ligt.


* Onregelmatig werkende jongere 18, 19 of 20 jaar

Veel jongeren in deze leeftijd hebben uitzendwerk of anderszins tijdelijk werk. Tijdens het werk is de jongere verplicht verzekerd. De werkgever draagt het werkgeversdeel af en meldt dit aan bij de verzekering bij aanvang van het dienstverband. Er doen zich de volgende problemen voor:


- Op het moment dat het werk ophoudt vervalt de werkgeversbijdrage. Zolang de verzekering niet volledig betaald is geeft deze ook geen dekking en loopt deze jongere in principe onverzekerd rond. Tijdens het werk moet ook de jongere zichzelf aanmelden bij de verzekering en gaat zij of hij de nominale premie betalen. Bij het beëindigen van het werk vergeten veel jongeren hierop actie te ondernemen. De verplichting tot betalen van de nominale premie blijft dan wel bestaan, terwijl er geen dekking is. Inmiddels is er een behoorlijk aantal voorbeelden bekend van jongeren die op die manier een behoorlijke schuld hadden opgebouwd.


- De jongere zou als hij niet werkt zelf een particuliere verzekering kunnen afsluiten. In de eerste plaats wordt hier vaak niet aan gedacht. In de tweede plaats worden de kosten te hoog gevonden door de jongere of zijn ze daadwerkelijk te hoog, juist in de periode dat er geen inkomen is. Resultaat is dat de jongere onverzekerd rondloopt.


- De jongere kan een uitkering aanvragen en langs die weg verzekerd zijn. Onregelmatig werk brengt vaak met zich mee dat onvoldoende recht wordt opgebouwd om aanspraak te maken op een WW-uitkering. Voor de WWB/bijstanduitkering komen de verdiensten al gauw boven de uitkeringsnorm uit. Resultaat is dat de jongere geen recht op een uitkering heeft en daarom niet verzekerd is.

Alaattin Erdal stelt het College de volgende vragen:


* Kan het College inzichtelijk maken hoeveel jongeren te maken hebben met de situaties zoals die zijn geschetst onder kop 1 en 2?
* Is het College bereidt maatregelen te nemen om aan deze situaties een einde te maken? Zo ja, welke?

Rotterdam, 10 juni 2005

-------------------

Noot voor de redactie/