Gemeente Goes

Persbericht

Goes onderzoekt haalbaarheid van nieuwe opzet huishoudelijke verzorging

De gemeente Goes is in mei door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) verzocht te onderzoeken hoe de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van alle huishoudelijke verzorging bij de gemeente kan komen te liggen. De Tweede Kamer heeft om de pilot gevraagd in verband met de behandeling van het voorstel tot invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, waarover het debat voor september gepland is.

Goes is een van de acht middelgrote tot grote gemeenten, die aan dit onderzoek deelnemen. Zo doen Groningen en Utrecht ook mee. Staatssecretaris Ross van VWS heeft de pilot opgezet om tegemoet te komen aan de wens van de Tweede Kamer om snel duidelijkheid te krijgen over de haalbaarheid van een zorgvuldige overgang van de volledige huishoudelijke verzorging van de AWBZ (Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten) naar gemeenten. Andere, meer specialistische AWBZ-functies, zoals persoonlijke verzorging, activerende begeleiding en verpleging, blijven voorlopig rechtstreeks onder de AWBZ vallen.

WMO en vergrijzing
De verandering, die door deze pilot op haalbaarheid wordt getoetst, heeft alles te maken met de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), die volgens plan per 1 juli 2006 gefaseerd ingevoerd gaat worden. De WMO heeft als belangrijkste uitgangspunt meedoen, voor en door iedereen in de samenleving. Doelen zijn onder andere: de burger blijft zo lang mogelijk zelfstandig, mensen zijn zelf verantwoordelijk, goede zorg voor mensen die het echt nodig hebben, minder bureaucratie en een houdbaar zorgstelsel. Bij dit alles speelt de verwachte vergrijzing een sleutelrol: het maakt deze operatie noodzakelijk, maar tegelijkertijd extra moeilijk. Goes telt nu ongeveer 6300 65-plussers, in 2030 zal dit aantal naar verwachting 11.000 zijn, terwijl het huidige aantal inwoners van bijna 36.000 in diezelfde periode zal groeien tot slechts 40.000. De zorg voor telkens meer ouderen zal dus door telkens minder jongeren financieel worden gedragen.

Doel van de pilot
De pilot huishoudelijke verzorging heeft als doel op korte termijn een model-overeenkomst tussen gemeente en betrokken zorginstanties op te stellen en al doende bij de partners commitment voor de nieuwe regeling te verwerven. De cliënt zelf is bij deze beperkte pilot nog niet betrokken; het is droogzwemmen. Er wordt niet geëxperimenteerd met de rechten; de gemeente onderzoekt in eerste aanleg de haalbaarheid van een zo rimpelloos mogelijke overgang, uitgaande van de huidige praktijk van de AWBZ. Een evaluatie van het pilot-proces plus de concept-overeenkomst dienen in september aanstaande in Den Haag te zijn.

Op verschillende niveaus betrekt Goes heel wat instanties bij de pilot: CZ Zorgkantoor, CIZ (Centrum indicatiestelling zorg), Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio, St. Het Klaverblad Zeeland, MEE Zeeland, Seniorenraad Goes, het Goese Platform voor mensen met een functiebeperking, de Stichting Platform Vrijwillige Thuiszorg in de Bevelanden en het CAK (Centraal administratiekantoor). Verantwoordelijk wethouder is mevrouw D. van Ewijk.