Provincie Gelderland

|                                            |Nr.   |2005-503       |
|                                            |Arnhem|5 juli 2005    |
|                                            |,     |               |
SUBSIDIEREGELING VERPLAATSING INTENSIEVE VEEHOUDERIJEN-GELDERLAND VOOR VASTSTELLING NAAR PS GESTUURD (A5)

Op termijn worden intensieve veehouderijen uit de extensiveringsgebieden, waar volgens de reconstructieplannen de natuur voorrang heeft, verplaatst. Om deze verplaatsingen mogelijk te maken, leggen Gedeputeerde Staten de subsidieregeling "Verplaatsing Intensieve Veehouderijen-Gelderland" (VIV-Gelderland) ter vaststelling aan Provinciale Staten voor. Na vaststelling door PS en goedkeuring door de Europese Commissie hopen GS eind 2005 de regeling voor een eerste tranche open te kunnen stellen.

Zomer 2005 zullen alle drie de Gelderse reconstructieplannen door het Rijk zijn goedgekeurd en gepubliceerd. In deze plannen is de verdere ontwikkeling van de veehouderij in de extensiveringsgebieden vrijwel uitgesloten. Extensiveringsgebieden zijn gebieden die in de reconstructieplannen zijn aangewezen en liggen rondom de meeste kwetsbare natuurgebieden. Het is de bedoeling dat uit deze gebieden de intensieve veehouderij op termijn zal verdwijnen. De bestaande vergunningencapaciteit wordt niet aangetast. Voor perspectiefvolle bedrijven die verder zich willen ontwikkelen is in de reconstructieplannen al rekening gehouden met mogelijke bedrijfsverplaatsingen van de intensieve veehouderijbedrijven.

De verplaatsingen worden zowel door het Rijk als door de provincie gefinancierd. Hierbij neemt het Rijk 60% voor haar rekening en de provincie 40%. Dit komt neer op een bijdrage van circa E 250.000,- per verplaatsing voor de provincie. Met het beschikbare budget van E 13 miljoen, kan de provincie tot 2012 ongeveer 50 bedrijven helpen te verplaatsen. Behalve financiële middelen heeft het Rijk ook uitvoeringscapaciteit van de Dienst Landelijk Gebied toegezegd.