Geheime archieven ontsloten
412 strekkende meter provinciaal archief openbaar
Vandaag draagt de Provincie haar archieven (periode 1944-1987) over
aan het Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL) in Maastricht. Dit
betekent dat 43 jaar provinciaal archief openbaar en dus toegankelijk
wordt voor het publiek. De Provincie Limburg is de daarmee de vierde
provincie die volledig voldoet aan de openbaarheidbepaling van de
Archiefwet.
Links: de heer drs. D. Th. de Graaf, directeur van het Regionaal
Historisch Centrum Limburg. Rechts: de heer drs. W.L.J. Weijnen,
secretaris GS/algemeen directeur Provincie Limburg Het overgedragen
archief omvat onder andere dossiers over de stichting de Maasplassen,
stichting Watersnood, mijnsluiting, afgravingsgebieden, ontgrondingen,
PNL-gelden (Perspectieven Nota Limburg 1965-1987), milieuvergunningen
en dossiers van het Grindfonds. Maar ook de Statenbijbel en de spullen
van generaal Dibbets, zoals medailles, sierknopen en tekeningen zijn
opvraagbaar.
In de Archiefwet 1995 is de overbrengingstermijn van archiefbescheiden
naar een archiefbewaarplaats verkort van 50 naar 20 jaar. Dat betekent
dat nog redelijk jonge informatie openbaar wordt. Deze verkorting van
de termijn betekent voor het provinciaal archief dat de aanwezige
bestanden van 1944 tot 1985 overgebracht dienen te worden naar het
Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL), een Openbaar Lichaam
waarin het Rijksarchief Limburg en het Gemeentearchief zijn opgegaan.
Omdat in mei 1987 de provinciale griffie, waterstaat en planologische
dienst zijn samengevoegd tot één provinciale organisatie is de termijn
verlengd tot april 1987. Zodoende is de compleetheid en samenhang van
de archiefbescheiden gegarandeerd. Ten aanzien van enkele
archiefbescheiden zijn beperkingen aan de openbaarheid gesteld. Deze
beperkende maatregelen vinden hun grondslag in de Archiefwet. Dit
vanwege vertrouwelijke bedrijfs- en fabricagegegevens en ter
eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. In de Verklaring van
overdracht' wordt aangegeven wanneer deze bescheiden openbaar worden.
Voor het RHCL is het bestand een waardevolle aanwinst voor hun
collectie omdat over een groot aantal onderwerpen belangrijke
informatie beschikbaar komt: onder andere over het (toen nog geheten)
vliegveld Zuid-Limburg, operette, aankoop van bos en het eeuwfeest
pauselijke kerkinwijding. Van bijzonder belang is dat de naoorlogse
jaren nu aan nader onderzoek onderworpen kunnen worden.
De huidige overdracht vloeit voort uit een bepaling in de Archiefwet
1995 dat de provinciale archieven na 20 jaar dienen te komen berusten
in het rijksarchief in de provincie. Het Provinciaal Archief (periode
1814-1943), zoals het in de wandelgangen genoemd wordt, is al in de
depots van het RHCL opgenomen. Met deze nieuwe overdracht wordt deze
bron voor historisch onderzoek op een belangrijke wijze gecompleteerd.
8-7-2005 08:41
Provincie Limburg