CDA Rotterdam


-PERSBERICHT-

CDA: Laat economische ontwikkeling van Katendrecht niet stagneren

Het CDA maakt zich zorgen over de economische ontwikkeling van de pols van Katendrecht. De ontwikkeling van dit gebied loopt vertraging op als gevolg van onteigeningsprocedures en uitspraken van de Raad van State betreffende vergunningen en recent, een uitspraak betreffende het bestemmingsplan, waarin bezwaren werden gehonoreerd.

De CDA-gemeenteraadsleden Antonio Silva en Frans Jozef van der Heijden vinden dat, ondanks de vertragingen, het College alles in het werk moet stellen om de plannen door te zetten.

"De economische ontwikkeling van de pols van Katendrecht levert een belangrijke economische impuls aan Katendrecht en daarmee aan de Zuidoever in bredere zin, maar daarnaast is de ontwikkeling van het polsgebied als entree tot het schiereiland ook van belang voor de ontwikkeling van de andere ontwikkelgebieden verderop op het schiereiland. Al met al is er dus veel aan gelegen de geplande investeringen zoveel mogelijk doorgang te laten vinden", aldus de beide raadsleden. Een stelling die ook wordt ondersteund door CDA-collega Wyrnus Pikeur (fractievoorzitter Feijenoord).

Het CDA stelt het College schriftelijke vragen, omdat zij vreest dat (toekomstige) bewoners en investeerders in het gebied de dupe worden. Het CDA benadrukt daarbij de noodzaak van een krachtige impuls in het gebied.

Hieronder een integrale versie van de vragen zoals deze heden zijn ingediend door Antonio Silva en Frans Jozef van der Heijden: "

* Kan het College aangeven welke effecten zij voorziet van de uitspraak van de Raad van State, op de plannen ten aanzien van het polsgebied en de gevolgen hiervan voor de economische ontwikkeling van Katendrecht als geheel en voor de positie van Katendrecht ten opzichte van andere ontwikkelgebieden als Parkstad en de Oranjeboomlocatie?


* Welke maatregelen neemt het College op korte termijn om de effecten van de uitspraak van de RvS voor investeerders en investeringen te minimaliseren en de planning zoveel mogelijk doorgang te laten vinden?

In haar brief van 5 april jl. aan de leden van de cie. FIV plaatst het College vraagtekens bij de ontwikkeling van één van de grote projecten in het polsgebied, de ontwikkeling van het 40.000 m2 metende European Chinese Centre (ECC). Het College geeft in deze brief aan dat zij indien het ECC niet doorgaat, kiest voor een andere doelgroep: 'young potentials en ouderen'.


* Wat is de stand van zaken ten aanzien van het ECC?


* In hoeverre zijn voor de alternatieve doelgroepen investeerders bereid gevonden en wegen deze investeringen op tegen de investeringen die gemoeid zijn met de ontwikkeling van een ECC? "

Rotterdam, 20 juli 2005


-------

Noot voor de redactie/