Den Haag, 24 september 2005

PvdA presenteert plan De publieke omroep verdient beter

Voor iedere Nederlander moet weer minstens één publieke zender in zijn top drie van televisienetten staan. Om dat te bereiken moeten de omroepen opgaan in netorganisaties. Dat is de kern van het PvdA-alternatief voor de publieke omroep dat zaterdag 24 september in Utrecht wordt gepresenteerd.

De PvdA presenteert een alternatief voor de kabinetsplannen voor de publieke omroep, met de veelzeggende titel De publieke omroep verdient beter . Dat alternatief is het resultaat van samenwerking tussen het wetenschappelijk bureau van de PvdA, de Wiardi Beckmanstichting, en de Tweede-Kamerfractie.

Teveel mensen zien te weinig aantrekkelijke en interessante programma s bij de publieke omroep. Negen miljoen kijkers dreigen de publieke televisie de rug toe te keren. De PvdA vindt dit om twee redenen zorgwekkend. Ten eerste betalen die negen miljoen Nederlanders wel belasting voor een brede, voor iedereen toegankelijke publieke dienst, die voor hen blijkbaar niet aantrekkelijk genoeg is. Ten tweede heeft de publieke omroep een belangrijke maatschappelijke taak om mensen te betrekken bij de samenleving en de democratie. Uit onderzoek blijkt dat de groep weglopende kijkers in hoofdzaak bestaat uit jongeren, allochtonen en zogeheten maatschappelijk teleurgestelden (vaak lager opgeleid, laag inkomen), groepen waarvoor de maatschappelijke taak van de publieke omroep minstens zo relevant is als voor de groepen die wel blijven kijken.

Door de snelle ontwikkelingen in het medialandschap worden de keuzemogelijkheden voor kijkers en daarmee de concurrentie voor de publieke omroep vele malen groter. Een sterke publieke omroep heeft sterke herkenbare zenders nodig. Daarom pleit de PvdA voor een grondige herziening van het bestel. De omroepen moeten opgaan in een netorganisatie. De Raad van Bestuur bepaalt hoeveel netten er moeten zijn, voor welke kijkersgroep een net bedoeld is en welk budget per net beschikbaar is. De PvdA gaat vooralsnog uit van drie netten, maar wil ruimte creëren voor (digitale) kanalen voor jongeren of nieuws.

De PvdA bepleit een heroriëntatie op de publieke taken van de omroep, zoals ook in Vlaanderen en Groot-Brittannië de discussie over de taken van de publieke omroep hoofdzaak was. De publieke omroep moet mensen betrekken bij de samenleving en de democratie, moet kennis en informatie overdragen en moet zorgen voor kwaliteit en innovatie. Daarvoor mag ze alle genres gebruiken, ook amusement. Sterker nog, amusement hoort tot de kern van de publieke omroep. Om kijkers te bedienen, die tv-kijken vooral als ontspanning zien, maar ook omdat kwaliteitsproducties van Nederlandse bodem gestimuleerd moeten worden. Reclame mag, maar moet aan de bestaande scherpe regels gebonden blijven en moet minder invloed hebben op de programmering. Daarom moet het verlies aan reclamegeld worden gecompenseerd.

Op het Politiek Forum van de PvdA zal Tweede-Kamerlid Martijn van Dam het eerste exemplaar van het rapport aanbieden aan fractievoorzitter Wouter Bos. Na afloop van het Politiek Forum is er ruimschoots de gelegenheid vragen te stellen. Het rapport verschijnt op de website van de PvdA en de website www.depubliekeomroepverdientbeter.nl. De PvdA wil steun vergaren voor haar alternatief onder omroepen, omroepmedewerkers en kijkers.