Nederlands Centrum voor Dopingvraagstukken


Overheidsvertegenwoordigers stellen UNESCO Anti-Doping Conventie vast(19-10-2005)

Tijdens deze 33e sessie van de algemene vergadering van de Unesco hebben vertegenwoordigers van diverse nationale overheden de nieuwe mondiale Anti-Doping Conventie vastgesteld. De Conventie beoogt te komen tot coördinatie van het mondiale anti-dopingbeleid door het treffen van maatregelen die in overeenstemming zijn met de principes van de Wereld Anti-Doping Code. De Conventie dient van kracht te zijn voor aanvang van de Olympische Winterspelen in Turijn in februari 2006.

Tijdens de World Conference on Doping in Sport, maart 2003 Kopenhagen, werd de Wereld Anti-Doping Code vastgesteld. Met deze Code verkreeg elk anti-dopingbeleid dezelfde grondslag. Ongeacht de tak van sport of het land van herkomst; dezelfde dopinglijst, dezelfde sancties en de dezelfde dopingcontroleprocedures. Met de duidelijke boodschap van IOC voorzitter Jacques Rogge "No Code, no Games" kreeg de sport tot augustus 2004 de tijd om de Code te accepteren en de dopingregels aan te passen. De overheden kregen de tijd tot februari 2006, de Olympische Winterspelen in Turijn.

Op dit moment (oktober 2005) hebben 180 overheden, waaronder de Nederlandse, de "Declaratie van Kopenhagen" ondertekend. Hiermee geven zij aan de Code te accepteren en spreken zij de intentie uit te komen tot de formele acceptatie en implementatie van de Code. De "Declaratie van Kopenhagen" dient echter te worden gevolgd door een conventie, teneinde de gewenste juridisch bindende grondslag te verkrijgen.

En dat is het moment waarop UNESCO in beeld verschijnt. Deze VN organisatie ter bevordering van samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van onderwijs, wetenschap, cultuur en voorlichting ontwikkelde een Anti-Doping Conventie om het mondiale beleid te coördineren.
De UNESCO Anti-Doping Conventie beoogt te komen tot een gecoördineerd mondiaal anti-dopingbeleid door het treffen van maatregelen die in overeenstemming zijn met de principes van de World Anti-Doping Code. De invulling van deze maatregelen wordt overgelaten aan de nationale overheden zelf. Zo verplicht de UNESCO Anti-Doping Conventie de nationale overheden niet tot het treffen van wettelijke regelingen en kunnen andersoortige maatregelen worden getroffen. De UNESCO Anti-Doping Conventie is daarmee het eerste intergouvernementele, mondiale en juridisch bindende document op het gebied van anti-dopingbeleid. Eerdere anti-doping conventies, zoals de Anti-Doping Conventie van de Raad van Europa uit 1989, kennen een meer beperkte reikwijdte.