Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Toespraak van de minister van Verkeer en Waterstaat, Karla Peijs, op de jaarljkse ledenvergadering van de Koninklijke Nederlandse Vereniging van Reders

(Alleen de uitgesproken tekst geldt)

Geachte voorzitter, dames en heren,

Het doet mij veel plezier te gast te zijn bij de `koninklijke' reders. Vorig jaar moest ik helaas verstek gaan door een ingelaste vergadering van de Kamer. Maar nu sta ik er en heb ik mijn mobiel uitgezet dus kan er niks meer tussen u en mij inkomen. Dat zou ik namelijk heel jammer vinden want het thema van uw ledenvergadering vandaag spreekt mij zeer aan: Innovatie en Milieu.

De locatie van uw ledenvergadering past naadloos binnen het thema van vandaag. Dit gloednieuwe gebouw van het Scheepvaart en Transport College is het resultaat van innovatief denken en doen. Leerlingen werken hier met `high tech' en `state of the art' innovatieve leermiddelen. Het Scheepvaart en Transport College heeft het grootste `simulatorpark' ter wereld in huis. En `on top' deze prachtige conferentiezaal. Ik denk dat de heer Hietbrink als voorzitter van het STC bijzonder trots is op `zijn' gebouw.

Dames en heren,

Ik wil eerst even stil staan bij het thema innovatie. U heeft mij gevraagd iets te komen vertellen over het waarom en hoe van de Innovatie-impuls van 10 miljoen euro voor de zeevaart. Dat ga ik ook zeker doen. Maar ik wil dit thema eerst graag in een breder perspectief plaatsen. Natuurlijk spelen geld een belangrijke rol in het stimuleren van innovaties, maar in het succesvol afleggen van de innovatieroute kennis, kunde, kassa, is geld niet de enige zaligmakende aanjager. Binnen uw bedrijf en bedrijfsvoering moet innovatie in feite permanent geagendeerd staan. Innovaties moeten de ruimte krijgen. Goede ideeën op de werkvloer moeten de plaats kunnen bereiken waar besluitvorming plaats vindt.

De overheid stimuleert innovatie niet alleen met geld. Ik geef u een voorbeeld van euroloze prikkels die moeten leiden tot meer innovatie: doelregelgeving. Via doelregelgeving probeert de overheid innovatieve processen op gang te brengen. Er loopt nu bijvoorbeeld een pilot samen met de Koninklijke Marine voor reddingmiddelen. In het u bekende SOLAS Verdrag zijn daarover strikte bepalingen en voorschriften opgenomen. In de pilot wordt onderzocht of via doelregelgeving hetzelfde veiligheidsniveau kan worden gewaarborgd maar waarbij de invulling wordt overgelaten aan marktpartijen. Dus het doel is helder, maar de weg er naar toe vult u zelf in. De overheid metselt de weg naar het doel niet dicht met een eindeloze hoeveelheid regeltjes. Minder regeldruk leidt tot meer innovaties met hetzelfde resultaat.

Innovatie is een belangrijk thema voor mijn ministerie. Twee dagen geleden vond bijvoorbeeld een grote Innovatiemanifestatie in Maarssen plaats onder de titel: de club van Maarssen. Doel van deze club - met leden uit de kenniswereld, de overheid en het bedrijfsleven - is om innovatie in het DNA van de VenW sectoren te verankeren. Per sector: bouw, logistiek, luchtvaart, verkeer en water, is de basis gelegd voor de vernieuwingsagenda voor de komende jaren. Een vernieuwingsagenda die ons als VenW, samen met de partijen binnen de sector, de weg wijst naar onder andere een betere bereikbaarheid, meer duurzaamheid en meer verkeersveiligheid. In Maarssen zijn verschillende acties al concreet uitgewerkt, en vastgelegd in heldere afspraken. De rol van de overheid in de club is die van aanjager. De overheid zal zo nodig de eerste dominosteen omgooien zodat een kettingreactie aan innovaties ontstaat. Ik zou tegen uw organisatie willen zeggen: `join' de club, wordt ook een schakel in die ketting. De economie en leefbaarheid van onze samenleving liggen tenslotte in onze gezamenlijke handen.

Dames en heren,

Uw organisatie vroeg mij om vandaag een toelichting te geven op de 10 miljoen euro Innovatie-impuls voor de zeevaartsector. Dat doe ik uiteraard graag.

Tijdens de tweede Ronde Tafel Conferentie van het Maritiem cluster in april van dit jaar heb ik de voorzitter van het cluster, professor Wijnolst, gevraagd om samen met stakeholders, concrete invulling te geven aan deze Innovatie-impuls. Onderweg zijn er wat hobbels genomen en soms ook op opgeworpen maar ik denk dat wat nu voorligt toch een resultaat is waar ik waardering voor uitspreek. Eind goed al goed zeggen we dan maar. De regeling heeft tot doel innovatie op het terrein van milieu, veiligheid en logistiek in de zeescheepvaart te stimuleren. Integrale logistieke systemen, nieuwe scheepsconcepten, maar ook organisatorische vernieuwing worden in de regeling specifiek genoemd als terreinen waarop voorstellen kunnen worden ingediend. Nadrukkelijk wil ik hier zeggen dat er heel goed gekeken is naar een laagdrempelige regeling, waar met name het midden- en kleinbedrijf van kan profiteren bijvoorbeeld door de gevraagde co-financiering in uren en niet `out of pocket' te voldoen. De regeling ligt nu in Brussel ter goedkeuring voor en kan in 2006 in werking treden. Om er voor te zorgen dat het innovatiepotentieel ook daadwerkelijk wordt aangeboord zal er een klein bureau onder de Stichting Nederlands Maritiem Land, afgekort NML, worden ingezet. Dat bureau zal worden bemenst door mensen die uw sector goed kennen en weten wat er speelt. Voorlopig zal de innovatie-impuls specifiek naar de wensen van de zeescheepvaartsector worden uitgevoerd. De rol van het NML zal daarbij vooralsnog op de achtergrond blijven en zich concentreren op het zoveel mogelijk laten profiteren en participeren van Nederlandse partijen.

Dames en heren,

Het tweede thema milieu staat ook nadrukkelijk op mijn agenda. Ook al omdat dat het één - innovatie - niet los te zien is van het ander, milieu. U kent de gevolgen van het overschrijden van de normen voor de lokale luchtkwaliteit: grote bouwprojecten worden stilgelegd of dreigen stilgelegd te worden, spitsstroken liggen onder vuur, de Tweede Maasvlakte zit zwaar in de risicozone. Maar dat betekent niet dat we gaan somberen en Gods water over Gods Akker laten lopen. Het kabinet zet zwaar in op structurele verbeteringen. Zo hebben we bijvoorbeeld 300 miljoen euro gereserveerd voor het plaatsen van roetfilters op personenauto's en het stimuleren van schonere vrachtauto's. En hebben we 1 november jongstleden op vier nieuwe locaties langs grote steden 80 kilometerzones ingesteld.

In onze doelstelling voor een betere luchtkwaliteit is vanzelfsprekend bronbeleid en innovatie een belangrijk middel. Innovaties zijn keihard nodig om economische groei te bewerkstelligen en tegelijk onze milieunormen te halen.

Ook de zeescheepvaart kan nog een fors aantal slagen maken om de titel duurzaam te verdienen. De Nederlandse inzet voor schone motoren via de IMO is een mooi begin. Maar niet meer dan dát. Er loopt nu een onderzoek om precies de bijdrage van de zeevaartsector aan de locale luchtkwaliteit in kaart te brengen. Tal van maatregelen worden onderzocht. Over de mogelijkheden van bijvoorbeeld `walstroom' hoor ik positieve geluiden. Ik weet dat er concrete projecten worden geformuleerd om aan boord van de schepen zelf tot forse reducties te komen. Natuurlijk scoren dit soort projecten hoge rapportcijfers binnen de Innovatie-impuls regeling.

Maar al zijn we op de goede duurzame weg, het is natuurlijk niet allemaal rozengeur en maneschijn. Er blijven punten van zorg. Eén voorbeeld daarvan is de kwaliteit van de bunkers. Tijdens de Tweede Ronde Tafel is van uw kant aangegeven dat u afhankelijk bent van de bunkerkwaliteit. Ik heb toen aangeboden samen met u naar de bunkerleveranciers te gaan. Ik begrijp dat de bunkerleveranciers eerst zonder aanwezigheid van de overheid met u om de tafel willen. Daar heb ik natuurlijk geen enkel probleem mee. Initiatieven vanuit de markt om er zelf uit te komen juich ik enkel toe. Maar tot nu toe is het echter radiostilte. Ik vraag u aandacht hiervoor.

Vanuit de overheid hebben wij inmiddels een handvat om de kwaliteit van de bunkers te regelen via IMO regelgeving en de implementatie daarvan in de Wet Voorkoming verontreiniging Schepen. Op basis hiervan gaan wij in gesprek met de bunkerleveranciers om te horen of de laagzwavelige Heavy Fuel Oil eind 2007 in voldoende mate beschikbaar is. Want dat is de datum waarop de zogenaamde Sox Emmission Control Areas volgens Marpol Zes in werking treden.

Geachte voorzitter, dames en heren,

Innovatie en milieu, het zijn twee kanten van dezelfde medaille. We kunnen en moeten nog meer stappen maken om uw sector duurzaam te maken. Innovatie en milieu zijn werkwoorden! De zeevaartsector ziet gelukkig dat belang in en zet beide thema's hoog op de agenda's. En dat moet een succesagenda worden, want u weet en ik weet dat innovaties nodig zijn om uw sector ook in de toekomst Europees en mondiaal concurrerend te houden en duurzaam te maken. En de KNVR speelt daarbij - nu en in de toekomst - een belangrijke rol als verbindende factor, aanjager van innovaties en spreekbuis van de zeevaartsector.

Ik dank u voor uw aandacht.