Ministerie van Economische Zaken

Berichtnaam: Vergunningsvrijheid en flexibiliteit uitgangspunt voor nieuw frequentiebeleid
Datum: 10-11-2005


Ministerie van Economische Zaken

Persbericht

7 november 2005


Vergunningvrijheid en flexibiliteit uitgangspunt voor nieuw frequentiebeleid


Op voorstel van minister Brinkhorst van Economische Zaken heeft het kabinet vandaag
ingestemd met de nieuwe Nota Frequentiebeleid 2005. De belangrijkste punten uit
de nota zijn: het frequentiebeleid moet bijdragen aan duurzame economische groei;
het moet meer ruimte bieden voor innovatie en kennisontwikkeling; het moet door
flexibilisering sneller kunnen aansluiten bij ontwikkelingen in de markt en techniek;
vergunningvrijheid waar mogelijk.


Frequentiebeleid is gericht op een efficiënt gebruik van de veelal beperkte ruimte
in de ether en schept spelregels voor het gebruik van frequenties. Het gaat dan
vooral om (mobiele) telefonie, radio- en televisie-uitzendingen, communicatie
in lucht- en scheepvaart en hulpdiensten. Het gebruik van de meeste frequenties
is geregeld via vergunningen. Maar het gebruik van niet aan vergunningen gebonden
frequenties neemt toe (bijvoorbeeld via technologieën voor draadloze netwerken
en internettoegang). Juist door de snelle ontwikkelingen in de markt moest het
frequentie beleid worden aangepast. Zo zullen meerdere toepassingen vergunningsvrij
worden en zullen er minder voorschriften aan de vergunningen worden gehangen.
Bestaande procedures worden sneller en simpeler.


De Nota zal na verzending aan de Kamer worden geïmplementeerd, onder meer door
bestaande wet- en regelgeving aan te passen. Dit zal ertoe leiden dat de overheid
zich minder regulerend zal opstellen ten aanzien van economische activiteiten
hierbij moet men denken aan bijvoorbeeld meer vrijheid in het aanbieden van diensten
en de keuze voor de gebruikte technologie. Toepassingen met een publiek karakter
(zoals publieke omroep, hulpdiensten en defensie) blijven gewaarborgd. Voor het
verdelen van schaarse frequenties wordt de voorkeur gegeven aan veiling als verdelingsinstrument,
met behoud van de mogelijkheid om de vergelijkende toets te hanteren. Het toezicht
op het gebruik van frequenties zal intensiever worden, waarbij het accent komt
te liggen op monitoring van het frequentiegebruik en gericht toezicht op basis
van risicoanalyses.


De Nota Frequentiebeleid 2005 is de door de minister van EZ aan de Tweede Kamer
toegezegde kabinetsreactie op het advies van de Commissie Frequentiebeleid onder
voorzitterschap van Gerrit Jan Wolffensperger. Deze commissie is in 2003 door
de minister van EZ ingesteld om het tot nog toe gevoerde frequentiebeleid, gebaseerd
op de Nota Frequentiebeleid uit 1995, te evalueren. De commissie adviseerde een
nieuwe Nota Frequentiebeleid op te stellen waarin haar aanbevelingen, met flexibilisering
als rode draad, worden uitgewerkt. De Nota is publiekelijk geconsulteerd. De Nota
sluit aan bij ontwikkelingen in EU-verband, waar sprake is van een breed gedragen
trend tot flexibilisering en bij het ICT-beleid van het kabinet, waarvoor frequenties
(voor draadloze toepassingen) onontbeerlijk zijn.


Meer informatie


Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u terecht bij Postbus 51, telefoon
0800 - 6463951, e-mail: ezinfo@postbus51.nl

Voor journalisten: Judith Thompson-Sepmeijer, persvoorlichter,
telefoon (070) 379 6174, e-mail: C.J.Thompson-Sepmeijer@minez.nl