D66

Inbreng Lousewies van der Laan (D66) bij het begrotingsoverleg voor de ontwerpbegroting Justitie 2006

Voorzitter,

Iedereen wil een veilige samenleving, bij sociaal-liberalen is dat omdat veiligheid een voorwaarde is voor vrijheid. Wij willen dan ook een beleid waarbij de middelen die er zijn optimaal worden ingezet om Nederland zo veilig mogelijk te maken. Daarvoor is het nodig om goed inzicht te krijgen in de middelen die er zijn en vooral om te kijken of het beleid effectief is. Daarvoor is de VBTB systematiek ontworpen en mijn eerste vragen gaan dan ook over de Afrekenbaarheid - controle op effectiviteit van het beleid

Dat lijkt misschien technisch, maar is essentieel voor deze Kamer om haar controletaak straks uit te kunnen voeren.

De prestatiegegevens in deze begroting worden naar de smaak van D66 te summier gepresenteerd. Het is onze experts opgevallen dat de VBTB-kwaliteit van de begroting al met al enigszins terug lijkt te zijn gelopen. Het is de vraag of de minister over deze begroting in mei 2007 verantwoording af kan leggen, gelet op de af en toe optredende vaagheid in de doelstellingen. Niet in alle gevallen zijn de doelstellingen zo helder dat je er er verantwoording over kunt afleggen. Dat is jammer, want over het jaar 2004 (mei jl.) was het Justitie-jaarverslag een van de betere jaarverslagen.

Wat in algemene zin opvalt is dat de prestatiegegevens meer betrekking hebben op wat het ministerie doet (de tweede W-vraag uit de VBTB-systematiek, wat gaan we daar voor doen?) dan op wat ze wil bereiken (de eerste W-vraag: wat willen we bereiken?) .

Maw er staat wel hoeveel extra cellen er gebouwd moeten worden, niet hoe dit recidive voorkomt of de criminaliteit terugdringt. Wat is de reden achter deze benadering? Wekt de indruk dat de minister bang is om afgerekend te worden op zijn prestaties en dat kan toch niet de bedoeling zijn.

Voorbeeld: Hoewel onder het kopje "Doeltreffende justitiële opsporing" tal van activiteiten, instrumenten en actoren worden genoemd, is de uitwerking van de operationele doelstelling in termen van prestatie-indicatoren, mager. Zodoende kan bij de verantwoording over 2006 (mei 2007) niet worden vastgesteld of de minister zijn doel hier heeft gereikt. Het doel is immers niet afrekenbaar geformuleerd.

Wat is het concrete en afrekenbare doel dat de minister hier nastreeft?

Budgetflexibiliteit

In de Rijksbegroting 2006 wordt de Kamer summier geïnformeerd over de budgetflexibiliteit . Dat vermindert onze mogelijkheden als medewetgever.

Kan de minister de Kamer alsnog inzicht geven in de budgetflexibiliteit zoals dat voorgaande jaren gebruikelijk was?

Agentschapreserves

Ten behoeve van een goed debat is het van belang dat er een alomvattend en actueel overzicht bestaat van de omvang van de bestaande reserves (begin 2006) en de geprognosticeerde reserves (ultimo 2006) alsmede van de soort risico's die onderbouwen dat het aanhouden van deze reserves zwaarder weegt dan een eventuele alternatieve aanwending van de middelen in kwestie

Graag ontvang ik een dergelijk overzicht voor de plenaire behandeling van de begroting.

Rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding

De verhouding tussen de speerpunten (datgene wat als actueel belangrijk wordt gezien) en de operationele doelen is niet geheel duidelijk. Zo zijn de speerpunten stelselmatige daders en zichtbaar toezicht niet expliciet terug te vinden in de structuur van het beleidsartikel, waardoor ook onduidelijk is welk budget voor deze twee speerpunten beschikbaar wordt gesteld. Graag krijg ik daar meer duidelijkheid over?

MEDICINALE HEROÏNE-VERSTREKKING

Naar aanleiding van het rapport Paas, heeft deze Kamer besloten dat de 1000 plaatsen die nodig zijn om onherstelbaar verslaafde criminelen te behandelen er moeten komen. Vorig jaar is er met een amendement van de coalitiepartijen met brede steun in de kamer 6 miljoen euro overgeheveld van de Justitie-begroting naar die van VWS. Met dat geld zouden extra plaatsen worden gecreëerd voor de medicinale verstrekking van heroïne. Verslaafden die meedoen aan zo'n project hoeven niet meer te stelen om aan hun shot te komen en belasten dan niet meer het justitiële apparaat. Vandaar dat de Kamer het logisch vindt dat Justitie hieraan meebetaalt. Het is bovendien een stuk goedkoper om junks zo van de straat te halen: voor het bedrag van 1 jaar opsluiten, kun je drie junks behandelen.

Nu was het de bedoeling om die 6 miljoen structureel in te zetten, getuige ook een motie van een paaar maanden later over de gebrekkige uitvoering. Omdat de ministers van Justitie en VWS, ondanks de wens van een kamermeerderheid, nog steeds niet met een lange termijn oplossing willen komen, zie ik mij wederom genoodzaakt om de financiering van de extra behandelplaatsen, in ieder geval voor twee jaar, te kunnen realiseren. Mocht deze minister dan nog minister van Justitie zijn, dan kan hij nu alvast gaan nadenken over een lange termijn oplossing, want op deze wijze is er veel onzekerheid, ook bij de deelnemende gemeenten.

De gemeenten hebben aangegeven 545 extra behandelplaatsen te willen creëren. Om dit mogelijk te maken is er de komende twee jaar 6,5 miljoen euro nodig. De gemeentes betalen daarbij zelf ook mee, in de vorm van het aankopen/huren en geschikt maken van behandelruimtes. Vorig jaar kwam de bulk van het geld van het ministerie van Justitie. Het lijkt mij dan ook redelijk om die lasten dit jaar te verdelen. Mijn voorstel is dan ook om VWS en justitie ieder 1,66 miljoen te laten betalen, twee jaar achter elkaar.

Een amendement waarin dit wordt geregeld is vorige week ingediend bij de VWS-begroting en kan rekenen op een meerderheid . Een amendement van dezelfde strekking circuleert nu onder de Justitie collega's. Ik neem aan dat de minister daar graag een reactie op geeft.

SLIMME VEILIGHEID - TECHNOLOGIE

De verharding in de samenleving en de dreiging van terroristische aanslagen hebben het concept `beveiliging' een vaste plaats in onze samenleving gegeven. Maar we zijn nog aan het onderzoeken wat nu het beste werkt. D66 pleit voor beveiliging met behulp van de inzet van ultramoderne technieken, in plaats van beveiliging die alleen vertrouwd op mankracht en standaard beveiligingsapparatuur. Met slimme beveiligingstechnieken kan je bijvoorbeeld:

* Groepen mensen gezamenlijk controleren op wapens, zonder dat ze er erg in hebben (concealed weapondetection). Dit maakt de preventief fouilleren overbodig en verwijdert de opvallende en soms verstorende aanwezigheid van detectiepoortjes en fouillerende agenten.
* Daarnaast kan je sluipwespen en snifferapparaten inzetten om explosieven op te sporen, je kan intelligente camera's plaatsen die gezichten herkennen van verdachte personen. * En er zijn nog vele andere technieken in ontwikkeling.

D66 vindt echter dat de ontwikkeling van deze technieken niet snel genoeg gaan. Dat ligt niet aan de uitvinders van deze technieken, maar wel aan de weinig faciliterende rol van de overheid. Het geschikt maken van nieuwe technieken voor gebruik in de praktijk duurt nu vaak lang, omdat gewacht moet worden tot een marktpartij er brood in ziet. De marktpartij durft vaak niet te investeren in de verdere ontwikkeling, bang als hij is dat de overheid zijn product niet zal afnemen. Soms gebeurt het ook dat een nieuwe techniek eerder wordt gebruikt in de entertainment-industrie dan in de beveiling, omdat er daar meer geld mee kan worden verdiend. Een voorbeeld is de "nepvogel" die hier twee weken gelden in de Hal te bewonderen was. Die kan worden uitgerust met een camera en over grote groepen mensen vliegen, maar wordt nu vooral bij popconcerten voor de lol gebruikt in plaats van in veiligheidssituaties.

D66 vraagt de minister daarom welke rol hij voor zichzelf ziet om dit proces meer te faciliteren. Wordt de ontwikkeling van nieuwe technieken in kaart gebracht? Zijn er co-financieringsinstrumenten? Wat is precies het doel van het Innovatieplatform Criminaliteitsbestrijding?Ik lees in de begroting dat er volgend jaar al de eerste resultaten zullen zijn - wat zijn de verwachtingen?Wanneer en hoe is men aan de slag gegaan?Klopt het dat er een half miljoen voor is uitgetrokken? Als we weten dat de VS een miljard investeren in veiligheidstechnologie, is dat dan niet erg mager?

DNA mogelijkheden verder uitbreiden

Een paar dagen geleden is de moord op de 11-jarige Arthur Ghurahoo na 19 jaar opgehelderd door middel van DNA sporen. Dit wijst er op hoe nuttig DNA kan zijn in dit soort gevallen. Nu is het de bedoeling om bij mensen die tot een onvoorwaardelijke straf van meer dan 4 jaar veroordeeld zijn, of veroordeeld zijn geweest, DNA materiaal af te nemen en op te slaan in een databank.

D66 wil de minister in overweging geven om het werkingsbereik van deze wet uit te breiden tot mensen die tot enige onvoorwaardelijke gevangenisstraf zijn veroordeeld. Immers in veel, ook zeden- en geweldszaken worden er om allerlei redenen door de rechter lichtere straffen worden uitgesproken. Helaas is een toch wel redelijk fors percentage van de veroordeelden recidivist. DNA sporen zijn de vingerafdrukken van de 21^ste eeuw. Als we daarmee meer zaken kunnen ophelderen, dan wel recidive kunnen voorkomen omdat daders weten dat hun DNA zo op te vragen is, dan is dat een belangrijke stap vooruit. Graag een reactie van de minister.

Een vraag die ons via de mail bereikte en die ik op deze wijze aan de minister zou willen stellen is hoe hij staat tegenover de mogelijkheid om burgers de kans te bieden vrijwillig DNA materiaal af te staan ter opname in een databank. Er worden tot ieders grote spijt ieder jaar toch een fors aantal overledenen gevonden waarbij het zeer moeilijk, of onmogelijk is de identiteit vast te stellen. Zit hun DNA in zo'n bank dan is dat veel eenvoudiger, met alle voordelen voor het informeren van familie of onderzoek van dien.

Er zijn een aantal organisaties, zoals bijvoorbeeld scouting of kinderopvang, die gedragscodes hebben voor volwassenen die als vrijwilliger of professional met kinderen werken. Zij zouden dan er voor kunnen kiezen om opname van DNAprofielen in deze databank op te nemen en dat als voorwaarde in hun gedragscodes op te nemen..

Goed functioneren van de rechterlijke macht

Voorzitter,

Collega Wolfsen kwam vorige week met het leuke idee om een spijbelrechter te introduceren. Dat is succesvol in Almelo en naar ik begrijp van de Raad voor de Rechtspraak wordt het al op veel plekken in Nederland met succes toegepast. Het meest frappant aan de discussie vond ik dat het ruim een jaar duurt voordat een simpel proces verbaal van de leerplichtambtenaar überhaupt behandelt wordt. En ik krijg veel klachten over de tijd die het duurt om je zaak op de rol te krijgen. Graag hoor ik van de minister of hij deze zorg deelt en welke mogelijkheden hij ziet om hier iets aan te doen.

In de begroting voor 2006 bezuinigt de minister 16 miljoen euro op het budget voor rechtspleging en rechtsbijstand. De Raad voor de Rechtspraak geeft zelfs aan dat er 63 miljoen euro bij moet om de rechterlijke macht nog goed te kunnen laten functioneren.

D66 is bang dat deze bezuinigen ten koste zullen gaan van de kwaliteit van de rechtspraak. Tevens vrezen wij dat hierdoor de wachttijden bij de rechter, die de afgelopen jaren korter waren geworden, straks weer onverantwoord lang zullen zijn.

De kwaliteit

Rechters zijn serieuze en plichtsgetrouwe harde werkers. Begaan als zij zijn met de samenleving stoppen ze al hun beschikbare tijd in het efficiënt afhandelen van zo veel mogelijk zaken. Het wordt echter steeds meer zichtbaar dat de kwaliteit van de rechtspraak daar onder lijdt:
* Steeds meer belangrijke zaken worden behandeld door enkelvoudige kamers.
* Rechters hebben geen tijd meer om jurisprudentie te lezen of zich bij te scholen.
* Ook het goed motiveren van vonnissen schiet er door de tijdsdruk steeds vaker bij in, wat er toe bijdraagt dat er minder begrip is voor de uitspraken.
* En dan heb ik het nog niet eens over de gerechtelijke dwalingen die tegenwoordig helaas vaak in het nieuws zijn.

Dit alles heeft tot gevolg dat veel burgers het vertrouwen in de rechtspraak verliezen. Vele mailtjes en brieven die ik dagelijks krijg getuigen daarvan.

De wachttijden

Het bezuinigen op het budget voor de rechtspraak zal onherroepelijk leiden tot het opnieuw langer worden van de wachttijden. Er komt vroeg of laat het moment dat rechters het plichtsgetrouw nastreven van gestelde productiedoelen zullen opgeven en zullen kiezen voor kwaliteit in plaats van kwantiteit.

Het gevolg van deze - op zich begrijpelijke - keuze voor kwaliteit is dat burgers en bedrijven langer moeten wachten op rechtszekerheid. Dit is schadelijk voor de samenleving, want:
* In het strafrecht moeten daders langer wachten op hun berechting, waardoor zij niet op tijd worden gecorrigeerd en sneller in herhaling vervallen.
* In het civiel- en bestuursrecht moeten procespartijen lang wachten op zekerheid in hun zaak, waardoor onder andere het economische verkeer wordt vertraagd.

Beiden kosten de samenleving een bedrag dat de opbrengsten van de bezuinigingen vele malen overtreft.

Uit de begroting kan ik concluderen dat de minister doelbewust uitgaat van oplopende wachttijden. Uit de kolommen op pagina 44 en 46 volgt dat het aantal zaken dat de rechter volgens de gemaakte afspraken moet behandelen minder is dan het aantal dat volgens de prognoses bij de rechter zal voorkomen. De "productiebehoefte" is structureel 10% groter dan de "productieafspraak"!

Vraag:

Waarom is niet de productiebehoefte als basis voor de productieafspraak genomen? Waar wordt het verschil door verklaard? Waarom is het verschil zo constant 10%, m.u.v. 2007, waar het 8,5% is

Extra vraag:

Hoe denkt de minister dat dat structurele verschil wordt weggewerkt? Gaat hij er vanuit dat de réchters, vanuit hun plichtsgetrouwe streven zo veel mogelijk zaken af te handelen, dit verschil alsnog zullen wegwerken?

Extra feit:

In de begroting van de Raad voor de Rechtspraak (zie justitiebegroting p. 171) wordt meegedeeld dat als gevolg van het feit dat er meer zaken zullen instromen dan het aantal zaken waarvoor middelen ter beschikking worden gesteld, de wachttijden in 2006 met 10% en in 2007 met 12% zullen stijgen.

(vervolg)

Als we meer specifiek kijken naar de Productiebehoefte en Productieafspraak zien we dat het verschil in behoefte en afspraak veel lager is bij de strafrechters, jaarlijks enkele procenten, dan bij de overige rechters (meestel meer dan tien procent).

Waarom is het tekort in de strafrechtspraak zo verschillend van het algemene tekort? Welke consequenties heeft dit voor de ontwikkeling van de doorlooptijden in de andere categorieën? Waarom is het tekort in bij de strafzaken in 2006 relatief hoog?

Extra vraag:

Waarom zijn de tekorten bij niet-strafrechters zo hoog? Hoe beoordeelt de minister het feit dat, vanwege de lange wachttijden voor bijvoorbeeld de burgerlijk rechter, de samenleving grote (economische) schade oploopt?

Reclassering

De reclassering is een belangrijk onderdeel van de justitieketen. D66 betruert het dan ook dat over de reclassering in deze begroting opvallend weinig vermeld wordt .

Graag wil ik weten welke doelstelling specifiek voor het reclasseringsbeleid geldt.

Overigens lijkt de reclasseringscapaciteit veel minder te zijn dan de uit de raming voortvloeiende behoefte . Kan de minister dit verklaren?

Een probleem waar wij veel klachten over krijgen is de samenwerking tussen justitie en reclassering. Mensen worden vrijgelaten, soms vroeger dan geplanned en komen dan met weinig geld op straat. Als blijkt dat familie of vrienden er niet zijn, dan iemand al weer heel snel op het slechte pad gaan. In het ergste geval, zoals recentelijk is gebeurt, kan iemand zelfmoord plegen. Is het echt zo moeilijk om te zorgen dat iemand niet uit de cel komt dan nadat er iets van opvang is geregeld?

Slachtoffers informeren over vrijlating

Dezelfde ondoorzichtigheid met vrijlaten is trouwens ook een nadeel voor slachtoffer. D6 vindt dat slachtoffers fatsoenlijk geïnformeerd moeten worden als hun dader vrijkomt. Het kan niet zo zijn dat de moordenaar van je dochter straks bij je voor de deur staat terwijl jij dacht dat hij nog in de gevangenis zat. Wat verzet zich tegen een goed informatiesysteem?Kan voor het slachtoffer een recht op informatie worden gemaakt?

Preventief wegslepen auto's in Amsterdam

Voorzitter,

Tot slot een vraag over een bizarre zaak in Amsterdam. De politie sleept auto's weg waarin een telefoon ligt om op die manier een misdrijf te voorkoemn. Nu is D66 een groot voorstander van preventie, maar dit is toch de omgekeerde wereld. In plaast van achetr de dader aan te gaan of vaker op de hotspots waar dit gebeurt te patrouilleren, sleept de poltie auto's van onschuldige burgers weg. Zij beroept zich hierbij op een wetsartikel dat preventief optreden zonder toestemming van het toekomstige slachtoffer toestaat. Graag hoor ik van deze minister waar hij de grenzen van dit artikel ziet? Mag de politie voor dit wegslepen geld in rekening brengen? Kunnen burgers verhaal krijgen als zij meer zijn benadeeld door het wegslepen dan bij een eventuele inbraak?

ANNEX - als er tijd over is

Preventie: dienst JUSTIS

Een deel van het preventiebeleid is gericht op screening van integriteit. De batenlastendienst JUSTIS houdt zich hier mee bezig.

Het is opvallend dat de prijs die aanvragers moeten betalen voor onder het werkterrein van JUSTIS vallende diensten nog al afwijken van de kostprijs die JUSTIS heeft berekend. Tabel 3 laat vier voorbeelden zien

Tabel 4: kostprijs versus tarief bij 4 producten van de dienst JUSTIS (in EURO's)

Product

kostprijs

tarief

volume 2006

verschil kostprijs en vraagprijs

bedrijfsresultaat

Verklaring omtrent gedrag

natuurlijke personen

22,69

29,50

250000

6,81

1 702 500

Verklaring omtrent gedrag rechtspersonen

113,45

147,50

2000

34,05

68 100

Verzoek tot naamswijziging

360,36

226,89

3000

-133,47

-400 410

Inschrijving in het centraal testamentenregister

3,67

8,17

300000

4,5

1 350 000

TOTAAL

2 720 190

Dit overzicht is niet volledig omdat de vraagprijs van andere producten van JUSTIS niet snel achterhaalbaar zijn. Toch is het opvallend dat bij drie van de vier producten de kostprijs lager is dan de vraagprijs. Ofwel, ze lijken te resulteren in een positief resultaat voor JUSTIS. Onduidelijk is welke ratio hier achter zit

Gevraagd zou kunnen worden naar een volledige vergelijking tussen kostprijs en vraagprijs van alle justis-producten. Welke kosten worden meegenomen inde berekening van de kostprijs?Aan de hand van welke overwegingen wordt de vraagprijs bepaald?

De vraag in hoeverre deze inspanningen inderdaad bijdragen aan een effectieve screening van de integriteit en daarmee de preventie van criminaliteit komt niet aan de orde.

Gevraagd kan worden of aan het effect van deze activiteiten aan de criminaliteitspreventie een streefwaarde is verbonden?

Doeltreffende justitiële opsporing

Over een onderdeel van het beleid worden wat streefcijfers gegeven, namelijk over de MOT (melding ongebruikelijke transacties) en de CIOT (centraal informatiepunt onderzoek en telecommunicatie). Over deze beide organisaties wordt echter geen informatie verstrekt over de aan de exploitatie ervan verbonden kosten. Ze vallen op p. 59 in de categorie overig. De kosten van het NFI worden op die pagina wel geëxpliciteerd, maar prestatiegegevens van het NFI ontbreken hier (in tegenstelling tot vorig jaar) Deze worden in de agentschapsbegroting (p. 148) gegeven. Dat is lastig want het bemoeilijkt integraal inzicht in NFI

De baten en lasten begroting van het NFI (p. 148 en verder) is ook fors dunner dan andere jaren. Dat heeft nauwelijks geleid kwaliteitsverlies van informatie. Een aspect is wel verdwenen, en dat is het percentage afgehandelde aanvragen binnen de afgesproken tijd. Hier voor stond vorig jaar wel een doelstelling in de begroting (85% voor 2005). Gelet op de bezuinigingstaakstelling van vorig jaar, de extra middelen die ter beschikking komen ten behoeve van terrorismeonderzoek alsmede het door recente gebeurtenissen geactualiseerde belang van zorgvuldigheid, is dat afhandelingspercentage een interessant gegeven

Welk percentage wordt nu gehanteerd als doelstelling? Aan welke NFI-producten worden de extra antiterrorismemiddelen besteed?

De andere belangrijke actor die vanuit deze operationele doelstelling wordt gefinancierd is het OM. Op p. 71 worden de productiecijfers van het OM gepresenteerd. In de al eerder genoemde bijlage met de behoefteramingen van de totale strafketen worden echter andere cijfers gepresenteerd. Voor enkele hoofdgegevens, zie tabel 4 van deze notitie

Tabel 4: Productie afspraken versus capaciteitsbehoefte bij het OM

productieafspraken

capaciteitsbehoefte

verschil

rechtb.z meerd. jar.

rechtb.z

mind jar

kanton totaal

wahv-beroepen

arrond. park

kanton

wahv

arrond. park

kanton

wahv

2005

243771

31590

354170

330000

283400

31500

330000

8039

-322670

0

2006

250594

32153

375780

330000

290400

31500

330000

7653

-344280

0

2007

252755

32616

350104

330000

290400

31500

330000

5029

-318604

0

2008

253807

32932

355840

330000

290400

31500

330000

3661

-324340

0

2009

254412

33228

381491

330000

290400

31500

330000

2760

-349991

0

2010

254683

33657

409426

330000

290400

31500

330000

2060

-377926

0

Wat valt bij deze tabel op?

De titel en inhoud van beide reeksen cijfers zijn verschillend. Het lijkt er op dat de uitkomsten van de raming geen rol hebben gehad bij het actualiseren van de productieafspraken.

Hiernaar kan worden gevraagd

Het capaciteitsoverschot bij de arrondissementsparketten, lijkt gepaard te gaan m,et een capaciteitstekort bij kanton. Dat is echter niet helemaal zeker omdat de categorie-definities uit de productie afspraken niet gelijkluidend zijn aan die uit de behoeftemeting

Gevraagd kan worden of er sprake is van een capaciteitsprobleem bij de kantongerechten.

De capaciteitsbehoefte raming en de productieafspraken bij de Wet Mulder Zaken, zijn identiek en constant verondersteld. Dit is een onzekere factor (zie ook p. 70). Het is echter wel opvallend dat het nieuwe "ramingsmodel" niet in staat is een preciezere raming te genereren. Eens te meer lijkt het er op dat de term "model" wellicht niet geheel gerechtvaardigd is. (zie ook par. 2.3 van deze notitie.

Interessante passage op p. 70 luidt in dit verband: "mogelijk zal het aantal beroepen dalen als gevolg van een waargenomen trend dat er minder verkeersovertredingen worden geconstateerd." Blijkbaar houdt men rekening met dergelijke gedragseffecten maar zijn deze niet betrokken in het "model".

Gevraagd kan worden of in het model ook gedragstrends zijn opgenomen. Zo nee, waarom niet?

3.4 Sancties

Op pp. 75/76 staat een aantal overzichten van de sanctiecapaciteit. Hier valt op dat zich ten opzichte van de begroting 2005 zogeheten "uitvoerinsverschillen" voordoen, waardoor de capaciteit lager is dan eerder geraamd. Bij de extramurale sanctiecapaciteit is dat een verschil van bijna 15%. Een en ander wordt niet toegelicht

Gevraagd kan worden wat dat voor uitvoeringsverschillen zijn?

De capaciteit van de TBS wordt vergroot door een herschikking van de veiligheidsenveloppemiddelen. Concreet komt dat neer op 274 reguliere gevangenisplekken in 2006 minder, en 96 TBS plaatsen meer.

Gevraagd kan worden welke consequenties dit heeft voor de capaciteit van de reguliere justitiële inrichtingen.

Ook zijn er de sancties die door het CJIB worden uitgevoerd. Op pagina 144 van de begroting worden voor 2006 volumecijfers gegeven. De behoefteraming staat op p. 279. Ook deze twee kunnen met elkaar worden geconfronteerd. Zie tabel 5

Tabel 5: productieraming versus behoefteraming CJIB

productieraming

behoefteraming

Wahv

10 300 000

11 500 000

Boetevonnissen

190 000

227 537

Transacties

670 000

692 055

Vrijheidsstraffen

34 000

45 616

Schadevergoeding

14 000

13091

Ontneming

1 425

1840

taakstraffen

39 000

39633

Opvallendste schijnbare tekorten zijn te zien bij de WAHV en bij de coördinatie vrijheidstraffen.

Zijn er inderdaad tekorten en hoe worden die opgelost?

Een ander opvallend onderdeel van de Financien hier is de PIA-taakstelling. PIA staat voor professioneel inkopen en uitbesteden. Dat moet bij dit artikel 9,2 mln. opleveren in 2006 en structureel 13,8 mln. Onduidelijk is hoe dit wordt gerealiseerd .

Wat doet de minister hier concreet? Op welke wijze wordt het project PIA vormgegeven?

Financiën

Enkele vragen bij de financiën:

Allereerst is er sprake van extra opbrengsten griffierechten. Dit is het gevolg van de extra zaakinstroom. Volgens de tabel op p. 23 zijn deze extra opbrengsten in 2005 10 mln., in 2006, 16 mln., oplopend naar structureel 19 mln. vanaf 2008. De tabel op p. 174 spreekt echter van geen meeropbrengsten in 2005, 6,5 mln. in 2006, oplopend naar structureel 9 mln. vanaf 2008. Ofwel deze tabel geeft structureel 10 mln. minder meeropbrengsten aan dan de tabel op p. 23.

Gevraagd kan worden wat de achtergrond van het verschil is. Welke meeropbrengsten worden nu begroot?

De meeropbrengsten zullen worden ingezet ter financiering van de benodigde capaciteitsuitbreiding (p. 23). Er is echter ook al een verhoging van de productiebijdrage van 20 mln. in 2006 oplopend tot 23 mln. vanaf 2008 (p. 45). Onduidelijk is of in de productieafspraken die eerder in deze paragraaf zijn besproken beide budgetverhogingen zijn verwerkt.

Gevraagd kan worden of de extra griffie-opbrengsten zullen leiden tot een aanpassing van de productie-afspraken. Zal de extra productiebijdrage leiden tot een aanpassing van de productie-afspraken?

Van de eindejaarsmarge 2004 van 35,4 mln. (het geld dat "over" was), wordt 10,7 mln. toegevoegd aan het artikel rechtspleging en rechtsbijstand. Onduidelijk is waarvoor deze middelen zijn bestemd

Waartoe wordt de 10,7 mln. eindejaarsmarge op dit artikel ingezet? Is dit bedrag gelijk aan de onderuitputting die op dit artikel in 2004 is gerealiseerd?

Per 1-1-2005 is de stichting studiecentrum rechtspleging (SSR) een zogenaamde batenlastendienst geworden, ook wel agentschap geheten. Het merkwaardige van SSR was dat het als agentschap een dienst werd van de Raad voor de Rechtspraak. Je zou nu verwachten dat er in de begroting hetzij een aparte begrotingsstaat voor SSR wordt opgenomen hetzij dat er in de begroting van de RvdR informatie staat over SSR. Geen van beide is het geval. Dat is merkwaardig, omdat verwacht mag worden dat een deel van de in het kader van het veiligheidsbeleid aan de Raad voor de rechtspraak ter beschikking gestelde middelen, wordt omgezet in het benoemen van extra rechters.

Waarom staat er geen informatie over SSR in de begroting? Kan een overzicht worden gegeven van de ontwikkeling van het aantal mensen, in dienst van de rechtspraak?

_______________________

In dit verband kan gewezen worden op de zogenaamde "comply or explain" actie, van afgelopen zomer. De motie Douma c.s. verzoekt de regering een motivering te geven indien de algemene beleidsdoelstellingen niet worden geformuleerd in termen van te realiseren maatschappelijke effecten (outcome) en in daarvan afgeleide prestatiegegevens (comply or explain). De ministers van Justitie en VenI hebben de Kamer op 22 juni 2005 per brief geïnformeerd over de wijze waarop zij uitvoering wil geven aan de motie (29 949, nr. 24).

Daarin wordt gesteld: "In algemene zin kan worden opgemerkt dat er in de Justitiebegroting, waar zinvol, bij vrijwel alle operationele doelstellingen outputgegevens opgenomen zijn."

Dat blijkt inderdaad het geval te zijn. Wat echter de bedoeling van de exercitie was, te kijken waar informatie over de outcome (maatschappelijke effecten) mogelijk was. Deze staat echter nauwelijks in de begroting, hetgeen niet wordt gemotiveerd. Wel staat er veel ouptut-informatie (uitvoeringsprestaties) in de begroting.

Hierover wordt momenteel tussen de voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven en de minister van Financien nader gecorrespondeerd, evenals over de agentschapreserves. Een en ander kan leiden tot nadere informatie, die echter op dit moment de Kamer nog niet heeft bereikt.

Budgetflexibiliteit is de mate waarin een budget (in theorie) nog voor andere doeleinden aangewend kan worden. In de Justitie -begroting is dit met ingang van vorig jaar niet langer, zoals in eerdere jaren, in een aparte tabel per artikel zichtbaar gemaakt. Uitsluitend wordt vermeld welk deel van de begrote uitgaven juridisch zijn verplicht, dat wil zeggen uitgaven die onontkoombaar in 2006 gedaan moeten worden omdat daarvoor in het verleden al een juridisch afdwingbare verplichting is aangegaan. Echter, naast `harde' juridische verplichtingen zijn er ook bestuurlijke toezeggingen of complementaire verplichtingen die de flexibiliteit van het budget beïnvloeden. Om een goede afweging te maken in welke mate een artikel amendeerbaar is, is deze informatie ook van belang.

Agentschappen (of baten-lastendiensten) zijn intern verzelfstandigde diensten, die volledig onder ministeriele verantwoordelijkheid vallen, en waar het budgetrecht van de Kamer onverkort van kracht is. Een van de eigenheden van de agentschappen is dat ze een interne reserve kunnen aanhouden, van maximaal 5% van de meerjarige gemiddelde omzet. De omvang van de (geprognosticeerde) reserve maakte tot en met de begroting 2005 deel uit van de begrotingstoelichtingen. Deze is dit jaar verdwenen. Dat is lastig omdat dit in een enkel geval wordt gebruikt voor amendementdekking.

De minister van Financien heeft in een brief dd 26 oktober jl. gesteld dat de reserveposities in deze begroting niet genoemd zijn, niet erg is, omdat ze nauwelijks afwijken van de cijfers zoals weergegeven in de jaarverslagen over 2004. Dat is opvallend, omdat daaruit de suggestie spreekt dat de reserves meerjarig niet worden leeg geput. Er is blijkbaar geen expliciete bestemming voor. Toch is het onwaarschijnlijk dat er helemaal geen ideeën zijn ontwikkeld over de bestemming van de reserve. In het verleden zijn amendementen die dekken uit agentschapreserves vaak onderwerp geweest van debatten waar de vraag centraal stond of ze wel of niet technisch deugdelijk zijn.

De algemene doelstelling luidt: een goed functionerend rechtshandhavingketen, waaronder begrepen het voorkomen en bestrijden van criminaliteit. Het gaat om de speerpunten

· Preventie,

· Opsporing en handhaving,

· Stelselmatige daders en jeugdcriminaliteit

· Zichtbare toezicht in de openbare ruimte.

De doelstelling wort uiteengelegd in 6 operationele doelen

· Preventie

· Opsporing en onderzoek

· Handhaving en vervolging

· Tenuitvoerlegging sancties

· Slachtofferzorg

· Terrorismebestrijding

is mede-ondertekend door de VVD en de PvdA en

Noot:

*

"Tekorten" in de strafrechtspraak versus "tekorten" algemeen (in aantallen zaken)

Capaciteits

behoeftestraf (Rechtbank en gerecht)

Productie-afspraak straf (Rechtbank en gerecht)

Schijnbaar tekort straf

Capaciteitsbehoefte totaal

Productie

afspraak totaal

Schijnbaar

Tekort totaal

abs

%

abs

%

2005

296215

294362

1853

0,6%

1803547

1619457

184090

10,2%

2006

281925

274416

7509

2,7%

1841271

1648266

193005

10,5%

2007

290331

286917

3414

1,2%

1887918

1727430

160488

8,5%

2008

287773

286011

1762

0,6%

1936515

1728371

208144

10,7%

2009

289392

286011

3381

1,2%

1936434

1728371

208063

10,7%

2010

290674

286011

4663

1,6%

1936434

1728371

208063

10,7%

Sinds de begroting 2005 is er geen aparte operationele doelstelling meer voor, maar behoort het tot de doelstelling "uitvoeren sancties en maatregelen", waar ook DJI onder valt. En de beleidsinhoudelijke informatie in de begroting is beperkt tot een verwijzing naar enkele beleidsdocumenten, alsmede een kleine tabel met productiecijfers.

Onderstaande tabel geeft enkele voorbeelden. Een integrale vergelijking is niet mogelijk gelet op de structuur van de cijfers.

Tabel 6: Feitelijke capaciteit versus capaciteitsbehoefte bij de reclassering

2005

2006

capaciteitsbehoefte

Beschikbare capaciteit

capaciteitsbehoefte

Beschikbare capaciteit

Taakstraffen

38703

35504

41422

39931

Diagnose en advies

91510

39272

101087

39474

Toezicht

19386

17544

20042

17634

Het blijkt dat de het verschil tussen capaciteitsbehoefte en beschikbare capaciteit vooral bij de categorie diagnose en advies zeer groot is. Dat kan er op wijzen dat de categorieën diagnose en advies in de behoefteraming (p. 278) niet de zelfde zijn als de categorie diagnose en advies in de beschrijving van de feitelijke capaciteit. Dat is wel raar, want vermindert het nut van het presenteren van beide cijfers. De andere mogelijkheid is dat er inderdaad zo'n groot verschil is. In dat geval is het de vraag waarom het verschil tussen capaciteitsbehoefte en feitelijke capaciteit in de categorie diagnose en advies zo veel groter is dan het verschil bij de beide andere categorieën.

Het risico bij dergelijke generieke door het ministerie van Financien opgelegde taakstellingen bestaat, dat ze niet door aanbestedingsinnovatie worden opgelost maar door andere maatregelen

14-11-2005 15:12