Technische Universiteit Delft

Promotie Anke van Gorp

Wanneer is de ingenieur te vertrouwen?

Bij ontwerpprocessen die niet standaard zijn, worden ethische ontwerpbeslissingen vooral genomen op basis van de opleidingen die de ingenieurs gevolgd hebben, hun ontwerpervaringen en ook hun persoonlijke ervaringen. Bij standaard ontwerpprocessen volgen ingenieurs in het algemeen de bestaande regels, maar die zijn lang niet altijd adequaat. Dat stelt ir. Anke van Gorp, die op maandag 14 november aan de TU Delft promoveert op dit onderwerp.

Anke van Gorp wilde met haar promotie-onderzoek meer inzicht krijgen in de ethische kwesties waar ingenieurs mee te maken krijgen tijdens ontwerpprocessen. Daartoe heeft de Delftse onderzoekster vier case-studies gedaan. Daarbij was ze onder meer nauw betrokken bij ontwerpvergaderingen en nam ze interviews af met de betrokken ingenieurs. Van Gorp concludeert dat veel afhangt van het type ontwerp. Ze maakt daarbij ondermeer onderscheid tussen 'normale' en 'radicale' ontwerpprocessen. In normale ontwerpprocessen zijn het werkend principe en de configuratie (de vorm en onderdelen van het product), al bekend. Bij radicaal ontwerp zijn deze niet bekend of worden het gebruikelijke werkend principe of de gebruikelijke configuratie niet toegepast.

In de twee onderzochte radicale ontwerpprocessen (een ultralichte stadsauto en een vrachtwagentrailer met een nieuw ontlaadsysteem) bleken ethische kwesties vooral te draaien rondom veiligheid en duurzaamheid en het maken van afwegingen tussen de verschillende ontwerpvereisten. In het geval van de stadsauto is de eis van het lichte gewicht (en dus zuinigheid) bijvoorbeeld tegengesteld aan de eis van veiligheid. Een (ultra)lichte auto krijgt het bij een botsing immers extra zwaar te verduren. Dit soort afwegingen worden bij radicale ontwerpprocessen volgens Van Gorp vooral genomen op basis van 'interne ontwerpteamnormen'. Deze normen omvatten ideeën over wat de verantwoordelijkheid van de ingenieurs is en wat een goed ontwerp is. De interne ontwerpteamnormen zijn gebaseerd op de opleidingen die de ingenieurs gevolgd hebben, hun ontwerpervaringen en ook hun persoonlijke ervaringen.

De ethische beslissingen van deze ontwerpteams zijn derhalve niet automatisch 'te vertrouwen'. Van Gorp vindt dat ontwerpteams die radicale ontwerpen maken divers van samenstelling zouden moeten zijn, met verschillende levens en achtergronden. Op die manier is de kans het grootst dat het team als geheel allerlei zaken die mensen (bijvoorbeeld eindgebruikers) belangrijk vinden in een product, ook daadwerkelijk mee laat wegen in het ontwerpproces.

In de twee onderzochte normale ontwerpprocessen (van een brug en drukapparatuur voor de chemische industrie) werden de beslissingen over ethische kwesties vooral gemaakt op basis van bestaande regels en voorschriften, het regulatieve raamwerk. Dit bestaat uit Europese directieven, Europese en of Nederlandse technische normen en interpretaties daarvan, gegeven door certificerende instanties. Dit betekent echter niet dat alle ethische beslissingen genomen kunnen worden op basis van het regulatieve raamwerk. Om vertrouwen te hebben in ingenieurs die normale ontwerpen maken, moet het regulatieve raamwerk immers adequaat zijn en dat is op dit moment over het algemeen niet zo, concludeert Van Gorp. Sommige kwesties over veiligheid zijn er bijvoorbeeld niet in opgenomen. De bestaande regels zijn ambigu en soms inconsistent, stelt de onderzoekster.



Technische Universiteit Delft