Ministerie lnv

http://www.minlnv.nl

18 november 2005

Ministerie van lnv: onderzoek naar effect duurzaamheidskeurmerken op niet-duurzame producten

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) heeft opdracht gegeven aan het Landbouw Economisch Instituut (LEI) en Wageningen Universiteit & Researchcentrum (WUR) om onderzoek te doen naar het effect van duurzaamheidskeurmerken op de aard en het aanbod van niet-duurzame producten. Op de markt komt een aantal . al dan niet door de overheid geĂŻntroduceerde . duurzaamheidslabels voor zoals EKO, Milieukeur en Groene Koe. De introductie van een keurmerk brengt flinke investeringen met zich mee. Uit verschillende onderzoeken blijkt echter dat die investeringen lonend zijn omdat veel ondernemers en consumenten zich zonder direct te kiezen voor het keurmerk toch duurzamer of .groener. gaan gedragen. Met behulp van dit onderzoek wil het ministerie van LNV hier wat betreft de consumentenkant meer duidelijkheid over krijgen.

Het duurzaamheidsbeleid van LNV is er op gericht om met behulp van keurmerken duurzame alternatieven te onderscheiden van gangbare producten. Deze gelabelde producten spelen een rol in specifieke nichemarkten, waardoor de marktaandelen vaak zeer beperkt zijn vergeleken met gangbare producten. Toch heeft dit duurzaamheidsbeleid een belangrijk neveneffect. Grote bedrijven reageren namelijk op de aandacht voor biologische, Fair Trade of milieukeurproducten door zelf ook duurzaamheidcriteria op te leggen aan hun toeleveranciers of hen hiertoe aan te moedigen, vaak gekoppeld aan al bestaande eisen voor voedselveiligheid. Een voorbeeld hiervan is EurepGap, een initiatief van een dertigtal Europese supermarktenketens waarbij onder meer aan telers van groente en fruit uniforme eisen worden gesteld op het gebied van voedselkwaliteit, voedselveiligheid, milieu en sociale teeltaspecten.

Het onderzoek wordt uitgevoerd door een studente van de Universiteit Utrecht en begeleid door het Landbouw Economisch Instituut (LEI) en Wageningen Universiteit & Researchcentrum (WUR). Het onderzoek start op 1 december 2005, duurt tot juni 2006 en kost circa 25.000 euro.

NOOT voor de redactie (

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit