Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
18 november 2005
MEER MAATWERK BIJ INVULLING SOLLICITATIEPLICHT WW
Het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en de Centra voor
Werk Inkomen (CWI) gaan in 2006 met alle werklozen individuele
schriftelijke afspraken maken over de invulling van de sollicitatieplicht
in de WW. Persoonlijke kansen en mogelijkheden van een werkloze werknemer
om werk te vinden zijn bepalend bij die afspraken. Na drie maanden wordt
beoordeeld of de afgesproken activiteiten zijn nagekomen. Dit is de
zogeheten poortwachtertoets. Als dat niet het geval is dan kan het UWV, op
basis van de informatie van het CWI, besluiten de WW-uitkering geheel of
gedeeltelijk te weigeren. De ministerraad heeft met deze aanpak ingestemd
op voorstel van minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Om
zorgvuldige uitvoering te waarborgen wordt de poortwachtertoets op 1
januari 2007 ingevoerd.
Het kabinet volgt hiermee een voorstel van de Sociaal-Economische Raad
(SER) over de invoering van de poortwachtertoets en over de
sollicitatieplicht uit het advies over de WW van 15 april 2005. Het kabinet
vindt dat werklozen al het mogelijke moeten doen om weer aan de slag te
komen. Voor alle werklozen dient daarom een sollicitatieplicht te gelden,
maar bij de invulling daarvan moet ruimte zijn voor individueel maatwerk.
Het kabinet vindt dat de voorgestelde werkwijze past in de nieuwe manier
van werken van CWI en UWV waarbij 'werk boven uitkering' en maatwerk
centraal staan.
Bij de afspraken wordt onderscheid gemaakt tussen mensen die veel kans
hebben op het vinden van een baan en daar gemotiveerd naar zoeken, en
mensen die daar meer moeite mee hebben. Dit onderscheid wordt bepaald door
de individuele kansen op werk, de sollicitatievaardigheden, de motivatie en
het eigen initiatief. Voor de kansrijke werkloze geldt dat het CWI bij het
maken van de afspraken vooral uitgaat van de eigen verantwoordelijkheid en
het eigen initiatief. Het CWI volgt deze werkloze op afstand. Met de minder
kansrijke werklozen worden scherpe afspraken gemaakt en is er regelmatig
persoonlijk contact. Na drie maanden werkloosheid worden alle werklozen
beoordeeld of ze voldoende activiteiten hebben ondernomen.
Als het door persoonlijke factoren voor een werkloze zeer moeilijk is om
werk te vinden, mag het UWV vanaf 2006 besluiten de sollicitatieplicht een
meer op maat gesneden invulling te geven. Sleutelfiguur in deze opzet is de
reĂŻntegratiecoach. Hij of zij beslist over de invulling van de
sollicitatieplicht en geeft persoonlijke begeleiding aan mensen met een
grote afstand tot de arbeidsmarkt om een goed evenwicht te vinden tussen
sollicitatieactiviteiten en bijvoorbeeld scholing of vrijwilligerswerk.
RVD, 18.11.2005
Ministerie van Algemene Zaken