PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER GEERT BOURGEOIS VLAAMS
MINISTER VAN BESTUURSZAKEN, BUITENLANDS BELEID, MEDIA EN TOERISME 21
NOVEMBER 2005
Bourgeois roept op tot betere spoorverbindingen Vlaanderen-Noord-Frankrijk
Op het Tweede Forum voor Belgisch-Franse interregionale
samenwerking in Kortrijk riep Vlaams minister van
Buitenlands Beleid Geert Bourgeois, bij monde van zijn
kabinetschef, op tot betere spoorverbindingen tussen
Vlaanderen en Noord-Frankrijk.
Doel van het Forum is de bespreking en politieke
aansturing van grensoverschrijdende en interregionale
samenwerking. Het forum biedt een overzicht van de
lopende projecten - gaande van jeugdprojecten tot
beroepsopleidingen - en benadert de interregionale
samenwerking vanuit Europees perspectief.
Minister Bourgeois maakte van de aanwezigheid van alle
bevoegde politieke overheden gebruik om het dossier van
het grensoverschrijdend spoor aan te kaarten. Bourgeois
legde volgende concrete punten op tafel:
de hoge treintarieven voor wie vanuit Vlaanderen naar
Frankrijk reist of andersom. Het oversteken van de grens
betekent voor de reiziger een extra kost die in een
eengemaakt Europa niet meer uit te leggen valt. Zo kost
een treinrit van Brugge naar Moeskroen (afstand: 59
kilometer) 7.50 euro, terwijl men voor een rit van Brugge
naar Rijsel (minder dan 30 kilometer verder) 13.80 euro
(dus bijna het dubbele) moet betalen;
de ronduit slechte kwaliteit van de spoorlijn tussen
Kortrijk en Rijsel en het gebrek aan spoorcapaciteit voor
snelle en frequente treinverbindingen tussen beide
steden;
de afwezigheid van een rechtstreekse verbinding tussen
het HST-station van Rijsel en de toeristische
aantrekkingspool die Brugge is, met alle gevolgen vandien
voor de ontsluiting van Brugge op de belangrijke Franse
en ook Britse toeristische markt.
de heropstart van spoorlijn 73 tussen Adinkerke en
Duinkerke, zowel voor het vervoer van personen als van
goederen.
Minister Bourgeois riep de federale en de Franse overheid
op om deze pijnpunten dringend aan te pakken, samen met
de beide spoorwegmaatschappijen. Aan de NMBS vroeg de
minister Rijsel niet langer te zien als een vervelende
concurrent voor Brussel-Zuid, maar als een volwaardig
knooppunt in het Europese HST-netwerk waar Vlaanderen
aansluiting op moet krijgen. Beide betrokken
spoormaatschappijen werden tot slot opgeroepen om niet
steeds het aantal reizigerskilometers op het eigen
grondgebied te willen maximaliseren, maar wél om
systematisch te opteren voor de oplossing die de reiziger
op de snelste en meest veilige manier van punt a naar
punt b brengt.
De samenwerking met Noord-Frankrijk is één van de grote
speerpunten van het Frankrijkbeleid van de Vlaamse
regering. Bij zijn aantreden als Vlaams minister van
Buitenlands beleid, constateerde Geert Bourgeois echter
dat deze samenwerking in Vlaanderen coördinatie en
strategie mist. Er zijn heel wat initiatieven op
Belgisch, Vlaams, provinciaal, intercommunaal en
gemeentelijk vlak maar die verlopen veelal weinig
gecoördineerd, laat staan dat ze uitgaan van een
strategie.
Minister Bourgeois zorgde dit jaar daarom voor de
aanstelling van een Vlaams coördinator voor de
grensoverschrijdende samenwerking in de persoon van de
gouverneur van de Provincie West-Vlaanderen, Paul Breyne,
voor een periode van vijf jaar. Hij leverde samen met de
administratie Buitenlands Beleid al een aanzet tot een
strategische visie voor de samenwerking met Nord-Pas de
Calais en het metropoolgebied rond Rijsel. De coördinator
treedt ook op als aanspreekpunt en verbindingspersoon
voor alle betrokken Vlaamse diensten, inclusief de
provincie, de intercommunales en de steden en gemeenten.
Hij helpt hen de acties op elkaar af te stemmen vanuit
een omvattend beleidskader. Tot slot verleent de
coördinator ook ondersteuning aan de Vlaamse
parlementsleden van de Frans-Belgische parlementaire
werkgroep.
Ten tweede werd er dit jaar bovendien een ministercomité
voor de grensoverschrijdende samenwerking opgericht om de
Vlaamse strategische visie voor de samenwerking met
Noord-Frankrijk te sturen en te begeleiden. Eind dit jaar
legt Bourgeois een strategie ter goedkeuring voor aan de
Vlaamse Regering.
Belangrijke sectorale dossiers die Vlaanderen van nabij
volgt zijn o.m. de grote grensoverschrijdende
infrastructuurdossiers zoals de Seine-Nord/Seine-
Scheldeverbinding, van cruciaal belang voor onze havens
en economie, en de geplande nieuwe snelwegverbinding
Amiens-Rijsel-België, die mogelijk op ons wegennet zal
aansluiten. Een ambtelijke werkgroep met
vertegenwoordigers van Frankrijk, Vlaanderen, het Waals
Gewest en de federale overheid werd hiervoor opgericht.
Bijzondere aandacht gaat ook uit naar het onderwijs van
het Nederlands in Nord-Pas de Calais. Door het
departement Onderwijs, VVOB, de Nederlandse Taalunie en
de Franse onderwijsautoriteiten werden er gedurende een
tiental jaar inspanningen geleverd om Nederlands als
vreemde taal aan te bieden in het Noord-Franse
basisonderwijs en in het secundair onderwijs. Vanaf 2003
ging de Vlaamse subsidiëring voor het onderwijs
Nederlands volledig over naar de Nederlandse Taalunie.
Ook bilateraal blijft minister Bourgeois via diverse
middelen en kanalen voor het onderwijs van het Nederlands
ijveren. Steeds meer beroepsmiddens, bedrijven en
economische organisaties, zoals de Kamers van Koophandel,
organiseren tegenwoordig lessen Nederlands voor Franse
werknemers. In het kader van de interregionale projecten
Vlaanderen/Nord-Pas de Calais loopt er een project met
VDAB en AFPA als partners, waarbij aan Franse
werkzoekenden een taalopleiding Nederlands en
stagemogelijkheden in Vlaanderen aangeboden wordt. Alle
studies tonen immers aan dat de Vlaamse, en dan vooral de
West-Vlaamse arbeidsmarkt, de komende jaren structureel
nood zal hebben aan werkkrachten van elders.
info : Ben Weyts, woordvoerder van
minister Bourgeois - tel. (02) 552 70 08
e-mail: persdienst.bourgeois@vlaanderen.be
Vlaamse overheid