Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk

Currency connect

Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk
Gewijzigde wet leidt niet tot verlichting administratieve lastendruk

Ondernemers die tijd besteden aan speur- en ontwikkelingswerk kunnen aanspraak maken op een forse bijdrage van de overheid. Deze bijdrage kan oplopen tot 42% van de daarmee gemoeide directe loonkosten. Per 1 januari 2006 is echter de drastisch gewijzigde Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk van kracht. Het blijkt niet alles goud wat er blinkt. 'Ondernemers die verwachten dat de WBSO tot administratieve lastenverlichting leidt komen bedrogen uit.'

Het is niet eenvoudig navigeren in de Nederlandse subsidieregels. Neem de gewijzigde Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk, waarin een groot aantal nieuwe bepalingen zijn opgenomen. Zo wordt de periode waarop een aanvraag betrekking heeft fors ingeperkt. Voorheen konden aanvragen voor het gehele kalenderjaar worden ingediend. Dat wordt teruggeschroefd naar maximaal zes maanden. Daarnaast wordt een aanvraag niet meer in behandeling genomen, indien de aanvrager verwacht minder dan vijfhonderd uur aan speur- en ontwikkelingswerkzaamheden te gaan besteden. Bovendien wordt voortaan gerekend met het gemiddelde, in plaats van het werkelijke, uurloon.

Urenregistratie
De meest bewerkelijke bepalingen zijn echter die met betrekking tot de verantwoording en de afwijking van het aantal verwachte speur- en ontwikkelingsuren. Rudi Grouve, directeur van Currency Connect, een van de grotere onafhankelijke Nederlandse subsidie-adviesbureaus: 'De overheid eist voortaan dat de aanvrager tussentijds meldt wanneer het aantal in de aanvraag gemelde uren niet wordt gehaald. Een afwijking van 10% of meer dient te worden gerapporteerd. Als niet aan deze verplichting wordt voldaan, kan een boete worden opgelegd.'

Er hoeft voor de Belastingdienst geen urenregistratie per medewerker meer te worden bijgehouden. Een positieve ontwikkeling? 'Op het eerste gezicht wel,' stelt Grouve. 'De gewijzigde WBSO vraagt echter wel dat achteraf de gedeclareerde loonkosten aannemelijk moeten kunnen worden gemaakt. Hoe kan de inhoudingsplichtige dit aantonen zonder de tijdbesteding van medewerkers tot in detail vast te leggen?'

Administratieve lastendruk
Doel van de overheid is om de administratieve lastendruk van de WBSO op ondernemers te verminderen, zodat het aantrekkelijker wordt voor het bedrijfsleven om gebruik te maken van de regeling. Rudi Grouve moet het nog zien gebeuren. 'Aanvragers dienen volgens de nieuwe WBSO permanent inzicht te hebben in de actuele stand van zaken. De administratieve systemen moeten daarop worden ingericht. Er zal een eenvoudig toegankelijk en accuraat urenregistratiesysteem moeten worden opgezet. Bovendien moet de administratie maandelijks vaststellen of er sprake is van een afwijking naar beneden van meer dan 10% van het aantal voorspelde gewerkte uren. Dat vraagt een aanzienlijke administratieve inspanning.'

Wanneer achteraf wordt gesteld dat niet aan alle voorwaarden is voldaan, is de kans groot dat de al geïncasseerde stimuleringsmiddelen, verhoogd met een boete, moeten worden terugbetaald. Daarmee wordt het belang van een gedegen schatting vooraf nog groter. Grouve: 'Ondernemers die verwachten dat de WBSO tot administratieve lastenverlichting leidt komen bedrogen uit. Alleen ondernemingen die een administratie voeren die dagelijks inzicht geeft in de actuele stand van zaken, kunnen zonder probleem gebruik maken van de aantrekkelijke mogelijkheden die de regeling biedt.'