Toespraak van de minister van Verkeer en Waterstaat, Karla Peijs, tijdens de
dag van de Rotterdamse haven in Rotterdam.
(Alleen de uitgesproken tekst geldt)
Dames en heren,
Er is geen betere plek om te zijn op de drempel van 2006 als hier in
Rotterdam. Voor zo'n evenement onderbreek ik graag mijn reces.
Gelukkig laat u mij niet in de steek als ik kijk naar de hoge opkomst
vandaag. En dat terwijl iedereen bij familie en vrienden op de één na
laatste dag van het jaar met een schaal oliebollen onder de
uitvallende kerstboom had kunnen zitten. Voor mij was de keuze om hier
vandaag te zijn niet moeilijk. Want dit is de plaats als je het neusje
van de zalm van ondernemend Rotterdam wilt ontmoeten.
Opdracht van de organisatoren was: geen zware kost, luchtig en
grappig. Nou, daar woorden ministers niet echt op aangenomen. Wij
veroorzaken niet helemaal het ene lachsalvo na het andere. Aan het
eind van het jaar denk je dan ook eerder voor dat soort stuff aan Youp
of Freek. Mijn generatie is natuurlijk Wim Kan nog niet vergeten. Maar
toen zat je in de zaal te hopen dat je genoemd werd, anders telde je
niet mee. Sommige zuiderburen - ik noem geen namen - vinden
Nederlandse ministers zelfs stijfjes en truttig. Tot nu toe hebben wij
eigenlijk nog niet gezegd wat wij van hén vinden......Dat ga ik nu ook
niet veranderen. Ik ga Youp ook maar geen concurrentie aandoen, ieder
z'n vak. Misschien morgen maar gewoon de t.v. aanzet voor de echte
eindejaarsconferences. Ik kan van mijn kant slechts beloven dat ik
niet te veel op de inhoud zal gaan zitten. Gelukkig gaat de heer Smits
na mij weliswaar vrolijke maar ook gortdroge statistieken opdreunen.
Daarmee vergeleken lijkt mijn verhaal misschien nog wat.
Dames en heren,
Een eindejaarsbijeenkomst is een mooi moment om terug te blikken op
het oude en vooruit te kijken naar de komende jaren. Ik mag wel zeggen
dat 2005 een intensief jaar was. Maar - als ik voor het kabinet spreek
- ook een jaar waar we in het algemeen tevreden over kunnen zijn. De
economie trekt weer zuinigjes aan, daar rekenen we natuurlijk ook met
Rotterdam. Er gaan weer meer mensen aan het werk, de investeringen van
de bedrijven stijgen. Het is absoluut nog geen dolce vita, maar we
zijn duidelijk op de weg terug.
Als ik voor Verkeer en Waterstaat spreek, kan ik zeggen dat we veel in
gang hebben gezet. Werk in uitvoering en vernieuwing zijn de
kernwoorden. Zomaar een greep uit mijn wensenlijstje voor de komende
jaren:
- We hebben geleerd in dit jaar dat er duidelijk verschil is in
infrastructuur opleveren en treintjes rijden. De infra van Betuweroute
en de HSL komen nu gereed. In 2007 gaan we over beide rijden, eerst
over de Betuweroute. Dat is belangrijk voor deze haven, daarom
investeert het Havenbedrijf ook mee. Goede zaak. In juli 2007 nemen we
de HSL in gebruik, straks zal daar een prachtig station voor
klaarkomen in Rotterdam. Het laatste financiële gaatje hebben we
gezamenlijk gedicht. Samen met Randstadrail zal de HSL ervoor zorgen
dat Rotterdam een OV-knooppunt wordt;
- Het noodzakelijke onderhoud op onze Rijkswegen is te lang achterwege
gebleven. In 2006 en 2007 gaan we daar rigoureus mee aan de slag met
als doel een betrouwbaar en veiliger mobiliteit. Wij rekenen op u als
werkgevers om de problemen die erdoor veroorzaakt worden mee op te
lossen. Ook in uw eigen belang;
- We gaan meer samenwerken met het bedrijfsleven in PPS zoals bij de
A4 Midden Delfland;
- We gaan aan de slag met de voorbereiding van prijsbeleid. Naar wij
hopen samen met het Verenigd Koninkrijk om wat meer gewicht in de
schaal te leggen bij de markt;
- We ontwikkelen een breed pakket aan maatregelen om het aantal
verkeersslachtoffers nog verder terug te dringen. Want met de
spectaculaire daling dit jaar ben ik ontzettend blij. Maar ik wil die
cijfers nog verder omlaag hebben.
- In 2006 vallen alle besluiten over de Noordvleugel, Zuiderzeelijn,
de groei van Almere en de benodigde infrastructuurbundel;
En zo kan ik nog wel even doorgaan. In de tweede helft van mijn
ministerschap hoef ik dus niet stil te zitten. En dat bevalt me wel!
Dames en heren,
Dat ik hier sta op mijn vrije dag heeft behalve dat het gezellig is
ook te maken met het grote belang dat ik hecht aan de Rotterdamse
haven. Hier moet het gebeuren. De mainport Rotterdam is één van de
motoren van de economie. Die hoofdmotor haperde wat de laatste jaren,
maar Rotterdam lijkt behoorlijk immuun voor de ups en downs van de
Europese economie en gaat veeleer op en neer met de mondiale economie.
Die wereldeconomie en de spectaculaire groei van de Chinese economie
zijn de smeerolie die de Rotterdamse machinekamer weer op gang hebben
gebracht. De vooruitzichten voor 2006 zien er goed uit. Hans Smits zal
daar straks ongetwijfeld met enige trots nog meer over vertellen in
zijn presentatie van de eindejaarscijfers.
Het Havenbedrijf Rotterdam heeft vanzelfsprekend dé sleutel in handen
voor een verdere ontwikkeling van die bredere mainport. We staan
namelijk aan de vooravond van de deelneming van de Staat in het
Havenbedrijf; over twee dagen is die een feit.
Het Rijk zal dan niet als aandeelhouder op de stoel van het
havenbedrijf gaan zitten. Ieder zijn eigen rol en
verantwoordelijkheid. Want de verzelfstandiging van twee jaar geleden
was toen en nu een goed besluit. De onderneming wordt zakelijk en
bedrijfsmatig gerund, zo is mijn vaste overtuiging. Ik ga er vanuit
dat de Staatsdeelneming een essentiële bijdrage levert aan een modern
en renderend Havenbedrijf dat aan de vooravond van een grote
uitbreiding staat.
We hebben het in Den Haag zo geregeld dat de minister van Financiën
zich richt op de zakelijke belangen, de centen dus. En dat is de heer
Zalm zeer wel toe te vertrouwen. Dat weten wij, en dat realiseren ze
zich in Brussel ook steeds beter.
Als vakminister richt ik me op de publieke belangen. In mei van dit
jaar heb ik een nota met een hele lange en gewichtige titel naar de
Kamer gestuurd: de "Contourennota Borgingskader Nationale Belangen
Mainport Rotterdam". Die nota is een product van eendrachtige
samenwerking tussen andere ministeries, de gemeente Rotterdam en het
Havenbedrijf. Een goed voorbeeld van hoe mijn ministerie nu en in de
toekomst in de samenleving staat; met open oog en luisterend oor voor
de buitenwereld. Die nota is inmiddels goedgekeurd door de Rotterdamse
gemeenteraad en van advies voorzien door de Raad voor Verkeer en
Waterstaat. Belangrijkste conclusie is dat het goed zit met die
publieke belangen. Met andere woorden, we hebben nu voldoende
mogelijkheden om die nationale belangen veilig te stellen, we hebben
geen verdere wetgeving nodig.
Dames en heren,
Voor u hier in Rotterdam en voor mij was de realisatie van de Tweede
Maasvlakte natuurlijk een ander belangrijk onderwerp. We hebben echt
samen alles op alles gezet om weer belangrijke stappen te maken.
Noodzakelijke stappen, want de haven heeft die ruimte straks hard
nodig om de toekomstige groei van het containervervoer op te vangen.
Enige weken geleden was ik met een grote delegatie in China. Ook daar
bleek weer hoezeer er internationaal behoefte is aan duidelijkheid
over de uitbreiding van de Rotterdamse haven. De focus moet dus
blijven liggen op het versterken van de internationale
concurrentiepositie. En die Tweede Maasvlakte moet daar mede voor gaan
zorgen.
Maar goede prestaties mogen niet resulteren in `gallery play'. Goed,
we hebben in 2005 voortgang geboekt bij het project Mainport
Rotterdam. Maar voor wat betreft de realisering van de Maasvlakte zijn
we er dus zeker nog niet. Het besluit van de Raad van State en de
problematiek rond de luchtkwaliteit bewees en bewijst dat we scherp
moeten blijven. In de loop van 2006, als er meer bekend is over de
consequenties van het PKB hersteltraject, neemt de Kamer een
definitief besluit over het afsprakenpakket. We moeten snel en
tegelijk zorgvuldig te werk gaan. Dat geldt bijvoorbeeld zeker voor
een complex dossier als de luchtkwaliteit. Op dit moment wordt een
luchtkwaliteitonderzoek uitgevoerd voor het totale PMR-project. Alles
dat door van het Havenbedrijf in het werk wordt gesteld om de
luchtkwaliteit te verbeteren, verhoogt de kans op realisatie van de
Maasvlakte. En ik weet dat u deze problematiek uitermate serieus
neemt. Ik ben dan ook optimistisch gestemd over de uitkomsten straks.
Economische ontwikkeling, Europese normen en de leefbaarheid van deze
regio moeten en kunnen door één deur. Duidelijk is dat we gezamenlijk
een topprestatie moeten neerzetten. In ABR - Algemeen Beschaafd
Rotterdams - geen woorden maar daden. En die no nonsense aanpak kunt u
ook van mij verwachten.
Behalve de Staatsdeelneming en de Tweede Maasvlakte is en blijft een
first class bereikbaarheid met het achterland de kurk waar de haven op
drijft. In de woorden van uw Amsterdamse havenvrienden: `een haven
zonder achterland is als een café zonder bier'. Internationaal en
nationaal kan de Rotterdamse haven kortom alleen maar floreren bij een
optimale multimodale `match'. Dan heb ik het dus over onze prachtige
en professionele binnenvaartvloot. En dan heb ik het ook over de
Betuweroute die zonder enige twijfel een belangrijke rol gaat spelen
voor de verdere ontwikkeling van uw haven. We hebben straks in 2007
een dedicated goederenspoorlijn, voorzien van state-of the-art
technologie die door een publiek-privaat consortium geëxploiteerd
wordt. Dat is uniek in Europa, we mogen daar best trots op zijn.
Een ander cruciaal project dat mij aan het hart gaat is de A15. Ik doe
hard mijn best de realisering te bespoedigen. De middelen zijn er
voor; daar zit het probleem niet. Er zijn inmiddels afspraken met de
regio gemaakt welke variant de voorkeur heeft. Nu gaat het er om de
planstudie voortvarend af te ronden. Hierin ligt een gezamenlijke
inspanning, want de problematiek van de luchtkwaliteit speelt ook hier
een zeer prominente rol. Voor de eveneens voor deze regio belangrijke
A13/16 zijn we nog niet zo ver, maar als het aan mij ligt komt deze
ook snel in zicht. Daar moeten we dan nog wel gelden voor vrijmaken in
de periode 2011-2014.
Dames en heren,
Wat is nu de moraal van het verhaal?
We zijn goed bezig! En ik hoop dat de goede samenwerking tussen de
Rotterdamse haven en Den Haag volgend jaar een vruchtbaar vervolg mag
krijgen. Er is een goed werkklimaat en wederzijds vertrouwen. Laten we
zo voortgaan! U kon in 2005 op mij rekenen, in 2006 zal dat niet
anders zijn!
Ik breng graag straks met u een toost uit op de Rotterdamse haven: een
veelzijdige, duurzame, snelle, veilige, schone en slimme haven, en
bovendien de mooiste haven van de wereld! Ik wens u tot slot
persoonlijk een heel gelukkig en gezond 2006. U moet me wel beloven de
komende dagen nog even te ontspannen met familie en vrienden, om er in
2006 extra tegenaan te kunnen. Want 2006 wordt een druk en machtig
interessant jaar. Ik reken op U!
Maar, dames en heren, ik reken ook nog voor iets anders nog op u.
Iedereen kent natuurlijk de EENDRACHT. Deze prachtige schoener biedt
jongeren de gelegenheid om kennis te maken met de zee en het
zeezeilen. Super gemotiveerde vrijwilligers leren jongeren de nobele
kunst van het zeezeilen.
Europese wetgeving vereist nu echter dat het schip aan alle vereisten
voldoet die gelden voor passagiersschepen. Dat betekent een
onvoorziene investering van 500.000 euro. Een brug te ver voor de
Stichting `Zeilend Zeeschip de Eendracht'.
Mijn verzoek aan u is de EENDRACHT met een donatie te helpen voor deze
extra uitgaven. Geeft u royaal. Rotterdam is er immers gebaat bij
jongeren geïnteresseerd te krijgen in de zeevaart en enthousiast te
maken voor de mogelijkheden die deze wereldhaven te bieden heeft.
Kortom, nogmaals, ik reken op U! Ook voor déze goede zaak.
Dank u wel.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat