Gerechtshof Arnhem


Persbericht in de zaak Astrazeneca ea versus Menzis

Het gerechtshof Arnhem heeft vandaag het vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Arnhem bekrachtigd. Dit betekent dat de vorderingen van de farmaceutische producenten (verder: Astrazeneca e.a.) tegen de zorgverzekeraars (verder: Menzis) opnieuw zijn afgewezen. Menzis heeft aan de huisartsen in haar werkgebied een contractmodule aangeboden over het rationeel voorschrijven cholesterolverlagers en maagzuurremmers. Deze module houdt onder meer het volgende in:

- als het voorschrijven van een dergelijk middel medisch noodzakelijk is, wordt het meest doelmatige middel voorgeschreven;
- bij cholesterolverlagers is dat simvastatine en bij maagzuurremmers omeprazol;

- bij minimaal 80% van de patiënten zal op het eerste recept simvastatine-generiek worden voorgeschreven en bij minimaal 95% van de patiënten omeprazol-generiek;

- de huisarts zal meewerken bij het actief omzetten van specialité-middelen naar het meest doelmatige middel bij een deel van de patiënten;

-huisartsen die voormeld resultaat behalen worden daarvoor financieel beloond.

Astrazeneca e.a. verkopen innovatieve merkgeneesmiddelen, zogenaamde specialitéâs. Zij voelen zich door de module van Menzis benadeeld in de afzet van deze producten. Zij hebben, kort gezegd, aan de voorzieningenrechter gevraagd aan Menzis te verbieden door te gaan met het aanbieden van de module. Deze voorziening is afgewezen.

De gronden van de beslissing
Astrazeneca e.a. beroepen zich allereerst op het Reclamebesluit geneesmiddelen en de Wet tarieven gezondheidszorg. Het hof verwerpt dit beroep. Beide regelingen beschermen vooral de vrijheid van de arts om aan de hand van zijn professionele normen geneesmiddelen voor te schrijven. Deze bescherming komt niet toe aan fabrikanten van geneesmiddelen. Zorgverzekeraars zijn geen concurrenten van producenten, zodat eventuele overtreding van deze regels ook niet ter beteugeling van oneerlijke concurrentie reden geeft tot ordemaatregelen. Astrazeneca e.a. beroepen zich ten slotte in het bijzonder op schending van de norm dat artsen in hun voorschrijfbeleid niet mogen worden beïnvloed door financiële stimulansen. Deze norm strekt echter ter bescherming van de professionele verantwoordelijkheid van de arts en ter bescherming van het individuele patiëntenbelang. Deze norm beschermt niet het belang van de producenten bij behoud of vergroting van de afzet van hun producten. Menzis streeft naar een normale werking van de markt waar, bij onderlinge vergelijkbaarheid van geneesmiddelen, wordt gekozen voor het goedkoopste middel. Als Astrazeneca e.a. daardoor marktaandeel verliezen, is dat niet het doelbewust toebrengen van schade door Menzis. Ook al is de eis van een resultaat van 80% en 95% wellicht een te ver gaande stimulans, vooralsnog is er geen reden voor een ordemaatregel, omdat de module de artsen wel de nodige vrijheid laat.

LJ Nummer

AU8962

Bron: Gerechtshof Arnhem Datum actualiteit: 4 januari 2006 Naar boven