Ministerie Tewerkstelling en Arbeid Belgie
Roken op het werk
Voorstelling
Met ingang van 1 januari 2006 hebben alle werknemers het recht om over
rookvrije lucht te beschikken in alle ruimten waar zij tewerkgesteld
zijn of toegang toe hebben in het kader van hun werk.
Dit recht wordt gewaarborgd door de werkgever, die het roken dient te
verbieden in de werkruimten en de sociale voorzieningen.
Deze bepalingen zijn vervat in het koninklijk besluit van 19 januari
2005 betreffende de bescherming van de werknemers tegen tabaksrook.
De regelgeving inzake de bescherming van de werknemers tegen
tabaksrook geldt voor alle werknemers en werkgevers die vallen onder
het toepassingsgebied van de welzijnswet.
Het rookverbod is volledig, zelfs voor de werknemers die over een
individuele werkruimte beschikken.
Indien het Comité voor preventie en bescherming op het werk een
voorafgaand advies heeft uitgebracht over de mogelijkheid om een
rookkamer in te richten, kan de werkgever afwijken van het rookverbod
en de rokers toelaten gebruik te maken van een rooklokaal. De
mogelijkheid om een rooklokaal te voorzien is echter geen recht van de
rokers dat staat tegenover het recht van de niet-rokers.
Documentatie
* In de module Regelgeving vindt u een verklarende nota en de
regelgevende tekst.
Bijkomende inlichtingen
* Bij de regionale directie van het Toezicht op het Welzijn op het
Werk die bevoegd is voor de werkgever.
index