Gemeente Leeuwarden

logo vvd leeuwarden logo vvd leeuwarden

VVD: Schaf toeristenbelasting af

Bron: VVD Leeuwarden (05-01-2006)
Schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders, zoals bedoeld in artikel 41, eerste lid, van het Reglement van Orde voor de vergadering van de raad der gemeente Leeuwarden. 4 januari 2006

Geacht college,

Recron, de brancheorganisatie van recreatieondernemers, strijdt sinds medio 2005 actief voor het afschaffen van de toeristenbelasting. Recron krijgt bij haar strijd steun van organisaties als MKB Nederland, de ANWB, Koninklijke Horeca Nederland, VNO-NCW, etc.. In 315 van 472 Nederlandse gemeenten wordt toeristenbelasting geheven. De hoogte varieert van EUR 0,32 in het Gelderse Neerijen tot EUR 3,80 in Leiden per persoon per nacht.

De VVD Leeuwarden is voorstander van het afschaffen van de toeristenbelasting. Toeristenbelasting moet worden betaald door iemand die overnacht in Leeuwarden, maar niet in het bevolkingsregister is ingeschreven. Het betreft hier bijvoorbeeld campings, hotels en jachthavens. De opbrengst van deze belasting is beperkt, terwijl de administratieve lasten en inningskosten hoog zijn (volgens een KPMG-onderzoek wel zo'n 30% van de opbrengst).

In Leeuwarden is de opbrengst van de "gewone" toeristenbelasting EUR 56.000,-- bruto per jaar (met name hotelovernachtingen). De opbrengst van de watertoeristenbelasting (deze wordt gelijktijdig geheven met de liggelden) is daarnaast nog eens EUR 12.000,-- bruto per jaar. De totale perceptiekosten van de gemeente voor beide zijn op dit moment totaal ongeveer EUR 12.500,--, dat is dus exclusief de kosten die het bedrijfsleven moet maken. Het in Leeuwarden gehanteerde tarief voor de toeristenbelasting is EUR 0,55 per persoon per nacht.

De ondernemer int de belasting en betaalt de belasting vervolgens aan de gemeente. Alleen het verblijfstoerisme wordt dus belast, al het andere toerisme niet. Andere bedrijven die direct of indirect profijt hebben van toeristen en recreanten blijven volledig buiten schot. Daarnaast worden zakenreizigers als toerist beschouwd, terwijl die geen toeristisch of recreatief doel hebben.

Het afschaffen van de toeristenbelasting zou prima passen in het streven om de administratieve lasten voor het bedrijfsleven te verminderen. Iets waar de VVD Leeuwarden een groot voorstander van is. Landelijk gezien kunnen door het afschaffen van de toeristenbelasting de administratieve lasten voor het bedrijfsleven met EUR 22,5 miljoen worden verminderd. Het heffen van de toeristenbelasting sluit overigens ook niet echt aan bij het streven het toerisme in Leeuwarden te bevorderen als economische sector.

Rotterdam, Deventer en Amersfoort hebben vanwege vergelijkbare redenen het afgelopen jaar de toeristenbelasting afgeschaft. Voor het afschaffen van de toeristenbelasting is natuurlijk geld nodig, anders ontstaat er een gat in de begroting. Om het financiële gat te dichten worden soms creatieve oplossingen gezocht, zoals bijvoorbeeld in de gemeente Amersfoort. Daar wordt de toeristenbelasting afgeschaft en in ruil daarvoor zorgen hoteliers voor minimaal tien werkplekken in de horeca voor bijstandsontvangers die later doorstromen naar een reguliere baan. Hierdoor schiet de gemeente aldaar er volgens het college niet bij in (o.a. door minder kosten voor reïntegratiebureaus, begeleiding, scholing en eventueel verlaging van de uitkeringskosten).

De vraag die de VVD Leeuwarden aan het college heeft is vrij simpel. Is het college bereid gesprekken aan te gaan met de betrokken branche(s)/bedrijven in Leeuwarden om te onderzoeken of de toeristenbelasting kan worden afgeschaft in combinatie met een "tegenprestatie", zodat het voor de gemeente ongeveer budgettair neutraal kan? Dat kan met een soortgelijke optie of een andere creatieve oplossing. En over het resultaat te rapporteren aan de commissie Bestuur & Middelen voor 1 maart 2006?

Eigenlijk snijdt het mes dan aan twee kanten. Er wordt niet alleen een belasting met hoge administratieve lasten afgeschaft, maar het draagt ook nog bij aan het beleid op het gebied van werkloosheidsbestrijding. Bijkomend voordeel is dat er in de horeca relatief veel laaggeschoold werk is.

Indien het college niet bereid is om dergelijke gesprekken aan te gaan, zouden we graag een duidelijke motivering willen hebben, waarom het college dat niet wil.

Wij hopen en verwachten dat u de vorenstaande, simpele vraag op korte termijn kunt beantwoorden.

Met vriendelijke groet,
Namens de VVD-fractie,

Aukje de Vries