D66

Op 1 november 2005 sprak de Kamer ter voorbereiding op de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (7 november 2005) met minister Bot (Buitenlandse Zaken) en staatssecretaris Nicolai (Europese Zaken). Lousewies van der Laan vroeg de betrokken bewindslieden, namens D66, bij deze top onder andere in te zetten op een scherpe veroordeling van Rusland's steun voor de laatste dictatuur van Europa: Wit-Rusland. Bovendien herhaalde zij het standpunt van D66 dat Nederland in het kamp van de hervormingsgezinde landen moet zitten als het gaat om de landbouwhervorming. [klik hier hier om direct naar haar bijdrage te gaan]

Vragen en opmerkingen uit de commissies

De heer Van Baalen (VVD) constateert dat Nederland ten aanzien van de financiële perspectieven in absolute zin een verbetering nastreeft ten opzichte van 2006. Betekent het feit dat de afdracht in 2006 hoger zal uitvallen dat de Nederlandse ambities naar beneden zijn bijgesteld? Acht de regering het mogelijk dat het verwachte voorstel van de heer Blair beter zal zijn dan het Luxemburgse voorstel? Zit er rek in of gebeurt er niets?

De minister-president is gelukkig bij de voorbereiding van de informele Europese top heel duidelijk geweest in zijn afwijzing van de uitspraak die de Iraanse president deed over het van de kaart vegen van Israël. Het is ook goed dat Iran inmiddels is veroordeeld in de VN-Veiligheidsraad, maar wat nu? De VVD-fractie is voorstander van gepaste maatregelen. Opschaling moet mogelijk zijn. Er dient niet met de zwaarste maatregel begonnen te worden. De heer Van Baalen pleit voor politieke sancties, liefst in samenwerking met de EU en de VS. Moet er niet overwogen worden om de ambassadeurs van de EU-lidstaten uit Teheran terug te trekken? Of moet de Iraanse president tot persona non grata verklaard worden, zodat hij in feite niet meer kan reizen? Economische sancties zijn ook een optie. De geplande handelsmisse vanuit Nederland naar Iran mag in ieder geval niet doorgaan en het verwachte bezoek van een Iraanse delegatie in Nederland in verband met watervraagstukken evenmin. De regering mag niet deelnemen aan dit soort contacten. Er moeten met de VS en Rusland afspraken worden gemaakt over economische sancties. Is dit onderwerp van gesprek met de Russische president Poetin? Welke concrete maatregelen wil Nederland internationaal bepleiten tegen Iran, bij voorkeur te beginnen met de EU?

De heer Van Dijk (CDA) ziet wat de financiële perspectieven betreft met verbazing in de staat van de Unie staan dat er in 2005/2006 een nettobijdrage aan de EU van EUR250 tot EUR300 per hoofd van de bevolking betaald zou moeten worden. Graag hoort hij daarop een toelichting in vergelijking met eerdere cijfers. De brief van de heer Blair is mooi, maar heeft inhoudelijk nauwelijks iets om het lijf. Zal het nog lukken om voor het einde van het jaar tot een afronding van de financiële perspectieven te komen? Wat voor korting moet Nederland volgens de regering in de komende jaren krijgen op de nettobijdrage aan de EU?

Vorige week is een voortgangsrapportage over Roemenië en Bulgarije ontvangen. Wat moet er gedaan worden om de ontwikkelingen in Roemenië en Bulgarije te versnellen? Bulgarije heeft in de afgelopen zomer forse vertraging opgelopen door de kabinetsformatie. In Roemenië is wel wat vooruitgang te zien, maar nog onvoldoende. Hoe denkt de minister via de EU ervoor te kunnen zorgen dat het sneller gaat?

De heer Ormel (CDA) vraagt de minister om op Europees niveau te pleiten voor preventieve vaccinatie tegen de vogelgriep, in combinatie met een onbelemmerd handelsverkeer van producten van gevaccineerde dieren.

De uitspraken van de Iraanse president over Israël zijn uitermate zorgwekkend. De minister wordt opgeroepen om in de EU te pleiten voor maatregelen. Te denken valt aan het vermijden van enig contact met de Iraanse president. In de VN moet de geplande reis van de secretaris-generaal worden uitgesteld. Wil de minister overwegen, artikel 5 van het VN-Charter in werking te laten treden, zodat de Iraanse privileges die verbonden zijn aan het VN-lidmaatschap opgeschort worden zolang de Iraanse president een andere staat van de kaart wil vegen?

Hoe zal in Kosovo uiteindelijk een voorwaardelijke onafhankelijkheid gestalte krijgen?

Ten aanzien van Syrië ondersteunt de heer Ormel de unaniem aangenomen resolutie. Dat daarin geen sancties zijn opgenomen, doet wel de vraag rijzen hoe het nu verder moet.

De CDA-fractie is blij dat Nederland Colombia heeft geagendeerd, maar maakt zich zorgen over de verloop van de ontwapening van de paramilitairen aldaar. Er schijnt vooruitgang te zijn geboekt, maar zijn de gezette stappen voldoende effectief? Wat zijn de resultaten van de demobilisatie?

Mevrouw Karimi (GroenLinks) waarschuwt voor stappen die tot een escalatie van de situatie in Iran kunnen leiden. Dat is precies wat de zittende regering wil: dan kan zij de inspecteurs de deur wijzen en rustig doorwerken aan de bom. Het is goed dat de Veiligheidsraad in actie is gekomen. Nu moet de wereldgemeenschap gaan werken aan een deëscalatie. Er moet een dialoog komen met gematigde krachten, er moet voor gezorgd worden dat de hardliners het minder voor het zeggen hebben en er moet inspectie en verificatie zijn. De secretaris-generaal van de VS moet er juist wel heen gaan, zij het met een duidelijke boodschap. Nog beter zou het zijn als de secretaris-generaal van de VN, de VS, de EU en Rusland een gezamenlijke lijn trokken. Op dit moment schijnen allerlei bilaterale overlegjes plaats te vinden tussen het Verenigd Koninkrijk en Iran en tussen de VS en Iran. Dat is geen goede zaak. Het overleg moet zo transparant mogelijk zijn. Het mag in de dialoog ook niet alleen gaan over het nucleaire programma. De mensenrechten en de rol van Iran in de regio moeten eveneens aan de orde komen.

Het rapport van de heer Wolfenson over het vredesproces in het Midden-Oosten is niet hoopgevend. Kennelijk werkt de Israëlische regering nauwelijks aan de voorwaarden die nodig zijn om de leefomstandigheden in Gaza en de Palestijnse gebieden echt te verbeteren. Hoe beoordeelt de minister de actuele situatie in het Midden-Oosten?

De heer Koenders (PvdA) gaat ervan uit dat er in een volgende vergadering nog wordt teruggekomen op de uitkomst van Hampton Court en de financiële perspectieven van Nederland in de EU. Het is erg belangrijk dat er in december een akkoord komt. Is er nu inderdaad een zekere ruimte gecreëerd die dat mogelijk maakt?

De heer Koenders sluit zich aan bij de opmerkingen die de heer Ormel heeft gemaakt over de vogelgriep.

In de motie-Van der Laan/Koenders (29800-V, nr. 39) is de regering verzocht, de verdere samenwerking met Rusland te koppelen aan voortgang op het terrein van de mensenrechten en democratisering. Nederland is voor eenderde van de totale consumptie afhankelijk van aardolie uit Rusland en voor de helft van Russisch gas, maar dat mag niet leiden tot een omfloerste reactie van Nederland bij de bespreking van deze urgente zaken. Hoe is het gesprek met de Russische minister van Buitenlandse Zaken verlopen? Is Wit-Rusland ook aan de orde geweest? Wordt er met betrekking tot Wit-Rusland gesproken over een eventuele bevriezing van de tegoeden van de president en zijn omgeving? Is het TACIS-programma in staat om de oppositie aldaar te verbreden?

Over Iran is al veel gezegd. Het goede aan deze zaak is dat de president met zijn antisemitische taal door de hele wereld in de hoek is gezet. Wat nu verder moet gebeuren, is een politiek oordeel van de eerste orde. Iran is in zekere zin machtiger geworden als gevolg van Afghanistan en Irak. Terecht heeft de regering Iran opgeroepen, aan alle verplichtingen te voldoen, de nucleaire activiteiten op te schorten en terug te keren naar de onderhandelingstafel. Wat is precies de bedoeling van een handelsmissie zoals de geplande?

Met betrekking tot Kosovo is de heer Koenders het eens met de "standards and status"-benadering van de heer Eide, maar wat bedoelt de regering met de betrokkenheid van stabilisatie- en associatieakkoorden? Cruciaal is de relatie met Servië en Montenegro. Veel hangt af van de crisis in die twee landen en van de manier waarop Europa daarmee omgaat. De heer Koenders is ter ore gekomen dat het op het tweede plan plaatsen van de arrestatie van Karadzic en Mladic een wat positievere benadering van Servië zou kunnen bevorderen, wat dan weer de relatie met Kosovo zou kunnen verbeteren. Is dat zo? Met deze benadering zou de heer Koenders het niet eens zijn.

Met de benadering van Syrië is hij het eens. Het is goed dat de VN-Veiligheidsraad niet voortijdig met sancties is begonnen, maar de Syriërs tot op het hoogste niveau ertoe aanzet, met oplossingen te komen.

Het Midden-Oostenvredesproces loopt weer helemaal mis en Europa toont wederom onvoldoende engagement. Er zou veel meer naar de heer Wolfenson moeten worden geluisterd. De Gazastrook mag geen open gevangenis blijven. Er moeten verbindingen komen met Egypte en de Westoever. Wordt daar bilateraal en op Europees niveau op aangedrongen bij Israël?

Op de VN-top 2005 moet gezorgd worden voor een politieke bewaking van het monitoringsysteem van de Millennium Development Goals. Hoe gebeurt dat precies?

Het mandaat van de Europese Commissie voor de
wereldhandelsbesprekingen komt bij de RAZEB weer aan de orde. De heer Koenders is nog steeds voorstander van een Nederlandse positie die verdergaat dan de huidige. Landen als Frankrijk mogen geen ruimte krijgen om Europese belangen op het spel te zetten, laat staan ontwikkelingsbelangen.

*Mevrouw Van der Laan (D66) is van mening dat Wit-Rusland van de huidige dictaturen de prioritaire aandacht van de Europese Unie verdient. De rol van de heer Loekasjenko is hopelijk aan de orde gesteld in het gesprek met de heer Poetin. De situatie is buitengewoon ernstig. Zal Nederland zich er hard voor maken dat de Raad daar een strenge uitspraak over doet?

Wat Iran betreft, lijkt ook mevrouw Van der Laan de vuist niet niets die er mondiaal is gemaakt in reactie op de uitspraken van de Iraanse president. De lijn die de regering heeft ingezet, lijkt haar goed. Het is een heel gevoelig diplomatiek spel dat zich voor een groot gedeelte achter de schermen afspeelt. Mevrouw Van der Laan heeft alle vertrouwen in de Nederlandse diplomaten bij de VN en de EU. Met handelsreizen moet voorzichtig worden omgegaan. Zij worden gauw als gebaar van diplomatieke goedkeuring gezien.

Ten aanzien van het vredesproces in het Midden-Oosten en ten aanzien van Kosovo sluit mevrouw Van der Laan zich aan bij wat de heer Koenders heeft gezegd en bij de vragen die hij daarover heeft gesteld.

Wat er in WTO-verband staat te gebeuren, schijnt nu regelmatig terug te komen in de RAZEB. Het is erg belangrijk dat Nederland zich in het hervormingsgezinde kamp bevindt. De Fransen trappen consequent op de rem en proberen het onderhandelingsmandaat van de Commissie in te perken. Dat is onaanvaardbaar. Mevrouw van der Laan wenst op de hoogte te worden gehouden van de lijn die de Nederlandse regering kiest.

Zij heeft vier punten gemist op de agenda van de huidige vergadering, namelijk Ivoorkust, Zanzibar, Guantanamo Bay en Zambia. Wat zal ten aanzien van Ivoorkust de Europese inzet zijn, nu de VN-resolutie is afgewezen? Wat wordt er gedaan om te zorgen voor een structurele ontwapening en nieuwe verkiezingen? In Zanzibar is de situatie eveneens dramatisch slecht. Wat gaat de Europese Unie doen om ervoor te zorgen dat de afwikkeling van de verkiezingen in goede banen wordt geleid? Het is onacceptabel dat de VN alleen maar toegang krijgen tot Guantanamo Bay, als er niet met de gevangenen wordt gepraat. Welke stappen gaat de EU ondernemen? In Zambia heerst een hongersnood en het World Food Programme vraagt al zeven maanden om voedsel. Ziet de EU kans om daar op in te gaan, voordat de humanitaire crisis nog erger wordt?

Naar mening van de D66-fractie is een verbetering van de nettobetalerspositie van Nederland alleen mogelijk als er iets gebeurt aan de landbouwuitgaven. De hoop was gevestigd op het Britse voorzitterschap, maar vooralsnog komt er weinig uit. Wanneer neemt Nederland een initiatief, al dan niet met gelijkgezinde landen, om daarmee voort te maken?

Het antwoord van de bewindslieden

De minister acht de situatie in Iran om meerdere redenen zorgwekkend. Naast de uitspraken van de president zijn dit de positie die Iran inneemt ten aanzien van het Midden-Oosten, de mensenrechten, de terrorisme-situatie en het nucleaire dossier. De regering deelt de verontwaardiging die uit de inbreng van de Kamer spreekt en heeft dat duidelijk uitgesproken, zowel bij monde van de minister-president als bij monde van de minister van Buitenlandse Zaken. De Iraanse ambassadeur is ontboden en hem is in niet mis te verstane termen duidelijk gemaakt dat dit soort uitspraken verwerpelijk is. Die reactie is in Hampton Court in EU-verband herhaald. De minister zal de stevige boodschap die de Kamer hem meegeeft, uitdragen in de RAZEB.

De vraag hoe het nu verder moet, heeft de minister uitvoerig besproken met zijn Russische collega Lavrov. Lavrov zei de verontwaardiging te delen, maar de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Mottaki en anderen laten al genuanceerde interpretaties horen van hetgeen de president gezegd heeft. Dat duidt op spanningen binnen het regime, zelfs tussen de felle religieus orthodoxe groeperingen en de meer verlichte groeperingen. Dat moet in het oog worden gehouden. Lavrov deelt de indruk dat bepaalde krachten in Iran proberen het Westen uit de tent te lokken. Eind november komt er een nieuw IAEA-rapport dat in december aan de orde zal komen in de Veiligheidsraad. Dan moet er geconcludeerd worden of Iran bereid is om samen te werken. De deur moet hoe dan ook open blijven voor inspecties van de IAEA, maar tegelijkertijd moet krachtig de boodschap worden uitgedragen dat dit gedrag onacceptabel is. Rusland heeft Iran aangeboden om voor de verrijking van uranium te zorgen. Rusland zou dan al het afgewerkte materiaal terugkrijgen en de IAEA zou toegang houden tot alle installaties, inclusief de militaire. Iran heeft ultracentrifuges, maar volgens Rusland is Iran niet in staat de eerste stap tot verrijking te zetten.

De minister heeft aarzelingen bij alle maatregelen die een open dialoog onmogelijk maken. Een ambassadeur terugroepen, acht hij geen geschikte maatregel. Wel zouden de EU-landen kunnen besluiten om bepaalde missies te bevriezen. Economische sancties zouden niet veel indruk maken, omdat het Westen praktisch altijd de vragende partij is. Iran genereert per dag $ 300 à 400 mln. inkomsten door de verkoop van olieproducten.

De Iraanse regering is niet te goeder trouw. Daarom zijn er inspectieregimes nodig en daarom moet de internationale gemeenschap in staat zijn om controle te kunnen uitoefenen. Er moet alles aan gedaan worden, de IAEA in staat te stellen de huidige inspecties voort te zetten en uit te breiden tot militaire installaties.

De minister zal de optie ter sprake brengen om de privileges op te schorten die Iran in verband met het VN-lidmaatschap geniet, maar hij acht de kans gering dat voor die koers wordt gekozen. Het streven is immers om nog voor kerstmis te komen tot een akkoord over hoe verder te gaan in die hele kwestie. Ook de wens naar opschorting van geplande handelsmissies zal hij meenemen, maar hij vermoedt dat daarvoor precies hetzelfde geldt.

In Bulgarije moeten nog serieuze tekortkomingen worden weggewerkt op het gebied van de intellectuele eigendomsrechten, de landbouw en JBZ, dus grensbewaking, politiesamenwerking en de strijd tegen de georganiseerde misdaad. In Roemenië gaat het met name om de aanbestedingen, om de landbouw en ook weer om JBZ, met corruptie als serieus aandachtspunt. De Commissie stuurt beide landen een waarschuwingsbrief en organiseert onderzoeksmissies. De resultaten worden met de twee landen besproken. Ook bieden de Commissie en de lidstaten doelgerichte ondersteuning. In 2006 is daarvoor 1,16 mld. beschikbaar voor Roemenië en 454 mln. voor Bulgarije. Uiteindelijk moeten zij het echter zelf doen. Nederland vertegenwoordigt beide landen in een aantal internationale financiële instituties en volgt de situatie daar dus extra kritisch. De criteria dienen scherp te worden toegepast. Niemand is gebaat bij het binnenhalen van lidstaten die schromelijk falen op terreinen als JBZ, corruptie en landbouw.

Ten aanzien van de vogelgriep is ook de minister van mening dat vaccinatie goed zou zijn. Hij zal het standpunt van de Kamer overbrengen.

Het rapport van ambassadeur Eide over Kosovo ligt er. De standards zijn nog niet geheel vervuld, maar toch is er besloten om alvast naar de status te kijken. Parameters zijn daarbij: geen onafhankelijkheid, wel grote autonomie, geen aansluiting bij een buurland, geen opsplitsing van het gebied en geen wijziging van de grenzen. De minister verwacht een voorlopige mandaatsoplossing, maar de heer Athisari is nu aan zet. De situatie in de regio is delicaat en buitengewone voorzichtigheid is geboden.

Syrië wordt in de VN-resolutie opgeroepen, volledig mee te werken en alle vragen te beantwoorden. De Russische minister van Buitenlandse Zaken Lavrov bleek te geloven dat Syrië daaraan zal meewerken. Minister Bot twijfelt daar toch aan. In hoeverre het land aan de condities voldoet, zal binnenkort moeten blijken.

Bij zijn bezoek aan Colombia is de minister onder de indruk geraakt van de inzet van de president voor de ontwapening van de paramilitaire eenheden. Tien- tot elfduizend mensen hadden de wapens neergelegd en een dergelijk aantal werd voor de volgende maanden nogmaals verwacht. Daarmee zouden de paramilitaire groeperingen ontmanteld zijn. In samenwerking met de VS worden de drugsbendes aangepakt en wordt er compensatie geboden aan cocaboeren die weer iets anders gaan aanbouwen. Na 20, 30 jaar oorlog tussen de regering en de FARC, de paramilitairen en de drugsbendes ligt nu een wetsvoorstel Justicia y Paz bij het Hooggerechtshof ter toetsing. Er loopt ook een programma voor de nazorg van voormalige slachtoffers van ontvoering of gevangenschap. De minister heeft gesproken met vertegenwoordigers van die slachtoffergroeperingen en heeft sterk de indruk dat het vredesproces staat of valt met president Uribe, die voor het eerst in de geschiedenis risico's neemt die zijn voorgangers niet durfden te nemen.

Het Midden-Oostenvredesproces is vastgelopen. In gesprek met mevrouw Rice heeft de minister te kennen gegeven, graag een actievere rol van de VS te zien. Ten aanzien van Gaza is nu wel een stap gezet, maar de situatie is slechter dan voorheen. De grens moet in zoverre open dat er normale handel kan plaatsvinden en er moet gewerkt worden aan vliegveld en haven, zodat er producten verhandeld kunnen worden. Ook de grens met Egypte moet normaal open. Er moet in het kwartet worden nagedacht over de "final status outline". De nu voorliggende road map zegt immers niets over waar je uiteindelijk moet uitkomen. De minister zal dit inbrengen en nagaan of Europa het kan stimuleren. Wat de rol van de Palestijnen in het conflict betreft, deelt de minister de analyse van de heer Wolfenson. Zij moeten als partij eveneens worden aangesproken, want ook zij hebben de situatie ter plaatse niet onder controle.

Rusland is helemaal niet de beste vriend van Belarus. Er wordt vanuit Rusland ook heel kritisch gekeken naar wat er gebeurt. De EU probeert op alle mogelijke manieren maatregelen te nemen tegen het regime van Loekasjenko. De versterking van het maatschappelijke middenveld wordt erg belangrijk geacht. In dat kader is ook de TACIS-steun voor Belarus van EUR8 mln. te zien, waarvan EUR2 mln. voor democratie en mensenrechten. De EU is voornemens om een missie te starten in Minsk, niet omdat men het eens zou zijn met het regime, maar juist om grotere druk te kunnen uitoefenen, om geschikte projecten te kunnen identificeren en om contact te houden met het maatschappelijke middenveld. Er wordt steun gegeven aan de media en aan maatschappelijke organisaties, teneinde met het oog op de verkiezingen van 2006 zoveel mogelijk democratie te introduceren in het land.

De implementatie van de Mensenrechtenraad is naar de inschatting van de minister het moeilijkste onderwerp van de VN-top. Met de Peace-Building Commission gaat het wel de goede kant op, maar dat is een gemakkelijkere zaak. De implementatie van de Millennium Development Goals kan worden voortgezet, evenals de ECOSOC-hervormingen en die van het secretariaat.

De kritiek van het kabinet op Rusland omvat verschillende punten zoals de recentelijk genomen maatregelen ten aanzien van bevoegdheden van gouverneurs, benoemingen, het terugdringen van het democratisch proces, de situatie in Tsjetsjenië en de behandeling van gevangenen. De mensenrechten zullen uiteraard aan de orde worden gesteld in het gesprek dat de minister-president een dag na dit overleg met president Poetin zal hebben. Dat zal met name gebeuren in de bredere context van de vier ruimtes.

De staatssecretaris geeft ten aanzien van de financiële perspectieven aan dat 2006, dus wat men nog betaalt voordat de nieuwe meerjarenbegroting ingaat, het ijkpunt is van de Nederlandse regering bij het bepalen hoeveel men er in absolute en in relatieve zin op vooruit wil gaan. Gewezen is op een grote toename van de nettobijdrage in deze jaren. Pas kort geleden is bekend geworden hoeveel dat per hoofd van de bevolking dit jaar zal betekenen. Voor volgend jaar is het nog niet duidelijk. Volgens een schatting zal het gaan om EUR250 à EUR300 per hoofd van de bevolking. Dat is een stuk meer dan de EUR180 van 2003. Het is veel, maar dat is wel begrijpelijk, omdat daarin vooral de kosten voor de uitbreiding verdisconteerd worden. De staatssecretaris schat in dat de nieuwe bijdrage in de buurt van de EUR250 à EUR300 zal komen. Nadat de Commissie had ingezet op een veel te hoog voorstel, moet nu het Britse voorzitterschap met nieuwe voorstellen komen. De positie van Nederland is in ieder geval heel duidelijk gemaakt.

Hampton Court heeft volgens de staatssecretaris wel gezorgd voor een verbetering, al garandeert dat nog niet dat men er in december uit zal komen. Duidelijk is dat het beleid gemoderniseerd moet worden. Een opening biedt voorts de mogelijkheid van een review-clause, waarmee de bakens al binnen de zevenjarige begrotingsperiode verzet kunnen worden. Als dergelijke tussentijdse evaluaties op goede voorwaarden gebeuren, is de staatssecretaris er voorstander van. In Hampton Court is bovendien gebleken dat de Commissie zelf bereid is om op haar eigen voorstel terug te komen.

Gevoelige punten blijven de cofinanciering en de algemene bredere landbouwdiscussie. De Nederlandse inzet hierin blijft onveranderd. Meer verschuiven naar het plattelandsbeleid en naar cofinanciering is op zichzelf gunstig, maar het moet nationaal en Europees niet tot hogere uitgaven in de landbouw leiden.

Een verdere conclusie van Hampton Court was dat het voorzitterschap met een nieuw voorstel zou komen en dat het uitgangspunt daarbij een eerlijke behandeling van de lidstaten met vergelijkbaar welvaartsniveau zou zijn. Dat lijkt de staatssecretaris een goede basis om op voort te gaan. Zijn inschatting is dat veel lidstaten er in december hard aan zullen trekken om tot een goede oplossing te komen.

Wat de WTO betreft, staat Nederland volgens de staatssecretaris aan de goede kant. In de laatste ingelaste RAZEB is overeengekomen, de voortgang regelmatig terug te koppelen in de RAZEB, zonder daarin een motie van wantrouwen te zien aan het adres van de Commissie. De Commissie zal in de RAZEB verslag komen doen over de onderhandelingen die met de externe partners -- de VS, India, Brazilië en Australië -- zijn gevoerd. Daar moet aandacht aan besteed worden en daar moeten de concessies vandaan komen. Volgens hem doet de Commissie het heel goed in dit onderhandelingsproces, onder andere door de gebaren die zij maakt, te koppelen aan deadlines waarbinnen de tegenpartij een bepaalde tegenprestatie moet leveren.

De voorzitter resumeert dat de minister en de staatssecretaris tijdens het algemeen overleg de volgende toezeggingen hebben gedaan:

- de Kamer ontvangt een overzicht van de voortgang wat betreft de follow-up van de VN-Millenniumtop;

- de Kamer ontvangt vóór het plenaire debat over de Staat van de Unie een overzicht van de financiële positie van Nederland in relatie tot de begroting van de EU;

- de vragen over de situatie in Ivoorkust en Zanzibar en over de hongersnood in Zambia worden schriftelijk beantwoord;

- de minister zal bij de Europese partners de opschorting van handelsmissies naar Iran bepleiten en met minister Brinkhorst van Economische Zaken de opschorting van bilaterale handelsmissies naar Iran bespreken. Tevens zal de minister bij de Europese partners de mogelijkheid opbrengen om de rechten van Iran als VN-lid op te schorten. De Kamer wordt over de uitkomst geïnformeerd.

10-1-2006 13:30