Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Szabó over positie van kinderen in ontwikkelingslanden. Deze vragen werden ingezonden op 16 december 2005 met kenmerk 2050605070.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven
Antwoord van mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van het lid Szabó (VVD) over de positie van kinderen in ontwikkelingslanden.

Vraag 1
Bent u bekend met het op 14 december 2005 gepubliceerde Unicef rapport 'State of the World's Children 2006'?

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Kunt u aangeven welke bijdrage de Nederlandse ontwikkelingsorganisaties leveren bij de verbetering van de positie van kinderen in de Derde Wereld. Kunt u tevens aangeven waar het Nederlandse ontwikkelingsbeleid op dit onderwerp tot op heden heeft gefaald, alsook wat de redenen hiervoor zijn?

Antwoord
De Nederlandse ontwikkelingsorganisaties besteden vooral binnen de thema's onderwijs, seksuele en reproductieve gezondheid en rechten en HIV/aids aandacht aan de positie van kinderen in ontwikkelingslanden. Ook is er aandacht voor hen in het beleid ten aanzien van vrede en veiligheid. Met name Plan International, de medefinancieringsorganisatie die een duidelijk kindgericht mandaat heeft, en Novib, die een rechtenbenadering heeft, vervullen hier een uitgesproken rol. Plan Nederland investeert substantieel in toegang tot en de kwaliteit van het onderwijs. In 2004 spendeerde Plan Nederland 33% (E9,2 mln.) van haar MFO-fondsen aan onderwijs met specifieke aandacht op meisjes binnen het onderwijs. Fondsen worden besteed aan het verbeteren van onderwijsvoorzieningen, het creëren van een veilige leeromgeving, het trainen van leraren, het verbeteren van kindvriendelijke lesmethoden en curriculum ontwikkeling. Specifieke aandacht gaat uit naar actieve betrokkenheid van kinderen in de klas. Binnen deze onderwijsprogramma's ondersteunt Plan Nederland op het vlak van maatschappijopbouw onder meer in het opzetten en trainen van Parent Teacher Associations en schoolcomités. In 2004 werden ongeveer 1500 schoolcomités getraind (waarmee zo'n 16000 gemeenschapsleden bereikt werden). De ervaringen en kennis die Plan op het gemeenschapsniveau heeft opgedaan worden ingebracht in overheidsbeleid op regionaal en nationaal niveau.

Voor Novib is het recht op onderwijs een prioriteit. Speciale aandacht besteedt Novib aan onderwijs voor meisjes en voor de meest gemarginaliseerde kinderen. Novib ondersteunde in 2004 242 partnerorganisaties die zich bezighielden met verbeteringen op het gebied van onderwijs. In 2004 werd E 11 miljoen overgemaakt op onderwijs (ruim 9% van de begroting) en naar verwachting zal dat in 2005 rond de E 12 miljoen uitkomen. In 2004 kwam het geld direct ten goede aan 3,2 miljoen vrouwen, mannen en kinderen (64 % meisjes en vrouwen) in met name Afrika en Azië. Novib besteedt uitgebreid aandacht aan de impact van HIV/AIDS op het leven van kinderen en ondersteunt onderwijsorganisaties in het bieden van HIV/AIDS preventie en begeleiding op scholen. Novib werkt in vele landen in een (post)conflictsituatie om veilig en kwalitatief onderwijs voor kinderen te garanderen (o.a. in de Democratische Republiek Congo, Somalië, Sudan, Afghanistan en de Palestijnse Gebieden).

Ook zijn verschillende Nederlandse afdelingen van internationale kinderorganisaties bijzonder actief op gebied van kinderen in ontwikkelingslanden. Goede voorbeelden hiervan zijn UNICEF Nederland en Save the Children.

Binnen het samenwerkingsverband van Stop Aids Now! werken Nederlandse medefinancierings-organisaties samen met organisaties in het zuiden die werken op gebied van HIV/aids en kinderen.

Ik ben niet van mening dat het Nederlands ontwikkelingsbeleid op dit onderwerp heeft gefaald. Wel is duidelijk dat een grotere inspanning van de hele internationale gemeenschap nodig is om de millenniumdoelstellingen te bereiken in 2015.

Vraag 3
Welke resultaten heeft het maatschappelijk middenveld in de Derde Wereld geboekt op de door Unicef benoemde gebieden als registratie van kinderen bij de geboorte en de ouderlijke zorg? Vindt u deze resultaten voldoende?

Antwoord
Registratie van kinderen is een belangrijke voorwaarde voor ontwikkeling. Zonder registratie bestaat een kind immers formeel niet en kan dus ook geen rechten op bijvoorbeeld onderwijs of gezondheidszorg doen gelden. UNICEF heeft in een publicatie 'The 'Rights'start to life', de geboorteregistratie in 60 landen in kaart gebracht ter bevordering van gerichte interventies. UNICEF is zelf uiteraard erg actief op dit terrein, maar ook Nederlandse maatschappelijke organisaties financieren programma's voor de registratie van kinderen bij geboorte. Met name Plan Nederland is erg actief op dit thema. Deze organisatie ondersteunt in 13 landen programma's gericht op geboorteregistratie. In Azië zijn als gevolg hiervan in 2004 ongeveer 1.7 miljoen kinderen en volwassenen geregistreerd (Bangladesh, Cambodja, Filippijnen, Nepal, Pakistan en Sri Lanka). Ook zijn geboorteregistratiesystemen verbeterd en vereenvoudigd of is daartoe een eerste aanzet gegeven.

In de opzet en uitvoering van de programma's werkt Plan stelselmatig samen met Unicef, ministeries en/of lokale maatschappelijke organisaties.

In Afrika zijn eind 2004 programma's opgezet in Burkina Faso, Guinee Bissau, Kameroen, Sierra Leone, Senegal en Uganda. Ook is in 2004 een regionaal programma in West Afrika in samenwerking met Unicef opgezet. De eerste resultaten laten zien dat reeds zo'n 350.000 registraties hebben plaatsgevonden in 2005.

Naar mijn mening zijn dit indrukwekkende resultaten, al is er vanzelfsprekend nog een lange weg te gaan voordat alle kinderen, waar zij ook ter wereld komen, bij hun geboorte worden geregistreerd.

Vraag 4
Kunt u op basis van de onderzoeksgegevens aangeven in welk jaar de aan de positie van het kind gerelateerde millenniumdoelen worden gehaald? Kunt u, indien deze op basis van de onderzoeksresultaten pas na 2015 gehaald worden, per millenniumdoel aangeven welke additionele activiteiten dienen te worden ontplooid om alsnog aan de oorspronkelijke deadline van 2015 te voldoen?

Antwoord
Vanzelfsprekend zijn alle millenniumdoelstellingen van groot belang voor kinderen. Enkele doelstellingen zijn echter direct gerelateerd aan de positie van het kind, met name MDG 2 (toegang tot en doorlopen van onderwijs) en MDG 4 (terugdringen kindersterfte).

De Millenniumtop in September 2005 toonde aan dat in verschillende regio's goede voortgang is bereikt en dat vele landen goede kans maken in 2015 in ieder geval een deel van de MDGs te bereiken. Met name landen in Afrika blijven echter achter. De HIV/aids crisis speelt hierbij een belangrijke rol. Deze algemene trend geldt ook voor de millenniumdoelstellingen die specifiek gerelateerd zijn aan kinderen.

Alleen met de inzet van extra financiële steun, zowel van de overheden als van de internationale donorgemeenschap, zal de tweede millenniumdoelstelling kunnen worden behaald. Nederland neemt hier een voortrekkersrol in. De toezeggingen tijdens de laatste G8 Top zijn een stap in de goede richting. Maar er is meer financiële steun nodig, bij voorkeur via het Fast Track Initiative. Naast deze financiële inspanningen zal de toegang tot het onderwijs alleen behaald kunnen worden door versterking van de lokale capaciteit en door de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren en door het afschaffen van schoolgeld voor primair onderwijs. Zonder extra inspanning zal de vierde millenniumdoelstelling, het terugdringen van kindersterfte, pas in 2045 worden behaald. Met relatief eenvoudige interventies kunnen goede resultaten worden bereikt; zo is een kwart van de kindersterfte te voorkomen met behulp van bestaande vaccins. Indien vaccinatieprogramma's worden aangevuld met andere interventies, zoals voorlichting, distributie van vitamine A en bednetten, kunnen nog grotere effecten worden bereikt. Deze interventies zijn echter alleen duurzaam als ook aanzienlijk meer middelen beschikbaar worden gesteld voor de gezondheidssector. Veel landen hebben tussen 10 en 15 dollar per persoon per jaar beschikbaar voor de gezondheidssector, terwijl een bedrag van 35 dollar minimaal nodig is voor de meest elementaire zorg.


-----------------------
www.unicef.org


---- --