Antwoorden op kamervragen van Omtzigt en Smilde over twee besluiten van
Zorgverzekeraars Nederland
Kamerstuk, 16-1-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-K-U-2652022
16 januari 2005
Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Omtzigt en Smilde (beiden
CDA) over twee besluiten van Zorgverzekeraars Nederland (2050606410).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het besluit van Zorgverzekeraars Nederland
dat verzekeraars verzekerden die op 2 februari overstappen naar een
andere verzekeraar pas uiterlijk 31 maart hun premie terugbetalen?
Antwoord 1
Ik heb de berichtgeving daarover in de Telegraaf gelezen. Die is
overigens niet in overeenstemming met de feiten. Ik ga daar verder in
de antwoorden nog op in.
Vraag 2
Hoe verhoudt zich dit tot uw toezegging dat premiebetaling binnen 10
dagen plaatsvindt?
Antwoord 2
Ik heb de Kamer tijdens het AO van 14 december geïnformeerd over de
mededeling van Zorgverzekeraars Nederland dat zij de in de eerste twee
maanden gemaakte kosten met elkaar zullen verrekenen en dat de oude
verzekeraar bij overstap naar een nieuwe verzekering de betaalde
premie vanaf 1 januari zal terugstorten naar de verzekerde. Ik heb
daarbij letterlijk gezegd dat ZN ernaar streeft dat binnen tien
werkdagen de premie zal worden gerestitueerd. In de recente
besluitvorming daarover binnen ZN is daarover geen ander standpunt
ingenomen. Er is nog steeds een inspanningsverplichting van de
zorgverzekeraars om binnen 10 werkdagen over te gaan tot terugbetaling
van de premie. De recente berichtgeving van ZN strekt ertoe aan te
geven dat mogelijk niet alle zorgverzekeraars deze prestatie kunnen
leveren vanwege de grote aantallen mutaties die plaatsvinden. Deze
verzekeraars geven in ieder geval de garantie dat verzekerden die in
januari opzeggen uiterlijk op 28 februari de al betaalde premies
teruggestort krijgen. Verzekerden die in februari opzeggen krijgen hun
premies op zijn laatst terug op 31 maart.
Vraag 3
Als de verzekeraars twee maanden mogen wachten met betaling, mag een
verzekerde dan ook ongestraft twee maanden premie-achterstand hebben?
Antwoord 3
Uit gegevens van verzekeraars blijkt dat een aantal mensen de betaling
van de ziektekostenpremie voor de maand januari nog niet heeft
verricht. Ook stellen verzekeraars vast dat veel mensen die een
machtiging voor automatische incasso hebben afgegeven deze in de maand
januari ongedaan hebben gemaakt. Dat zijn, naar verzekeraars
verwachten, mensen die nog geen definitieve keuze voor de verzekeraar
hebben gemaakt.
Hoewel deze mensen wel vanaf 1 januari 2006 voor het aanbod dat zij
van hun verzekeraar hebben ontvangen verzekerd zijn, ontvangen
verzekeraars van hen nog geen premie. Pas na 28 februari zullen ook
deze verzekerden gemaand worden hun premies te betalen. Overigens is
het prematuur te veronderstellen dat verzekerden twee maanden moeten
wachten op de terugstorting van hun premie. In de meeste gevallen zal
de verzekeraar toch streven naar terugbetaling binnen 10 werkdagen.
Hoewel niet alle verzekeraars dat kunnen garanderen betekent dat niet
impliciet dat de verzekeraar pas op de genoemde uiterste data tot
terugbetaling zal overgaan.
Vraag 4
Bent u op de hoogte van het feit dat de verzekeraars van plan zijn
kosten in rekening te brengen bij het overstappen naar een andere
aanvullende verzekering? Wat is uw mening daarover?
Antwoord 4
Verzekeraars hebben ook voor de aanvullende verzekering afgesproken
dat deze met terugwerkende kracht kunnen worden opgezegd en dus ook
met terugwerkende kracht tot 1 januari 2006 ingaan. Dat verzekeraars
ook deze verzekering met terugwerkende kracht willen beëindigen is
gemakkelijk voor de verzekerde. Ook hier vindt premierestitutie
plaats. De oude verzekeraar zal in dat geval eventueel al ingediende
en betaalde declaraties in mindering brengen op de premierestitutie en
voor het meerdere boven de premie de verzekerde die kosten in rekening
brengen. De verzekeraar zendt dan wel de nota's van de zorgverlener
aan de verzekerde zodat de verzekerde de kosten bij de nieuwe
verzekeraar alsnog kan declareren. Dit blijkt een efficiënte route,
ook omdat de oude verzekeraar niet weet wie de nieuwe verzekeraar is
en omdat het pakket voor de aanvullende verzekering tussen
verzekeraars kan verschillen. Ik vind dat verzekeraar hiermee een
duidelijke stap richting de verzekerden hebben gezet om de overgang te
vergemakkelijken.
Verzekeraars brengen hiervoor de verzekerden geen kosten in rekening.
Vraag 5
Deelt u de mening dat de verzekeraars met deze twee besluiten de keuze
tot overstappen belemmeren?
Antwoord 5
Neen; De afspraken die verzekeraars over de overgang en de
premierestitutie hebben gemaakt geven aan dat zij zich bewust zijn van
de mogelijke financiële consequenties voor verzekerden en dat zij zich
inspannen om de processen ordelijk te laten verlopen en de eventuele
termijn van dubbele premies zo kort mogelijk te houden. Bij alle
verzekeraars op eenzelfde wijze. Met deze afspraken is een adequate en
cliëntvriendelijke regeling getroffen voor verrekening van premies en
gedeclareerde kosten, niet alleen voor de zorgverzekering maar ook
voor de aanvullende verzekering.
Vraag 6
Deelt u de mening dat als verzekeraars onderlinge uitstaande en
betaalde rekeningen verrekenen, zij dit ook met reeds betaalde premie
kunnen doen?
Antwoord 6
In principe is ook onderlinge verrekening van premie mogelijk.
Overigens heeft ZN aangegeven dat dit technisch ingewikkelder is. Ook
het feit dat lang niet alle verzekerden die van verzekeraar veranderen
kosten maken in de eerste twee maanden van 2006 speelt hierbij een
belangrijke rol. De aantallen personen voor wie kosten verrekend
moeten worden is daardoor aanzienlijk veel kleiner dan het aantal
verzekerden dat door verandering van verzekeraar voor
premieterugstorting in aanmerking komt.
Vraag 7
Welke stappen gaat u zetten om alsnog terugbetaling binnen 10 dagen,
dan wel verrekening van betaalde premie, af te dwingen?
Antwoord 7
Geen. De verzekeraars bevinden zich in een enorme administratieve
operatie. Het zou zeer contraproductief zijn als ik dit proces ga
belasten met onuitvoerbare eisen.
Vraag 8
Kunt u deze vragen voor 17 januari 2006 beantwoorden?
Antwoord 8
Aan dat verzoek heb ik bij deze voldaan.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport