Gerichte screening naar chlamydia kosteneffectiever dan universele screening
Selectieve screening naar Chlamydia kan de kosteneffectiviteit
verhogen en minder personen met een onnodige test confronteren. In
hoogstedelijke gebieden komt Chlamydia vaker voor dan in landelijke
gebieden. Dit blijkt uit het proefschrift Chlamydia trachomatis
screening: wie en hoe? , waarop Hannelore Götz donderdag 19 januari
2006 promoveert aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het onderzoek
is gecoördineerd door Soa Aids Nederland in vier GGD-regioâs.
Chlamydia is de meest voorkomende soa (sexueel overdraagbare
aandoening) in Nederland. Bij een chlamydiainfectie heeft 50% van de
geïnfecteerde mannen en 70% van de vrouwen geen klachten van de
infectie. Bij vrouwen kunnen complicaties optreden zoals
eileiderontsteking, buitenbaarmoederlijke zwangerschap, en zelfs
onvruchtbaarheid. In haar proefschrift beschrijft Götz de resultaten
van studies naar de epidemiologie van chlamydia, factoren die een
chlamydiainfectie kunnen voorspellen, acceptatie van screening en de
mogelijkheden van screening gekoppeld aan voorlichtingactiviteiten.
In een door Soa Aids Nederland gecoördineerde studie in 4 GGD regioâs
in Nederland, waaronder de GGD Rotterdam e.o., werden 21.000 mannen en
vrouwen van 15 tot 29 jaar per post door de GGD uitgenodigd om deel te
nemen. Deelnemers met een chlamydiainfectie werden behandeld bij de
huisarts of een SOA poli. 41% van de uitgenodigden deed mee. Chlamydia
bleek zelden voor te komen in landelijke gebieden (0.6%) vergeleken
met hoog stedelijke gebieden (3.2%). Deze resultaten laten zien dat
gerichte screening een betere optie is dan universele screening in het
hele land.
Gerichte screening kan de kosteneffectiviteit van screening verhogen
en minder personen met een onnodige test confronteren. Götz c.s.
ontwikkelden
een voorspelregel (score) gebaseerd op gevonden risicofactoren voor
chlamydiainfectie, zoals wonen in hoogstedelijke gebieden, jonge
leeftijd, etniciteit, lage of middelbare opleiding, meerdere
sekspartners ooit en een nieuwe sekspartner in de laatste twee
maanden. Door het hanteren van een score is het theoretisch mogelijk
om slechts 62% van de jongeren van 15-29 jaar te moeten screenen om
93% van de gevallen op te sporen. De voorspelregel kan individuen
ondersteunen in hun beslissing om zich te laten screenen en is een
belovend instrument voor selectieve screening op bevolkingsniveau.
Het uitnodigen van mensen per post om deel te nemen aan screening werd
goed geaccepteerd en mensen met een verhoogd risico voor chlamydia
waren bereid om zich regelmatig te laten testen. Mannen deden minder
vaak mee dan vrouwen, en personen van niet Nederlandse origine minder
vaak dan Nederlanders. Daarom is onderzocht of het aanbieden van urine
testen tijdens SOA voorlichtingsactiviteiten door de GGD Rotterdam
e.o. de testbereidheid verhoogt. De bereidheid tot testen was hoog bij
groepsvoorlichtingen (80%) en op scholen (73%). Onder de bereikte
jongeren werd bij 15% een chlamydiainfectie gevonden. Het is te
verwachten dat bij grootschalige chlamydiascreening een aanbod op
scholen effectief zou zijn op bevolkingsniveau.
Promotor: prof.dr. J.D.F. Habbema, Medische besliskunde
Noot voor de pers:
Promotie: donderdag 19 januari 2006, 11.30 uur
Plaats: Woudestein, senaatszaal
Info: David Drexhage, pers- en wetenschapsvoorlichter Erasmus MC,
(010) 463 5525 of
e-mail: d.drexhage@erasmusmc.nl
Peter van Rhijn, voorlichter GGD Rotterdam e.o., tel. (010) 010 433
9695
gewijzigd op 12 jan 2006 13:30
Erasmus Universiteit Rotterdam