Gemeente Coevorden

College wil onder voorwaarden grond verkopen voor EVI op Europark

Het college van B&W van de gemeente Coevorden wil onder voorwaarden grond verkopen aan Westo voor één afvalverbrandingsinstallatie op het Nederlandse deel van het Europark. Nu de Duitse overheid een vergunning heeft verstrekt voor de oprichting van een afvalverbrandingsinstallatie op het Duitse deel van het Europark is er voor de gemeente Coevorden duidelijkheid over de juridische gevolgen.

In een brief aan het college schrijft Westo dat zij de oorspronkelijke grensoverschrijdende installatie met drie verbrandingslijnen noodgedwongen heeft teruggebracht tot een installatie met twee verbrandingslijnen op eigen Duitse grond. Nadeel van deze puur Duitse variant is voor Westo dat deze locatie niet voldoende ruimte biedt om het EVI-project te kunnen uitvoeren. Nadeel van deze Duitse variant voor de gemeente Coevorden is dat de Nederlandse overheid geen mogelijkheden heeft voor monitoring en handhaving van de Duitse installatie.

Westo stelt in zijn brief aan het college een voorkeur te hebben voor één verbrandingslijn op Duitse kant en één verbrandingslijn op Nederlandse kant van het Europark. Om de verbrandingslijn op Nederlandse zijde te kunnen realiseren, heeft Westo dan ook een verzoek ingediend bij het college van B&W om bijna 10.000 vierkante meter grond op het meest westelijke deel van het Europark te mogen aankopen. Het college legt nu aan de gemeenteraad haar intentie voor om onder voorwaarden haar medewerking te verlenen aan deze grondverkoop.

Waarborgen

Volgens het college biedt één verbrandingslijn aan Duitse zijde en één verbrandingslijn aan Nederlandse zijde van het Europark de meest optimale mogelijkheden voor monitoring en handhaving. Bovendien betekent een Duitse en een Nederlandse verbrandingslijn dat naast de Duitse ook de strengere Nederlandse milieuregels van toepassing zullen zijn. Dit levert een duidelijk milieuvoordeel op ten opzichte van twee verbrandingslijnen op het Duitse BBE-terrein. Daarnaast zijn er de voordelen dat de Nederlandse verbrandingslijn verder van de woonwijken ligt, er minder vrachtverkeer over de weg en er meer aanvoer over het water en het spoor plaatsvindt. De directe bestuurlijke Nederlandse invloed op vergunningverlening en handhaving van de vergunningen is eveneens een voordeel. "Voor ons heeft altijd voorop gestaan dat het verlenen van medewerking aan de totstandkoming van een afvalverbrandingsinstallatie op Nederlands en Duits gebied met de grootst mogelijke waarborgen dient te zijn omgeven", aldus burgemeester Bert Bouwmeester.

Voorwaarden

Aan de voorgestelde grondverkoop verbindt het college echter de uitdrukkelijke voorwaarde dat Westo afziet van de bouw van meer dan één afvalverbrandinginstallatie aan beide zijden van de grens. Het college stelt dan ook dat Westo afziet van de bouw van de twee verbrandingslijnen op het terrein van de BBE. Verder stelt het college als voorwaarden voor de verkoop van de grond, dat: · IAMS Europe bv afziet van haar eerste recht van koop van de bijna 10.000 vierkante meter grond; · Westo een milieuvergunning verkrijgt voor de Nederlandse afvalverbrandingsinstallatie op deze grond; · Waterschap Velt en Vecht instemt met opheffing van de waterberging die aanwezig is in dit gebied.

Bovendien wil het college dan ook dat Westo de toezeggingen over de biomonitoring en de instelling van EVI-klankbordgroep vastlegt in een overeenkomst. "Met de instelling van de klankbordgroep kunnen vertegenwoordigers van diverse belangengroeperingen invloed uitoefenen op het functioneren van de installatie", aldus verantwoordelijk wethouder Henk Bouwers.