De Nederlandse Bank


Ten geleide van het ECB Maandbericht januari 2006
Nieuwsbericht


In zijn op 12 januari 2006 gehouden vergadering heeft de Raad van Bestuur van de ECB op basis van zijn reguliere economische en monetaire analyse besloten de basisrentetarieven van de ECB onveranderd te laten, na de verhoging met 25 basispunten op 1 december 2005. De informatie die sinds die datum beschikbaar is gekomen geeft steun aan de beoordeling dat een aanpassing van de zeer accommoderende monetaire-beleidskoers gewettigd was. Het blijft van essentieel belang de middellange- tot lange-termijninflatieverwachtingen in het eurogebied stevig verankerd te houden op een niveau dat in overeenstemming is met prijsstabiliteit. Een dergelijke verankering van de inflatieverwachtingen is een eerste voorwaarde voor het monetaire beleid om een voortdurende bijdrage te kunnen leveren aan ondersteuning van de economische groei en de werkgelegenheidscreatie in het eurogebied. Het handhaven van de prijsstabiliteit op de middellange termijn is het leidende beginsel voor de ECB, en de Raad van Bestuur zal dit consequent toepassen bij het bestuderen van nieuwe informatie, het maken van beoordelingen en het nemen van beslissingen. Nu de rentetarieven over het gehele looptijdenspectrum, zowel in nominale als reële termen, historisch laag zijn en de monetaire-beleidskoers accommoderend blijft, zal de Raad van Bestuur zeer nauwlettend alle ontwikkelingen ten aanzien van de risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange termijn blijven volgen.

Om te beginnen met de aan de beoordeling van de Raad van Bestuur ten grondslag liggende economische analyse, bevestigt de beschikbare informatie dat, zoals verwacht, de reële bbp-groei in de tweede helft van 2005 is verbeterd. Volgens de eerste raming van Eurostat groeide in het derde kwartaal van 2005 het reële bbp met 0,6% kwartaal-op-kwartaal, vergeleken met 0,4% in het tweede kwartaal. De uitsplitsing van de bbp-gegevens voor het derde kwartaal van 2005 bevestigde een sterkere bijdrage van de binnenlandse vraag. Bovendien schragen recente economische indicatoren en enquêtegegevens de visie dat de expansie van de economische bedrijvigheid haar kracht grotendeels heeft behouden in het vierde kwartaal van 2005 en dit zal blijven doen in de eerste maanden van 2006, niettegenstaande de invloed van de hoge olieprijs.

Iets verder vooruitblikkend, blijven de condities bestaan voor duurzame groei van de economische bedrijvigheid, overeenkomstig de door medewerkers van het Eurosysteem samengestelde projecties en andere beschikbare voorspellingen. Aan de externe zijde zou de aanhoudende sterkte van de mondiale vraag de uitvoer van het eurogebied moeten ondersteunen. Aan de binnenlandse zijde zouden de investeringen verder moeten profiteren van de aanhoudend zeer gunstige financieringscondities, robuuste ondernemingswinsten en verbeteringen van de efficiëntie van bedrijven. De groei van de consumptie zou geleidelijk moeten stijgen, globaal in overeenstemming met de verwachte ontwikkelingen in het besteedbaar inkomen.

De risico's voor deze vooruitzichten voor de economische groei blijven van neerwaartse aard en houden verband met de hoge en volatiele olieprijs, bezorgdheid omtrent mondiale onevenwichtigheden en het niveau van het consumentenvertrouwen in het eurogebied, hoewel dit laatste aan het verbeteren is.

Wat betreft de prijsontwikkeling, bedroeg volgens de voorlopige (flash) raming van Eurostat de HICP-inflatie op jaarbasis in december 2,2%, vergeleken met 2,3% in november en 2,5% in oktober. Deze daling was het resultaat van enige vermindering van eerdere spanningen in de olie- en benzinemarkten. Desalniettemin zal naar verwachting de HICP-inflatie op jaarbasis op de korte termijn op een hoger niveau blijven liggen, voornamelijk ten gevolge van de meest recente stijgingen van de olieprijs en enkele negatieve basiseffecten. Op een iets langere termijn zouden de indirecte effecten van in het verleden plaatsgevonden hebbende olieprijsstijgingen geleidelijk tot uitdrukking kunnen komen in andere componenten van de prijsindex, en reeds aangekondigde veranderingen in door de overheid gereguleerde prijzen en indirecte belastingen kunnen, zo is de verwachting, een opwaartse invloed hebben. Intussen zijn de loonstijgingen gedurende de recente kwartalen gematigd gebleven. Al met al blijft de beschikbare informatie in overeenstemming met het scenario voor de prijsontwikkeling zoals weerspiegeld in de door medewerkers van het Eurosysteem samengestelde projecties van december 2005.

De risico's voor dit scenario blijven opwaarts en omvatten verdere stijgingen van de olieprijs, extra stijgingen van door de overheid gereguleerde prijzen en indirecte belastingen en - belangrijker - potentiële tweede-ronde-effecten in de loon- en prijsvorming. Het is daarom van cruciaal belang dat de sociale partners hun verantwoordelijkheid blijven nemen, ook in de context van een gunstiger economisch klimaat.

Wat betreft de monetaire analyse, heeft de groei van M3 op jaarbasis zich in november enigszins gematigd, maar bleef zeer robuust, voornamelijk dankzij de stimulerende invloed van het huidige lage rentepeil. De sterke groei van M3 blijft worden voortgestuwd door aanzienlijke bijdragen van de meest liquide componenten ervan. De groei van de leningen aan de particuliere sector - en dan met name de hypothecaire leningen - is gedurende de afgelopen maanden verder versterkt, volgend op reeds krachtige groeicijfers. Tegen deze achtergrond dient de prijsdynamiek in de huizenmarkten nauwlettend te worden gevolgd. De liquiditeit in het eurogebied blijft naar alle geloofwaardige maatstaven gemeten ruim. Sterke monetaire en kredietgroei in een context van reeds ruime liquiditeit in het eurogebied duidt op opwaartse risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange tot langere termijn.

Dit alles samenvattend: de economische analyse geeft aan dat de indirecte effecten van de recente olieprijsstijgingen en reeds aangekondigde veranderingen in door de overheid gereguleerde prijzen en indirecte belastingen zullen leiden tot enige opwaartse invloed op de HICP-inflatie. De economische analyse geeft tevens aan dat de risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange termijn van opwaartse aard blijven. Deze beoordeling wordt bevestigd door toetsing van de economische analyse aan de monetaire analyse. Het is van essentieel belang dat zulke risico's niet van invloed zijn op de middellange-termijninflatieverwachtingen, die stevig verankerd dienen te blijven op een niveau dat in overeenstemming is met prijsstabiliteit. Het monetaire beleid kan zo op effectieve wijze bijdragen aan duurzame economische groei en werkgelegenheidscreatie. Dienovereenkomstig zal de Raad van Bestuur alle ontwikkelingen ten aanzien van risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange termijn zeer nauwgezet blijven volgen.

Wat het begrotingsbeleid betreft, hebben de meeste landen van het eurogebied hun geactualiseerde stabiliteitsprogramma's gepresenteerd, met daarin hun begrotingsplannen voor de middellange termijn. De komende beoordeling van deze programma's door de Ecofin-Raad en hun daaropvolgende tenuitvoerlegging bieden een gelegenheid om op krachtige wijze de committering aan gezond begrotingsbeleid en de rigoureuze implementatie van het Stabiliteits- en Groeipact te onderstrepen, hetgeen een belangrijke positive invloed zou hebben op het vertrouwen. Deze invloed kan aanzienlijk zijn als deze is gebaseerd op goedomlijnde en geloofwaardige consolidatiemaatregelen, beheerste uitgavenverplichtingen, en het opnemen van begrotingsmaatregelen in een veelomvattende en groei-vriendelijke hervormingsagenda.

Wat betreft structurele hervormingen, verwelkomt de Raad van Bestuur de Conclusies van de Ecofin-Raad van 6 december 2005 ten aanzien van de Nationale Hervormingsprogramma's voor Lissabon en de voorgenomen aanpak ten aanzien van de uitdagingen van de globalisering. Het proces van internationale economische en financiële integratie, dat wordt gekenmerkt door een krachtige groei van de handels- en kapitaalstromen, is een van de stuwende factoren geweest achter de stijging van de welvaart in Europa gedurende de afgelopen tientallen jaren. De verdergaande transformatie van de wereldeconomie, ten gevolge van technologische vooruitgang en de intrede van nieuwe economieën in de wereldeconomie, biedt wederom grote mogelijkheden in termen van een hogere levensstandaard. Om deze kansen ook werkelijk te benutten zou Europa zeer veel profijt hebben van flexibelere arbeids- en productmarkten om zo de noodzakelijke omslag van krimpende naar groeiende activiteiten te versnellen en aanpassingskosten tot een minimum te beperken. Europa zou eveneens aanzienlijk profiteren van een stimulerender ondernemingsklimaat dat bevorderend werkt op het vermogen tot innovatie, de investeringen en het opzetten van nieuwe bedrijven. Bovendien biedt een volledig werkende interne markt binnen de EU, waaronder die voor diensten, grote mogelijkheden. De initiatieven die zijn genomen om de Lissabon-strategie te herstarten zijn een welkome stap in de goede richting.

De Engelstalige versie van dit Maandbericht bevat twee artikelen. In het eerste artikel wordt aandacht besteed aan de belangrijkste conceptuele kwesties die verband houden met de voorspelbaarheid van het monetaire beleid van de ECB en wordt besproken hoe een transparante monetaire-beleidsstrategie en constante communicatie de ECB in staat hebben gesteld een hoge mate van algehele voorspelbaarheid te bereiken. In het tweede artikel wordt een beschrijving gegeven van de voornaamste kenmerken van de hedge fund-sector, waarbij de nadruk ligt op de Europese dimensie, en wordt een overzicht gegeven van de recente ontwikkelingen in die sector en de huidige beleidsdiscussie over regulering.

©DNB