IP/06/52
Brussel, 19 januari 2006
Visserijscorebord: de lidstaten moeten meer doen om overbevissing te
voorkomen
De Commissie heeft vandaag voor de derde maal het scorebord van het
gemeenschappelijk visserijbeleid gepubliceerd. Voor het eerst bevat
dit scorebord ook gegevens over de nieuwe lidstaten. Net als het
vorige scorebord laat het zien dat nog verdere vooruitgang moet worden
geboekt bij het samenstellen en tijdig aan de Commissie verstrekken
van gegevens. Er was wel enige verbetering, vooral wat de gegevens
over het vlootbeheer en over de uitvoering van de door het
visserijfonds gesubsidieerde programma's betreft. Op het punt van een
tijdige verslaglegging blijft de situatie echter op verscheidene
gebieden in belangrijke mate onbevredigend. Een van die gebieden is de
benutting van de vangstquota, terwijl de gegevens daarover van
cruciaal belang zijn voor een doeltreffend visserijbeheer. Het is dan
ook niet verbazend dat meer dan tweederde van de inbreukprocedures die
momenteel tegen lidstaten lopen, betrekking heeft op gevallen van
overbevissing. Onlangs heeft het Hof van Justitie reeds België,
Denemarken, Spanje, Ierland, Portugal, Finland en Zweden veroordeeld
wegens overschrijding van hun quota. Bovendien is op 12 juli 2005 een
baanbrekend arrest gewezen tegen Frankrijk. Dit land had een eerdere
uitspraak van het Hof uit 1991 nog steeds niet uitgevoerd. Het Hof
heeft daarvoor een boete van 20 miljoen euro opgelegd en voor elke
verdere periode van zes maanden waarin de uitspraak nog steeds niet is
nageleefd, moet een extra boete van 57 miljoen euro worden betaald.
Visserijcommissaris Joe Borg merkte in dit verband het volgende op:
"Als visserijmaatregelen niet worden gehandhaafd, druist dat in tegen
het belang van de vissers omdat het leidt tot overbevissing,
uitgeputte visbestanden, kleinere vangsten en dalende inkomens. Om
over de hele lijn tot een betere naleving van de regels te komen
moeten de lidstaten dringend samenwerken met de belanghebbenden in de
sector, met de Commissie en met het Europees Bureau voor
visserijcontrole, dat binnenkort volop zal functioneren.".
Overbevissing voorkomen
Elk jaar in december stelt de Raad Visserij de vangstmogelijkheden
voor het volgende jaar vast. Deze worden daarbij verdeeld over de
lidstaten, die dan de benutting ervan door hun vloot in de gaten
moeten houden en de Commissie geregeld over het verloop van de
vangsten moeten informeren. Het scorebord laat zien dat op dit gebied
geen belangrijke verbetering is bereikt. Wel hebben drie lidstaten,
Denemarken, Zweden en het Verenigd Koninkrijk, volledig aan hun
betrokken verplichtingen voldaan.
In 2004 werd 1,8% van de quota overschreden, vergeleken met 2% in 2003
en 3% in 2002. Ook ditmaal varieerde de mate van overbevissing sterk,
namelijk tussen minder dan 1% en maar liefst 68%, en hetzelfde gold
voor de te veel gevangen hoeveelheden vis. De lidstaten die in 2004
het slechtst scoorden wat overbevissing betreft, waren Ierland en, al
voor het tweede opeenvolgende jaar, Spanje.
Een degelijk beheer van de visserij-inspanning (aantal visdagen) is
eveneens van cruciaal belang om overbevissing te voorkomen. Helaas is
de verslaglegging op dit gebied verder verslechterd. Slechts twee
landen, België en Zweden, hebben aan de betrokken verplichtingen
voldaan, vergeleken met drie landen in 2003. Voor het derde
opeenvolgende jaar hebben Frankrijk, Ierland en Portugal in het geheel
geen gegevens verstrekt over de visserij-inspanning van hun vloot.
Monitoring en controle
In 1999 is een lijst opgesteld van de ernstige overtredingen van de
regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid die aan de Commissie
moeten worden gemeld samen met de na de ontdekking ondernomen actie.
Nadat het aantal ernstige overtredingen in 2002 was gedaald tot 6.756,
steeg het in 2003 weer tot 9.502, veel meer dan in 2001. De meest
voorkomende overtreding bleef illegale visserij. Het is duidelijk dat
overtreders niet werden afgeschrikt door de kans op ontdekking en de
hoogte van de opgelegde boetes.
Vlootbeheer
Wat de mededeling van gegevens voor opneming in het communautaire
gegevensbestand over de vissersvloot betreft, is de situatie
verbeterd. De nieuwe lidstaten hebben volledig aan de betrokken
verplichtingen voldaan. Griekenland, Spanje, Frankrijk, Italië en
Portugal hebben echter wederom niet alle verlangde gegevens verstrekt.
Er is ook vooruitgang geboekt bij het opnieuw meten van de
vissersvaartuigen. Spanje, Frankrijk, Italië, Polen en het Verenigd
Koninkrijk zijn daar nog steeds niet mee klaar (in het laatstgenoemde
land is de achterstand wel kleiner).
Ten aanzien van de monitoring van de aan de vloot toegevoegde en de
eraan onttrokken vissersvaartuigen om ervoor te zorgen dat de maximale
vangstcapaciteit niet worden overschreden, blijkt uit het scorebord
dat de meeste lidstaten aan hun betrokken verplichtingen hebben
voldaan. De uitzonderingen zijn België en Italië.
Inbreukprocedures
Dat de lidstaten zijn tekortgeschoten bij het nemen van de nodige
maatregelen om overbevissing en uitputting van de visbestanden te
voorkomen, verklaart dat nog steeds meer dan 70% van de
inbreukprocedures die nu tegen de lidstaten lopen (49 van de 69),
betrekking heeft op overbevissing. Momenteel lopen ook acht
inbreukprocedures tegen lidstaten omdat deze de Commissie niet de
nodige gegevens over de vangsten en de visserij-inspanning hebben
verstrekt.
Sinds het scorebord van vorig jaar is gepubliceerd, heeft het Hof van
Justitie van de Europese Gemeenschappen uitspraak gedaan in een aantal
van de sinds 2003 door de Commissie aanhangig gemaakte zaken wegens
inbreuk. Het betreft onder meer een baanbrekend arrest tegen Frankrijk
omdat dit land had verzuimd technische maatregelen in te voeren. In
feite is Frankrijk veroordeeld omdat het nog steeds geen uitvoering
had gegeven aan een eerder arrest van het Hof uit 1991, waarin het Hof
Frankrijk had opgedragen alsnog een aantal technische maatregelen in
te voeren die moeten voorkomen dat jonge heek wordt gevangen. Verwacht
mag worden dat het nieuwe arrest een sterke stimulans zal zijn voor de
lidstaten om te voldoen aan hun verplichtingen in het kader van het
gemeenschappelijk visserijbeleid. De Commissie zal binnenkort
beoordelen of Frankrijk het arrest heeft uitgevoerd binnen de gestelde
termijn van zes maanden, die op 12 januari is verstreken.
Zie MEMO/06/13 voor nadere bijzonderheden.
Het scorebord is beschikbaar op het volgende internetadres:
http://europa.eu.int/comm/fisheries/scoreboard/index_en.htm
European Union