Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid



Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 2509 LV Den Haag der Staten-Generaal Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA `s-GRAVENHAGE Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk
Kenmerk: 2050605140 ARBO/P&G/2005/105438

Onderwerp Datum
Vragen van de leden De Wit en Stuurman 20 januari 2006

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de leden De Wit (SP) en Stuurman (PvdA) over de vaststelling van grenswaarden voor chemische stoffen.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

2 ARBO/P&G/2005/105438

Antwoord op vragen van de leden De Wit (SP) en Stuurman (PvdA) over de vaststelling van grenswaarden voor chemische stoffen, nr. 2050605140

Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van het opinieartikel >?1

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Is het waar dat de Arbeidsinspectie geen idee heeft hoe ze het gebruik van kankerverwekkende stoffen moet gaan controleren in het wettelijke stelsel dat u in gedachten hebt? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2
Nee, in mijn reactie op het advies "een nieuw grenswaardenstelsel" van de Commissie Arbeidsomstandigheden van de SER, heb ik de hoofdlijnen van het wettelijk stelsel verwoord zoals ik dat wil gaan invoeren. Deze hoofdlijnen zullen geconcretiseerd worden in de dit jaar nog door te voeren wijziging van het arbobesluit en een daarop aangepast handhavingsbeleid.

Vraag 3
Welk wettelijk stelsel hebt u voor ogen als het gaat om het veilig werken met chemische stoffen?

Antwoord 3
Het wettelijke stelsel is gebaseerd op Europese regelgeving. De verplichtingen van bedrijven voor het veilig omgaan met stoffen zijn vastgelegd in hoofdstuk 4 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. De verplichting tot het opstellen van een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E), waar private en publieke grenswaarden een hulpmiddel bij zijn, staat daarbij centraal. Het stelsel benadrukt de ruimte voor maatwerk op bedrijfsniveau en de eigen verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers voor maatregelen om gevaarlijke blootstelling aan stoffen te voorkomen.

Vraag 4
Bent u voornemens het huidige stelsel van vaststelling van grenswaarden voor chemische stoffen te vervangen door private vaststelling van grenswaarden? Hoe ziet dat stelsel er uit? Wat zijn de voor- en nadelen ten opzichte van de huidige situatie? Kan het voorkomen dat verschillende bedrijven die met een zelfde kankerverwekkende stof werken verschillende grenswaarden hanteren?

Antwoord 4
Bij de beantwoording van deze vragen maak ik onderscheid tussen niet-kankerverwekkende en kankerverwekkende stoffen.


3 ARBO/P&G/2005/105438

Niet-kankerverwekkende stoffen
Uitgangspunt van zowel het huidige als het nieuwe stelsel is dat bedrijven verplicht zijn een RI&E te maken. Het vaststellen van de private grenswaarde is, en blijft net zoals in het huidige stelsel, onderdeel van de RI&E-verplichting voor bedrijven. In sommige gevallen zal het nodig zijn een publieke grenswaarde vast te stellen. De criteria daarvoor zal ik uiterlijk 1 maart voor commentaar toezenden aan de Subcommissie MAC-waarden van de SER.
Grenswaarden, privaat of publiek, zullen in het nieuwe stelsel op het gezondheidskundige niveau worden vastgesteld. Het in de regelgeving voorgeschreven beschermingsniveau verschilt in het nieuwe stelsel dus niet tussen bedrijven.

Kankerverwekkende stoffen
Voor kankerverwekkende stoffen is geen veilige grenswaarde te stellen. Uitgangspunt is daarom dat deze stoffen vervangen moeten worden. Wanneer dat technisch niet mogelijk is, dient een zo laag mogelijke blootstelling gerealiseerd te worden. In het huidige stelsel worden, op basis van een centrale haalbaarheidstoets, grenswaarden voor kankerverwekkende stoffen vastgesteld. Dit zal in het nieuwe stelsel niet meer het geval zijn. Meer dan in de huidige situatie zal voorop staan dat elk bedrijf de blootstelling zo ver mogelijk dient te verlagen, in elk geval tot onder het risiconiveau van 10-6 doden per jaar als gevolg van kanker door blootstelling aan een stof. Dit risiconiveau wordt al sinds jaren door de Commissie Arbeidsomstandigheden van de SER gehanteerd bij de advisering over kankerverwekkende stoffen. Het zal voor bedrijven niet altijd mogelijk zijn aan de grenswaarden voor kankerverwekkende stoffen te voldoen die met het genoemde risiconiveau overeenkomen. In die situaties zal van bedrijven een stappenplan in de tijd verlangd worden met maatregelen die gericht zijn op het gaan voldoen aan dit risiconiveau.

Vraag 5
Waaruit bestond de discussie aan het einde van de jaren tachtig in de vorige eeuw over bedrijfsbelangen bij de vaststelling van grenswaarden? Is het waar dat toen is vastgesteld dat ook de toenmalige Nederlandse grenswaarden indirect beïnvloed waren door bedrijfsbelangen? Wat is er vervolgens veranderd aan de grenswaarden?

Antwoord 5
Eind jaren tachtig was er sprake van een ander wettelijke stelsel en andere uitgangspunten voor het beleid. Daarbinnen paste de nu nog geldende drietrapsprocedure voor de vaststelling van publieke grenswaarden, waarbij de tweede stap een centrale haalbaarheidstoets betreft. Het huidige wettelijke stelsel wordt bepaald door Europese richtlijnen op het terrein van arbeidsomstandigheden, geïmplementeerd in hoofdstuk 4 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. Doel hiervan is het voorkomen van gezondheidsschade door het werken met gevaarlijke stoffen. De huidige uitgangspunten zijn ruimte voor maatwerk op bedrijfsniveau en de eigen verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers voor een goed
arbeidsomstandighedenbeleid. Binnen de huidige regelgeving en uitgangspunten past een nieuw grenswaardenstelsel, met gezondheidskundige grenswaarden waarvoor het bedrijfsleven primair zelf verantwoordelijk is, daar waar nodig aangevuld met publieke grenswaarden. Branches kunnen bedrijven hierin ondersteunen door middel van de door de SER voorgestelde arbocatalogi. Hierin kunnen goede praktijken en grenswaarden voor het werken met gevaarlijke stoffen een plek krijgen.


4 ARBO/P&G/2005/105438

Vraag 6
Wat is de relatie tussen uw voornemens en de discussies over het Europese beleid op het gebied van chemische stoffen (REACH)? Is het waar dat de uitkomsten van de Europese discussie nationale regelgeving voor veilig werken met chemische stoffen overbodig maakt? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom niet? Bent u voornemens de vervangingsplicht voor gevaarlijke stoffen door minder schadelijke stoffen niet op te nemen in de nieuwe arboregelgeving?

Antwoord 6
Uitgangspunt voor het stoffenbeleid is de verplichting voor bedrijven tot het opstellen van een RI&E. Hiervoor hebben bedrijven informatie over stoffen nodig. Deze informatie zal met de implementatie van REACH in grote mate en op beter bruikbare wijze beschikbaar komen. REACH en arbeidsomstandighedenregelgeving zijn in die zin complementair. Met de implementatie van REACH wordt arbeidsomstandighedenregelgeving niet overbodig. De vervangingsplicht voor oplosmiddelen zal onverkort onderdeel uitmaken van de nieuwe arbeidsomstandighedenwetgeving.

Vraag 7
Is het waar dat Zweden en Denemarken bij de besluitvorming over REACH een verklaring hebben laten opnemen dat Europese regelgeving als gevolg van REACH niets kan afdoen aan hun nationale regelgeving? Zo ja, heeft Nederland dat ook gedaan? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 7
Ja, Zweden en Denemarken hebben in een nationale verklaring aangegeven dat wat hun betreft de aanvaarding van REACH niet betekent dat lidstaten nationaal geen verdergaande beschermingsmaatregelen zouden mogen nemen op het gebied van arbeidsomstandigheden en milieu. Nederland heeft dit niet gedaan, omdat op grond van het EU-verdrag (artikel 137 lid 4) lidstaten gerechtigd zijn nationaal arbeidsomstandighedenbeleid te voeren. Dit beleid dient dan wel door de Europese Commissie getoetst te worden op noodzakelijkheid, proportionaliteit en verenigbaarheid met de interne markt.

Vraag 8
Hoe staat het met het lopende onderzoek naar de criteria die aangelegd zouden moeten worden voor publieke vaststelling van een grenswaarde?2 Wanneer stelt u de Kamer in kennis van dat onderzoek?

Antwoord 8
Het onderzoeksrapport zal uiterlijk 1 maart 2006 voor commentaar aan de Subcommissie MAC- waarden van de SER worden toegestuurd. Na ontvangst van het commentaar zal ik een standpunt innemen, dat ik u zal toesturen.


5 ARBO/P&G/2005/105438

Vraag 9
Hebt u de Gezondheidsraad advies gevraagd over een nieuw stelsel van grenswaarden voor chemische stoffen? Zo neen, waarom niet? Zo ja, hoe luidt het advies?

Antwoord 9
Nee, de Gezondheidsraad zal in het nieuwe stelsel dezelfde functie houden als in het huidige stelsel. Dit betreft classificatie van kankerverwekkende en reproductietoxische stoffen en het afleiden van risicogetallen voor kankerverwekkende stoffen, en gezondheidskundige grenswaarden voor niet- kankerverwekkende stoffen. De adviesvraag aan de SER had betrekking op beleid en regelgeving, en daarmee niet op het gebruikelijke domein van de Gezondheidsraad.


1 de Volkskrant, 12 december jl.

2 Kamerstuk 25 883, nr. 58, blz. 2.