Openbaar Ministerie

Persberichten
Leeuwarden, 20 januari 2006

Bekentenis en dna-match in zedenzaak Oudwoude

De verdachte in de zedenzaak Oudwoude heeft gisteren een bekentenis afgelegd. Uit een dna-vergelijking door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) in Rijswijk is bovendien gebleken dat het dna van de verdachte overeenkomt met het dna dat afgelopen zondag op de plaats delict is gevonden. Het NFI heeft de uitslag van de dna-vergelijking vandaag bekendgemaakt. Volgens het NFI komt het dna van de man niet overeen met het dna-spoor dat destijds op het lichaam van Marianne Vaatstra is gevonden.

De verdachte is vandaag voorgeleid aan de Rechter-Commissaris (RC) bij de rechtbank Leeuwarden. De RC heeft besloten om hem voor 14 dagen in bewaring te stellen. Het Openbaar Ministerie verdenkt hem van verkrachting (waar een maximale gevangenisstraf van 12 jaar op staat) en wederrechtelijke vrijheidsberoving.

Aangezien de verdachte in de beperkingen zit - hetgeen betekent dat hij geen contact met de buitenwereld mag onderhouden - kunnen er op dit moment geen nadere mededelingen over het onderzoek worden gedaan.

Het Team Grootschalig Optreden (TGO) zal geleidelijk worden afgebouwd. Het team gaat ook onderzoeken of de verdachte betrokken is geweest bij aanrandingen in Buitenpost en Kollum in oktober 2005, waarbij meisjes van respectievelijk 12 en 11 jaar het slachtoffer zijn geworden.

Achtergrondinformatie (zie ook de persberichten van de politie Fryslân d.d. 16, 17 en 18 januari jl.)

De verdachte is een 25-jarige man uit de gemeente Kollumerland c.a. Hij wordt ervan verdacht dat hij zondagmiddag 15 januari jl. een 13-jarig meisje uit Oudwoude seksueel heeft misbruikt. De verdachte is maandagavond 16 januari jl. in zijn woning aangehouden. De politie is hem op het spoor gekomen op basis van het signalement dat het slachtoffer had gegeven en tips. De politie heeft tot op heden zeventig tips gekregen. Deze worden allemaal nagetrokken.