Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen van Koenders over de aanstaande verkiezingen in Wit-Rusland

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4
Den Haag | |Directie Zuidoost en Oost-Europa
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |20 januari 2006                     |Behand|Christophe Kamp      |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DZO-005/06                          |Telefo|348 5002             |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/5                                 |Fax   |348 5329             |
|Bijlag|1                                   |Email                        |
|e(n)  |                                    |christophe.kamp@minbuza.nl   |
|Betref|Beantwoording vragen van het lid    |                             |
|t     |Koenders over de aanstaande         |                             |
|      |verkiezingen in Wit-Rusland         |                             |
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Koenders over de aanstaande verkiezingen in Wit-Rusland. Deze vragen werden ingezonden op 23 december met kenmerk 2050605350.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van lid Koenders (PvdA) over de aanstaande verkiezingen in Wit-Rusland.

Vraag 1
Op welke wijze dringen de Nederlandse regering en de EU aan op onafhankelijke verkiezingswaarneming in Wit-Rusland? 1) Kunt u, nu de verkiezingscampagnes Wit-Rusland en Oekraïne vrijwel gelijktijdig plaatsvinden, garanderen dat de inspanningen voor de één niet ten koste gaan van de ander? Bent u bereid een extra inspanning te doen?

Antwoord
Nederland acht het van belang dat internationale onafhankelijke waarnemers toezicht houden op het verloop van de verkiezingen in Wit-Rusland en in Oekraine. De EU heeft Wit-Rusland opgeroepen om tijdig internationale verkiezingswaarnemers uit te nodigen. Deze oproep is ook vervat in de conclusies van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 7 november 2005. Nederland is voornemens waarnemers toe te voegen aan de missies die OVSE/ODIHR uitstuurt naar Wit-Rusland en Oekraïne.

Vraag 2
Welke stappen onderneemt u in dit kader ook ten opzichte van de Russische Federatie om mogelijkheden voor betrouwbare en onafhankelijke verkiezingswaarnemingen te scheppen?

Antwoord
Verkiezingswaarneming wordt georganiseerd door OVSE/ODIHR in overeenstemming met een daarvoor ontwikkelde methodologie. De Russische Federatie, als lid van de OVSE, neemt doorgaans ook deel aan OVSE/ODIHR verkiezingswaarnemersmissies. In de OVSE wordt mede op initiatief van de Russische Federatie gesproken over het stroomlijnen van de genoemde methodologie, waarbij Nederland zich in EU-verband op het standpunt stelt dat de onafhankelijkheid van OVSE/ODIHR missies gegarandeerd moet blijven.

Vraag 3
Welke politieke analyse maakt u ten aanzien van de verwachtingen voor democratische verkiezingen in Wit-Rusland en de relatie tussen Wit-Rusland en de Russische Federatie?

Antwoord
De OVSE/ODIHR-waarnemingsmissie oordeelde destijds dat de parlementaire verkiezingen in 2004 niet eerlijk en vrij waren verlopen. Tevens oordeelde de Venetië Commissie van de Raad van Europa, dat het referendum in 2004 om de termijn van de president te verlengen, onwettig was. De regering van Wit-Rusland heeft geen maatregelen genomen om de vastgestelde tekortkomingen te corrigeren. De laatste maanden is de druk op onafhankelijke media en oppositieleiders verhoogd. In de dialoog met de Russische Federatie heeft de EU de zorg over de ontwikkelingen in Wit-Rusland overgebracht en verzocht de autoriteiten in Minsk hierop aan te spreken.

Vraag 4
Kunt u aangeven wat op dit moment de stand van zaken is met betrekking tot de arrestatie van oppositieleider Mikola Statkevich? Onder welke omstandigheden wordt hij vastgehouden? Bent u bereid concrete politieke druk uit te oefenen voor zijn vrijlating? 2)

Vraag 5
Bent u bereid om in aanloop naar de verkiezingen binnen de EU het initiatief te nemen en krachtig te pleiten voor directe vrijlating van oppositieleiders in Wit-Rusland?

Antwoord
Oppositieleider Statkevich werd op 31 mei 2005 in Minsk tot drie jaar gevangenisstraf veroordeeld in verband met zijn betrokkenheid bij een demonstratie na de parlementsverkiezingen van oktober 2004. Zijn straf werd in het kader van een amnestiewet teruggebracht naar twee jaar. Statkevich bevindt zich onder huisarrest. De EU heeft na zijn arrestatie en veroordeling de procesgang bekritiseerd en krachtig gepleit voor de vrijlating van Statkevich en andere oppositieleiders. De EU zal dat blijven doen.

Vraag 6
Bent u bereid om kracht bij te zetten aan de protesten van de Europese studentenvakbond (ESIB) tegen de schorsing van Taciana Khoma van de 'Belarus State Economic University' wegens deelname aan een ESIB-bijeenkomst in Frankrijk, door u uit te spreken tegen deze schorsing bij de Wit-Russische autoriteiten? 3)

Antwoord
Nederland heeft de schorsing van Taciana Khoma in de Europese Unie aan de orde gesteld. Als gevolg daarvan heeft de EU op 19 januari 2006 in de Permanente Raad van de OVSE in algemene zin kritiek geuit op het wegsturen van studenten van onderwijsinstellingen om politieke redenen.

Vraag 7
Ziet u mogelijkheden voor verdergaande economische sancties, zoals het stopzetten van bestaande handelsvoordelen en aanscherping van het bestaande visumbeleid naar onder meer leiders van staatsbedrijven die geen onafhankelijke vakbonden erkennen en leden van de verkiezingscommissies? Zo ja welke? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
In de conclusies die de RAZEB aannam op 7 november jl. wordt de mogelijkheid tot aanvullende restrictieve maatregelen tegen personen verantwoordelijk voor mensenrechtenschendingen nadrukkelijk genoemd. De aard van de maatregelen zal afhangen van de aard van de schendingen.

Vraag 8
Kunt u garanderen dat Nederland noch de EU indirect aan het Wit-Russische regime gelieerde ngo's steunt, bijvoorbeeld in het kader van stedenbanden waarbij nauw samengewerkt dient te worden met de Wit-Russische overheid?

Antwoord
Neen. Nederland draagt geen verantwoordelijkheid voor andere EU-landen of voor niet- gouvernementele organisaties. Bij subsidieverlening door de Nederlandse overheid, zoals in het MATRA programma voor Wit-Rusland, ligt de nadruk op versterking van het maatschappelijk middenveld door ondersteuning van samenwerking tussen Nederlandse en Wit-Russische non-gouvernementele organisaties.


1) Novum, 17 december jl., 'Wit-Russen kiezen in maart president'.
2) Zie onder meer www.alfredmozerstichting.nl
3) Zie www.ESIB.org.