Ingezonden persbericht
PERSBERICHT Woerden, 30 januari 2006
Verontreinigingsheffing 2006: tarieven steeds verder opgeschroefd
De verontreinigingsheffing van de waterschappen stijgt in 2006 opnieuw ruim boven inflatie met gemiddeld 2,4 %. Dit jaar noteert Groningen, als grootste stijger, wederom het hoogste tarief. Limburg prijkt met twee plaatsen in de top 5 van stijgers. Het goedkoopste waterschap, Rijn en IJssel, bevriest voor het derde achtereenvolgende jaar zijn tarief.
Het hoogste tarief kent het Groningse Waterschap Hunze en Aa's: E 70,74 per vervuilingseenheid (ve). Hoogheemraadschap van Delfland in Zuid Holland is een goede tweede met E 65,10 per ve. De stijging van 2,4 % is ruim boven het inflatieniveau van 2005. Bij een gewogen gemiddelde kan de stijging zelfs nog hoger uitvallen dan 2,4 %.
Hunze en Aa's behaalt met een tariefsstijging van 9,5 % tevens de eerste plaats in de top 5 van stijgers, een stijging van 9,5 % (in 2005 leverde een stijging met 5,9 % het waterschap de derde plaats op). Het in 2004 gevormde Waterschapsbedrijf Limburg is voor het noorden van Limburg nummer 2 en voor het zuiden nummer 4 onder deze stijgers. De Limburgse tarieven blijven nog wel onder het landelijk gemiddelde. Hoogheemraadschap Rijnland bevindt zich met een stijging van 5,4 % op de derde plaats; Wetterskip Fryslan is vijfde met een stijging van 5,2 %.
Twee waterschappen respectievelijk W.S. Vallei en Eem (van E 51,48 naar E 49,68) en W.S. Brabantse Delta (van E 46,50 naar E 45,00) hebben het tarief in 2006 verlaagd. Deze tarieven blijven onder het landelijk gemiddelde. Vier schappen voeren in 2006 geen tariefsverhoging
Drie van hen (Waterschappen Reest en Wieden, De Zeeuwse Eilanden en De Stichtse Rijnlanden) hanteren echter nu al hogere tarieven dan het landelijk gemiddelde.
De verontreinigingsheffing wordt door waterschappen gebruikt om daarmee waterzuivering en andere taken te bekostigen. Het starre financieringsinstrument geeft geen inzicht in de achterliggende kosten en mist iedere prikkel tot efficiencyverbetering voor waterzuivering. Ook de bedrijfsvergelijking waterzuivering, die voor het laatst is uitgevoerd in 2003, heeft geen aantoonbare bijdrage geleverd aan meer efficiency. Deze bedrijfsvergelijking geeft evenmin een verklaring voor het grote verschil tussen het hoogste en het laagste tarief. VEMW pleit voor een transparante, kostengeoriënteerde financiering en voor onafhankelijk toezicht op water als netwerksector.
EINDE BERICHT
Noot voor de redactie -
Ingezonden persbericht