Ministerie van Buitenlandse Zaken

der Staaij en Huizinga-Heringa over intimi datie van Messiasbelijdende Joden in Israël .
Mime-Version: 1.0

Beantwoording kamervragen over intimidatie Messiasbelijdende Joden in Israël

|Aan de Voorzitter van de        |          |Directie Noord Afrika en     |
|Tweede Kamer der Staten-Generaal|          |Midden-Oosten                |
|                                |          |Afdeling Midden-Oosten       |
|Binnenhof 4                     |          |Bezuidenhoutseweg 67         |
|Den Haag                        |          |Postbus 20061                |
|                                |          |2500 EB Den Haag             |
|Datum |6 februari 2006                     |Behand|Roger van Laak       |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DAM-067/06                          |Telefo|+31 (0)70-3485185    |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/2                                 |Fax   |+31 (0)70-3486639    |
|Bijlag|1                                   |E-Mail|Dam@minbuza.nl       |
|e(n)  |                                    |      |                     |
|Betref|Beantwoording van vragen van de     |      |                     |
|t     |leden Van der Staaij en             |      |                     |
|      |Huizinga-Heringa over intimidatie   |      |                     |
|      |van Messiasbelijdende Joden in      |      |                     |
|      |Israël                              |      |                     |
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Van der Staaij en Huizinga-Heringa over intimidatie van Messiasbelijdende Joden in Israël. Deze vragen werden ingezonden op 19 januari 2006 met kenmerk 2050606690.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Van der Staaij en Huizinga-Heringa over intimidatie van Messiasbelijdende Joden in Israël

Vraag 1

Kent u de berichten over aanhoudende, intimiderende demonstraties tegen Messiasbelijdende Joden in Arad en Be'ersheva, alsook over het verstoren van hun erediensten en het vernielen van hun bezittingen? 1) In hoeverre kunt u de inhoud van deze nieuwsberichten uit eigen informatie bevestigen?

Vraag 2
Beoordeelt u deze gebeurtenissen als een inbreuk op het recht van Messiasbelijdende Joden in Israël om op ongestoorde wijze te kunnen leven en hun godsdienstige activiteiten te kunnen organiseren? Wat is uw opvatting over de tot op heden door de Israëlische autoriteiten terzake ingenomen houding?

Vraag 3
Bent u bereid om, afhankelijk van uw antwoord op de vorige vragen, de Israëlische autoriteiten aan te spreken op hun verantwoordelijkheid om voor Messiasbelijdende Joden de ongestoorde beoefening van hun godsdienst te waarborgen?

Antwoord
Uit eigen informatie kan ik bevestigen dat zich de afgelopen tijd in Israël een aantal incidenten heeft voorgedaan gericht tegen Messiasbelijdende Joden. Gelet op het belang dat Nederland hecht aan het recht op vrije godsdienstuitoefening is deze kwestie op ambtelijk niveau aan de orde gesteld bij de Israëlische autoriteiten. Afhankelijk van het gevolg dat hieraan wordt gegeven, kan het onderwerp ook in het kader van de politieke dialoog van de Europese Unie met Israël aan de orde worden gesteld.


1) 'Messianic Jews fight public slurs in Israel', www.compassdirect.org, 21 september 2005; 'Messiaanse Joden teleurgesteld over houding rechter', Reformatorisch Dagblad, 16 september 2005; 'Messiaanse kerkdienst verstoord', Reformatorisch Dagblad, 27 december 2005; 'Orthodox Jews disrupt Messianic worship service', www.compassdirect.org, 28 december 2005; 'De grenzen van Israëls geloofsvrijheid', Reformatorisch Dagblad, 30 december 2005.


---- --